KAAY, JOHAN VAN DER. III |
Provediteur van de geallieerde legers in Zuid-Duitsland. |
KAGG, CARL. XVII |
(1667-1730) Zweeds officier onder Karl XII. SBL. |
KALIEB, N.N. VIII |
Arabier, doodsvijand van de Turken. |
KAMEKE, ERNST BOGUSLAV VON. IX; X; XII; XIII |
(1674-1726) Landjonker uit Pommeren; Pruisisch ambtenaar; 1704 kamerheer van de koning; 1709 Geheimrat; 1711 president van de Hofkammer; ter onderscheiding van zijn neef (de volgende) de "Kleine Kameke" genoemd. NDB. |
KAMEKE, PAUL ANTON VON. IX |
(1674-1717) Neef van de voorgaande; Pruisisch officier en grootmeester van de garderobe van de koning; bekend als de "Grote Kameke". NDB. |
KANITZ, N.N. VON. XI |
N.n.g. Saksisch generaal. |
KARA MUSTAPHA. XIV |
Grootvizier van Turkije 1712. |
KARADIN, KARL. XVIII |
Russisch legatiesecretaris te 's-Gravenhage 1717-21. Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KARG, JOHANN FRIEDRICH IGNAZ, baron von BEBENBURG. I; II; XI; XIV; XIX |
(1648-1719) Kanselier van Joseph Clemens van Beieren, aartsbisschop van Keulen, prins-bisschop van Luik. Jadin, Correspondance. |
KARL, prins van BEIEREN. IV |
KARL, prins van DENEMARKEN. I-XII |
(1680-1729) Jongere broer van koning Frederik IV. |
KARL, landgraaf van HESSEN-KASSEL. @ # I-XVII |
(1654-1730) Regerend landgraaf sinds 1670. |
KARL, prins van HESSEN-KASSEL. I-III |
(1680-1702) 5e zoon van de voorgaande; kolonel van een Hessisch regiment infanterie in Staatse dienst. Staatsche Leger, VIII, bd.III. |
KARL, prins van HESSEN-PHILIPPSTHAL. XIX |
(1682-1770) Oudste zoon van landgraaf Philipp; volgt zijn vader op in 1721 en dient als officier in het Franse leger. Stammtafeln, Neue Folge, I, T.102. |
KARL, aartshertog van OOSTENRIJK, koning van SPANJE als CARLOS II. I; XIII |
(1661-1700) |
- 2e echtgenote van, zie MARIA ANNA van PFALZ-NEUBURG. |
KARL, aartshertog van OOSTENRIJK, koning van SPANJE als CARLOS III, keizer van het DUITSE RIJK als KARL VI. @ # I-XIX |
(1685-1740) Jongste zoon van keizer Leopold I; koning van Spanje als Carlos III 1700; keizer als Karl VI 1711. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.7. |
- echtgenote van, zie (1708) ELISABETH CHRISTINA, prinses van BRAUNSCHWEIG-WOLFENBÜTTEL. |
KARL II, keurvorst van de PALTS. V |
(1651-1685) Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.33. |
- echtgenote van, zie WILHELMINA ERNESTINE, prinses van DENEMARKEN. |
KARL, prins in PRUISEN. VII-IX; XI |
(1705-1762) Tweede zoon van markgraaf Albrecht van Brandenburg. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.63. |
KARL XII, koning van ZWEDEN. I-XIX |
(1682-1718) Koning van Zweden sinds 1697; gesneuveld vóór Frederikshald (Noorwegen) 30 november/11 december 1718. |
KARL ALBERT, keurprins van BEIEREN. IV; IX; X; XII |
(1697-1745) Oudste nog levende zoon van Maximilian II Emanuel; volgt in 1726 als keurvorst op. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.28. |
