Nederland en de Europese integratie, 1950-1986

 
English | Nederlands
Z00934
18-6-1982
Samenvatting
Gesprek van DGES en DGPZ met de heer Hancock op 16 juni jl. over EG-onderwerpen.
EG-mandaatsproblematiek.
DGES liet weten dat ook in Nederland de onvoorwaardelijke (publieke) steun aan het Britse lidmaatschap aan erosie onderhevig leek. De regering zou een eventueel Brits uittreden echter als desastreus beoordelen. Hancock klaagde over de manier waarop het VK was behandeld in de afgelopen maanden. DGES repliceerde dat de Britten met hun eisen het in de loop van lange jaren te bont hadden gemaakt. Van samenzwering tegen het VK was geen sprake. Nederland zou de EC verzoeken tot het uitwerken van opties t.a.v. de mandaatsproblematiek ten einde de discussie snel na het zomerreces voort te zetten.
Ad Genscher/Colombo document.
In de discussie over meerderheidsbesluitvorming probeerde Hancock Nederlands begrip te kweken voor een vetomogelijkheid. DGES stelde dat het een hoofdobstakel was gebleken voor vooruitgang. Ook bij dit onderwerp bleek de diepe kloof in mentaliteit over fundamentele gemeenschapszaken.