- echtgenote van, zie MARIE AMALIE JOSEFA ANNA, aartshertogin van OOSTENRIJK. |
KARL ALEXANDER, prins van WÜRTTEMBERG. III; XI |
(1684-1737) Neef van de regerende hertog Eberhard Ludwig, die hij in 1733 opvolgt. |
KARL FRIEDRICH, hertog van HOLSTEIN-GOTTORP. I; II; V-X; XII; XIV; XVIII; XIX |
(1700-1739) Zoon van Friedrich IV van Holstein-Gottorp; trouwde 1725 met Anna Petrovna (1708-1728), dochter van tsaar Peter I de Grote; tijdens zijn minderjarigheid nam zijn oom Christian August, coadjutor van het bisdom Eutin-Lubeck, de administratie van het hertogdom waar. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.93. |
KARL JOSEPH IGNAZ, hertog van LOTHARINGEN, bisschop van OSNABRÜCK, keurvorst van TRIER. @ I-III; V-XIV; XVII |
(1680-1715) Bisschop van Osnabrück 1696-1711; daarna tot zijn dood aartsbisschop-keurvorst van Trier. Gams, Series; Braubach, 'Politisch-militarische Verträge', Westfälisches Zeitschrift, XCI (1936). |
KARL LEOPOLD, hertog van MECKLENBURG-SCHWERIN. @ I; III; VII; XVI; XVIII |
(1678-1747) Broer van de regerend hertog Friedrich Wilhelm; 1701 kolonel van een Mecklenburgs regiment infanterie in Hollandse dienst; luitenant-generaal op Mecklenburgse commissie; 1713 regerend hertog. ADB; Staatsche Leger, VIII, bd.III; Dek, Genealogie Nassau. |
- echtgenote van, zie JEKATERINA IVANOVNA. |
KARL LUDWIG, graaf van ERBACH. I; III |
(1670-1704) Officier in Nederlandse dienst; 1701 majoor van de cavalerie; gesneuveld bij Hochstädt. Ringoir, Afstammingen cavalerie. |
KARL LUDWIG, keurvorst van PFALZ-SIMMERN. I |
(1617-1680) In 1658 voor de tweede maal getrouwd met Marie Louise von Degenfeld. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.33. |
- dochter van, zie AMALIE ELISABETH; LUISE. |
KARL III PHILIPP, keurvorst van PFALZ-NEUBURG. @ XVII; XIX |
(1661-1742) Regerend keurvorst van de Palts sinds 1716. |
KARL RUDOLPH, hertog van WÜRTTEMBERG-NEUSTADT. @ I-IV; VI; XII-XIV |
(1667-1742) Officier in Deense dienst; bevelhebber van het Deense hulpkorps in Nederlandse dienst; 1701 kolonel van het regiment Livgarden til Fods in Hollandse dienst; luitenant-generaal; 1707 generaal van de cavalerie in Deense dienst. ADB; Staatsche Leger, VIII, bd.III. |
KARL THEODOR OTTO, vorst van SALM-KIRBURG. III; IV; VI; VII |
(1645-1710) Opperhofmeester van Rooms-koning (later keizer) Joseph I. BLKO; Von Isenburg, Stammtafeln, III, T.138. |
KARL III WILHELM, markgraaf van BADEN-DURLACH. @ X; XI |
(1679-1738) Zoon van de in 1709 overleden markgraaf Friedrich VII. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T.86. |
KARL WILHELM, graaf van ERBACH. VIII |
(1680-1714) Sinds 1708 gehuwd met Anna Maria Ernestine von Salisch. Von Isenburg, Stammtafeln V, T. 24. |
KAROLINE, prinses van BRANDENBURG-ANSPACH, prinses van WALES. IV; VI; XI; XII-XVII |
(1683-1737) Sinds 1705 echtgenote van Georg, keurprins van Hannover; de latere George II van Groot-Brittannië. Von Isenburg, Stammtafeln, II, T.65. |
KARRA MEHMED PASHA. X-XIV |
Turks gouverneur van Kandia; gouverneur van Sophia; seraskeer van Bender. |
KARRA MUSTAPHA PASHA. XI |
Turks hoogwaardigheidsbekleder. |
KARSBERGEN, heer van, zie BORRE VAN AMERONGEN, FREDERIK. |
KARSSEBOOM, JACOB. XVII |
(1673-1727) Amsterdams koopman en regent, schepen in 1716 en 1718; vele andere stedelijke functies. Elias, Vroedschap. |
KASTEEL, JOHANNES. @ IX |
Schoolmeester te Leidschendam in 1709. |
KATHARINA, prinses van RUSLAND. X; XVIII |
(1691-1733) Dochter van tsaar Iwan V, de oudere broer van Peter I; trouwt in met Karl Leopold, hertog van Mecklenburg-Schwerin (1678-1747). Von Isenburg, Stammtafeln, II, T.151. |
KATHARINA SKAWRONSKAJA. XII; XIII; XVIII |
(1689-1727) Tweede echtgenote (sinds 1712) van Peter I de Grote van Rusland; volgt hem in 1725 op als keizerin Katharina I. Stammtafeln, II, T.151. |
KATIANOWSKY, N.N. XIII |
Russisch (?) overste. |
KATTE, HANS HEINRICH VON. VIII |
(1681-1741) Officier in dienst van Saksen-Gotha; 1706 in Pruisische dienst en kolonel van de cavalerie, aanwezig bij de slagen van Ramillies en Malplaquet, 1718 generaal-majoor; hij eindigt zijn carrière als Pruisisch veldmaarschalk en graaf von Katte. ADB. |
KATWIJK, heer van, zie LIERE, WILLEM VAN. |
KAUNITZ, DOMINIK ANDREAS, graaf VON. I-IV |
(1655-1705) Rijks vice-kanselier 1698-1705. ADB. |
KAUNITZ, FRANZ KARL, graaf VON. I |
(1676-1717) Oudste zoon van de voorgaande; auditeur bij de Rota te Rome; later domheer van Olmütz, Salzburg en Wenen en bisschop van Laibach sinds 1710. BLKO. |
KAIJ, JORIS. XII |
Nederlands schipper. |
KAYSELINGK, GEORG JOHANN, Freiherr VON. IV,445 |
( 1711) Pruisisch resident in Moskou 1702-11 (na 1703 extraordinaris envoyé). Repertorium, I. |
KAYSERSFELDT, JOHANN HEINRICH VON. @ II-III; VI-VIII; XII-XIV; XVIII |
Resident van de keurvorst van Trier in Den Haag 1696-97, 1703-14 en 1718; 1712-13 gevolmachtigde te Utrecht. Repertorium, I; Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KECKERBART, N.N. X; XIV |
Secretaris van Danzig, 1710, 1712. |
KEIGTHLEY, THOMAS. I |
(1650?-1719) Engels ambtenaar in Ierland; getrouwd met Frances Hyde, zuster van Rochester. DNB. |
KEITH, GEORGE, graaf MARISCHAL. XVII-XIX |
(1694-1778) Schots edelman en Jacobiet; deelnemer aan de opstanden van 1715 en 1719; in ballingschap in Frankrijk en later in Pruisische dienst getreden. Complete Peerage. |
KELLENECK, zie TALLON. |
KELLENS, RICHARD CHARLES DE. VI; XVII |
( 1715) Nederlands officier; 1707-15 majoor van het regiment cavalerie Tilly. Ringoir, Afstammingen cavalerie. |
KELLER, JAKOB. X |
Afkomstig uit Bremen, in contact met de Franse plenipotentiarissen te Geertruidenberg. |
KELLERS, N.N. Freiherr VON. IX |
Chef van de Duitse en Vlaamse secretarie in Barcelona onder Carlos III. Van Kalken, Fin de la régime, 200. |
KEMP, (Mr.) PIETER, heer van MOERMOND. @ VIII-XIV; XIX |
(1664-1712) Regent van Zierikzee; rentmeester-generaal beoosten Schelde, maar in 1705 wegens malversaties en afpersing afgetreden; 1712 een van de gevolmachtigden op het vredescongres te Utrecht, maar overleden voordat de vrede gesloten werd. De Vos, Vroedschap Zierikzee. |
KEMP, PIETER, jr. IX-XI |
(1692-1720) Zoon van de voorgaande; 1710-12 pensionaris-honorair van Zierikzee; schepen van die stad van 1712 tot zijn dood, burgemeester in 1718. De Vos, Vroedschap Zierikzee. |
KEMPENAER, DANCKER. I; XVI |
(1668-1746) Raad en burgemeester van Harlingen; secretaris van de Friese Admiraliteit 1688-1705. Nederland's Adelsboek, 41, 139. |
KEMPENAER, J. DE. VII |
( 1716) Afkomstig uit Friesland; predikant te Pingjum en Bolsward; 1679 naar Haarlem en sinds 1706 te 's-Gravenhage. |
KENBOUR, N.N. XI |
Secretaris van Bothmer in Holland. |
KENDAL, hertogin van, zie SCHULENBURG, MELUSINE VON DER. |
KENKEL, N.N. V |
N.n.g. Toldirecteur in Elseneur. |
KENMURE, zie GORDON, WILLIAM. |
KENNEDY, THOMAS. XI; XII |
Iers officier in dienst van Carlos III in de Zuidelijke Nederlanden; luitenant-kolonel van het regiment dragonders van Devenish. Hora Siccama, Aanteekeningen. |
- echtgenote van, zie VRIJBERGEN, ELISABETH VAN. |
KENNEDY OF CLOBURN , (Sir) ANDREW. XII |
( 1717) Conservator van de Schotse Stapel in de Republiek 1690-1705; 1713 als zodanig herbenoemd en door de Staten-Generaal erkend. Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KENT, graaf/hertog van, zie GREY, HENRY. |
KEPPEL, ARNOLD JOOST VAN, heer van ACQUOY, graaf van ALBEMARLE. @ # I-XIX |
(1669-1718) Graaf van Albemarle sinds 1697; lid van de Hollandse Ridderscha; master of the robes van Willem III; 1694 kolonel van een regiment karabiniers; 1701 ook kolonel van een regiment Zwitsers; generaal van de Zwitsers; 1701 luitenant-generaal van de cavalerie; 1709 generaal; 1713 gouverneur van Doornik. Van der Aa, BiographischWoordenboek; DNB. |
- echtgenote van, zie DUYN, GEERTRUID VAN DER. |
KEPPEL, JOHAN RABO, baron van. I-III; VI-XIV |
( 1733) Heer van Peckendam; jongere broer van Albemarle; lid van de Ridderschap van Overijssel; 1697 kolonel van een Utrechts regiment infanterie; 1704 brigadier; 1709 generaal-majoor van de infanterie; 1713 gouverneur van Namen; 1714 gouverneur van Luxemburg. Van Doorninck, Geslachtkundige Aanteekeningen, 232; d'Ablaing van Giessenburg, Ridderschap Zutphen, 131; Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KEPPEL, WILLEM ANNE VAN, graaf van ALBEMARLE. I; IV; XIX |
(1702-1754) Oudste zoon van Arnold Joost van Keppel; officier in Engelse dienst; 1718 graaf van Albemarle; lord of the bedchamber van de prins van Wales/koning George II sinds 1722; Brits ambassadeur te Parijs 1749-54. Complete Peerage. |
KEPPELFOX, DIEDERIK VAN. II; IV; VI; VIII; IX; XII |
Nederlands officier; majoor van het Utrechtse regiment infanterie van Waes 1701, kolonel van dat regiment 1706-15. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KER, JOHN, graaf/hertog van ROXBURGH. V; VI; XVII; XVIII |
( 1741) Schots edelman; 1707 hertog van Roxburgh; 1704 secretary of state voor Schotland; 1707 een van de Schotse peers in het nieuwe Parlement. DNB. |
KERBY, JOSEPH. @ III; VII; XIX |
(*1646) Engels consul te Amsterdam sinds 1695; uitdenker van nieuwe belastingen in Amsterdam; bij het aansprekersoproer 1696 werd zijn huis geplunderd; een rechtszaak tegen de stad hierover sleepte zich voort tot een uitspraak van de Hoge Raad 1708. Hartog, Onrechtmatige overheidsdaden, 74-80; Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KERCHEM, (Mr.) FRANS VAN. XIII |
(1645-1734) Leids regent, burgemeester o.a. in 1712. Prak, Gezeten Burgers. |
KERCHEM, WILLEM VAN. VII |
(1682-1728) Zoon van de voorgaande; Nederlands marine-officier; commandeur bij de Admiraliteit van Amsterdam. |
KEROUALLE, LOUISE RENÉE DE, hertogin van PORTSMOUTH. IX; XVII |
(1649-1734) Maîtresse van Charles II van Engeland; 1673 hertogin van Portsmouth, woonde meestal in Frankrijk sinds 1688. |
KERR, WILLIAM, markies/graaf van LOTHIAN. VIII |
(1661-1722) Schots edelman; luitenant-generaal van de infanterie; aanhanger van de Whigs en een van de Schotse peers in het Hogerhuis 1708; opnieuw een van de 16 Schotse peers 1715-22. Complete Peerage. |
KERRENBROECK, ALBERT VAN. @ VI; VIII-X |
Procureur-generaal van de Grote Raad van Mechelen. |
KERSBERGEN, heer van, zie BORRE VAN AMERONGEN, FREDERIK. |
KESSEL, GUILLAUME GABRIEL VAN. I |
Nederlands officier; 1701-02 majoor van het Hollandse regiment cavalerie Chanclos. Ringoir, Afstammingen cavalerie. |
KESSELSTATT, THOMAS FRANZ, Freiherr VON. X |
Aartspriester van Mainz en domproost van Trier; verwant aan de Orsbeck's. Zedlitz, Adels-Lexicon, 3, 101. |
KETEL, JACOB. XVIII |
( 1732) Regent van Monnickendam; lid van de vroedschap aldaar sinds 1698; vele malen burgemeester sinds 1703; lid van Gecommitteerde Raden van het Noorderkwartier, steeds voor twee jaar, in 1700, 1707, 1711, 1717, 1721, 1725 en 1731. Bossaers, Van Kintsbeen aan. |
KETTLER, FERDINAND, hertog van KOERLAND. IV; XVI |
(1655-1737) Sinds 1698 regent van Koerland voor zijn minderjarige neef Friedrich Wilhelm; 1711 zelf hertog van Koerland. Von Isenburg, Stammtafeln, II, T.88. |
KETTLER, FRIEDRICH VON. III; V; VI |
Kolonel, geheime raad en oppermaarschalk van de landgraaf van Hessen-Kassel; ook dikwijls afgezant van de landgraaf. Repertorium, I. |
KETTLER, FRIEDRICH WILHELM, hertog van KOERLAND. X; XVIII |
(1692-1711) Getrouwd 1710 met Anna Ivanovna, dochter van tsaar Iwan V. Von Isenburg, Stammtafeln, I, T159b; II, T.151. |
KEULEN, aartsbisschop-keurvorst van (sinds 1688), zie JOSEPH CLEMENS VAN BEIEREN. |
KEIJSER, (Mr.) HERMAN DE. I |
(1675-1761) Uit Zierikzees regentengeslacht; landrechter van Schouwen 1701 en 1702; lid van de Raad van Vlaanderen 1702-59; getrouwd met Susanna Elisabeth Verheije. De Vos, Vroedschap Zierikzee. |
KEYSER, PIETER DE. I |
Koopman uit Gent. |
KEYSERSFELT, zie KAYSERSFELDT. |
KIDD, WILLIAM. V |
( 1701) Engels zeerover, opererend vanuit New England; 1700 gearresteerd en naar Engeland overgebracht en terechtgesteld. DNB. |
KIELMANSEGG, JOHANN ADOLF, Freiherr von. XVI |
(1668-1717) Hoveling van George I van Groot-Brittannië. Hatton, George I. |
- ,echtgenote van, zie PLATEN-HALLERMUND, SOPHIA CHARLOTTE VON. |
KIEN, NICOLAAS. IV |
Nederlands officier; adjudant-generaal van Noyelle; luitenant-kolonel van het regiment Noyelle 1708; kolonel-commandant 1717-18. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KIEN, (Mr.) NICOLAAS. @ IX; XIII; XIX |
(1661-1722) Uit een Alkmaars regentengeslacht; pensionaris van die stad sinds 1692; schepen 1703 en 1704; lid vroedschap sinds 1712. NNBW; Bossaers, Van Kintsbeen aan. |
KIEN, RUDOLPH. VI; VII |
( 1707) Lakei en kamerdienaar van Willem III in Engeland. Hora Siccama, Aanteekeningen. |
KIEVIET, NICOLAAS. XII; XIV; XIX |
Nederlands marine-officier; 1710 ordinaris kapitein bij de Admiraliteit op de Maze. |
KILDARE, graaf van, zie FITZGERALD. |
KILLEGREW, N.N. XII |
N.n.g. Engels kolonel in Portugal; bracht post over naar Heinsius. |
KING, (Sir) PETER. IX; XII |
(1669-1734) Engels jurist; Whig M.P.; recorder van Londen 1708 en in hetzelfde jaar geridderd, Lord Chief Justice 1714; Lord King 1725. DNB. |
KINGSTON-UPON-HULL, graaf/hertog van, zie PIERREPONT, EVELYN. |
- hertogin van, zie BENTINCK, ISABELLA. |
KINNOULL, graaf van, zie HAY, GEORGE; HAY, THOMAS. |
KINSCHOT, (Mr.) ANTON GUNTHER VAN. IX |
(1638-1700) Griffier van het Hof van Holland 1675-1700. Hora Siccama, Aanteekeningen; Schutte, Nederlandse vertegenwoordigers. |
KINSCHOT, (Mr.) GASPAR VAN. II; IX |
( 1709) Uit een Delfts regentengeslacht; lid van de Raad van Brabant sinds 1686; raadsheer in het Hof van Holland 1703-09. Hora Siccama, Aanteekeningen; Memorialen Rosa, li; Schutte, Nederlandse Vertegenwoordigers. |
KINSCHOT, (Mr.) GASPAR VAN. VI; IX; XVII |
(1679-1726) Zoon van Anton Gunther van Kinschot; uit de Delftse tak van de Van Kinschots; advocaat voor het Hof van Holland en van Gecommitteerde Raden van Noord-Holland; 1716 rentmeester-generaal van de Grafelijkheidsdomeinen van Noord-Holland. Genealogische en Heraldische Bladen, X (1915), 49. |
KINSCHOT, (Mr.) GIJSBERT VAN. XIV |
(1663-1737) Sinds 1692 afwisselend schepen en burgemeester van 's-Gravenhage. Fölting, Vroedshap 's-Gravenhage. |
KINSCHOT, JOHAN LODEWIJK VAN. XVIII; XIX |
(1664-1725) Regent van Alkmaar; lid van de vroedschap sinds 1699; 1716-17 een van de gedeputeerden tot ontvangst van de tsaar in Holland. Bossaers, Van Kintsbeen aan. |
KINSCHOT, MARGARETHA WILLEMINA VAN. IX; XVIII |
(1667-1746) Echtgenote van Daniel Lestevenon, burgemeester van Gouda. Genealogische en Heraldische Bladen X (1915), 67; De Jong, Met Goed Fatsoen. |
KINSCHOT, ROELAND VAN, heer van NIEUWERKERK. IX |
(1687-1765) Nederlands officier; 1709 vaandrig in de compagnie gardes van zijn oom Saint Maurice; 1711 kapitein in het regiment infanterie Villegas en commies-generaal van de vaartuigen van het leger; 1714-47 commandeur van Heusden; 1727 majoor; 1733 kolonel; 1742 generaal-majoor; 1747 luitenant-generaal en president van de Hoge Krijgsraad. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie; Genealogische en Heraldische Bladen X (1915), 67; De Jong, Met Goed Fatsoen; Kool-Blokland, De elite van Heusden. |
KINSKY, BORCHARD WILLEM, baron van. I; XIII |
Drossaard van Moers in dienst van Willem III; 1702 in Pruisische dienst. Hora Siccama, Aanteekeningen. |
KINSKY, FRANZ FERDINAND, graaf. XIII |
(1678-1741) Keizerlijk minister en diplomaat; vertegenwoordiger bij de Rijkdsdag in Regensburg 1711; 1715 hofkanselier. BLKO. |
KIP, MAARTEN. X; XI |
(1637-1728) Wagenmeester-generaal van het Staatse leger, met de rang van kolonel. Staatsche Leger, VII. |
KIRBACH, N.N. XIX |
N.n.g. Generaal-majoor in Zweedse dienst; 1719 Zweeds afgezant naar Pruisen. |
KIRBY, zie KERBY, JOSEPH. |
KIRCHNER, KARL CHRISTIAN. V; IX; XI; XII |
Saksisch-Pools resident te Londen 1691-1710. Repertorium. |
KIRCHNER, MICHAEL ACHAZ, Freiherr von. XIV; XV |
( 1734) Keizerlijk diplomaat; gevolmachtigde te Utrecht 1712-13 speciaal voor de overdracht van het Overkwartier van Gelre aan de koning van Pruisen; daarna te Kassel voor de levering van Hessische hulptroepen. Repertorium, I; Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KIRIPERLIOGLOU NUMAN PASHA. X |
Bruidegom van de dochter van de sultan van Turkije. |
KIST, CORNELIS. XIII |
Nederlands schipper. |
KIUPARLISADE ABDULAH PASHA. IX |
Turks gouverneur van Siwas. |
KIUPERLI MUSTAPHA PASHA. X |
Turks generaal, gesneuveld in de slag bij Salankamen (Hongarije). |
KLAUTE, JOHANN BALTHAZAR. V; VI |
Kriegscommissar van Hessen-Kassel; 1706 te 's-Gravenhage voor onderhandelingen over de Hessische troepen in geallieerde dienst. |
KLEE, BURCKHARD VON DER. III |
Keizerlijk Kriegssekretär. Braubach, Prinz Eugen. |
KLEINAU, ANNA JULIANE VON. VIII |
Tweede echtgenote (morganatisch) van Christian Eberhard, vorst van Oost-Friesland; dochter van een Mecklenburgse opperhoutvester. Reimers, Ostfriesland, 244. |
KLEMENT, JEAN MICHEL. IX; X; XIII |
Vertegenwoordiger van Rákóczi, o.a. in Holland onder pseudoniem Johann Georg Rosenau. Köpeczi, La France et la Hongrie. |
KLEVERSKERKE, heer van, zie BRANDE, JOHAN PIETER VAN DEN. |
KLEYBURG, JACOB. I; II; IV; VIII; XI |
(1666-1712) Nederlands marine-officier; kapitein-ter-zee bij de Amsterdamse Admiraliteit. Bruijn, Admiraliteit. |
KLINCKOWSTRÖM, LEONHARD. X |
(1685-1759) Zweeds ambtenaar; kopiïst bij de Zweedse kanselarij te velde; 1709 bij Poltava gevangen genomen; 1712 ontvlucht. SBL. |
KLINGGRÄF, ELIAS. @ II; III; XIV-XVII |
( 1717) Resident van Celle te 's-Gravenhage 1701-05; resident van Hannover aldaar 1701-14; extraordinaris envoyé van Hannover 1714-17. Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KNAPEN, N.N. X; XI |
Ontvanger van de convooien en licenten te Doornik, 1710. |
KNEYL, JOHAN CHRISTIAN. VI |
( 1716) Deens officier bij het korps in Nederlandse dienst; brigadier van de cavalerie 1710. Staatsche Leger, VIII, bd.III. |
KNIPHUIZEN, graaf van, zie IN- EN KNIPHUIZEN. |
KNIPPER, N.N. XVI |
N.n.g. Commissaris van oorlog van de keurvorst van Beieren; begin 1715 aanwezig in Antwerpen als niet-officiëel waarnemer bij de onderhandelingen over de barrière. |
KNOFF, HANS. XVII |
(1679-1732) Deens marine-officier; commandeur sinds 1712; schout-bij-nacht 1720. DBL. |
KNUTH, FREDERIK CHRISTIAN VAN. VII; VIII |
Deens officier in Staatse dienst? |
KNUYT, SIMON DE. XI; XIII |
Amsterdams koopman. |
KNIJF, GODTSCHALK. III |
Nederlands ambtenaar; 1693 commissaris van de monstering. |
KOCH, GEORG GOTTFRIED. XVIII |
Zaakwaarnemer van Eugenius van Savoye. |
KOCH, IGNAZ. XVIII |
(1697-1763) Secretaris van Eugenius van Savoye; zoon van de voorgaande; 1717 overbrenger van het nieuws van de overgave van Belgrado naar 's-Gravenhage. Braubach, Prinz Eugen. |
KOCK, N.N. XIV |
Saksisch ambtenaar. |
KÖKÉNYESDI, LÁSZLÓ (LADISLAS), baron de VETÉSI. XVIII |
(1685-1756) Hongaars edelman; vertegenwoordiger van Rákóczi bij de Franse koning. Köpeczi, La France et la Hongrie; Bély, Espions et Ambassadeurs. |
KOEN, ADRIAAN. XIV |
Nederlands officier; zoon van de volgende; kapitein van de infanterie, majoor 1738-42. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KOEN, CORNELIS. VI; IX; XIV |
Regent van Schoonhoven; vele malen burgemeester sinds 1692. Van Berkum, Beschryving Schoonhoven. |
KOEN, GIJSBERTUS. VI |
Nederlands marine-officier; luitenant-ter-zee. |
KÖNIGSTEIN, baron van, zie PINCIER, JOHANN LUDWIG. |
KÖNIGSEGG, HUGO FRANZ, graaf VON. XVII |
(1660-1720) Broer van Lothar Joseph, R.K. geestelijke; groot-deken van het aartsbisdom Keulen en diplomaat in dienst van de keurvorst van Keulen; bisschop van Leitmeritz 1711. Jadin, Correspondance. |
KÖNIGSEGG, KARL, graaf VON. XIV |
(1675-1731) Keizerlijk officier. |
KÖNIGSEGG-ROTHENFELS, LOTHAR JOSEPH DOMINIK, graaf VON. V; XVI-XIX |
(1673-1751) Keizerlijk officier; 1703 kolonel; 1705 Generalfeldwachtmeister; 1708 Feldmarschall-lieutenant; 1715 keizerlijk onderhandelaar over de barrière te Antwerpen; 1717-19 keizerlijk gezant te Parijs. ADB. |
KOERLAND, hertog van, zie KETTLER, FRIEDRICH WILHELM. |
- hertogin-weduwe van, zie ELISABETH, prinses van BRANDENBURG. |
- regent van, zie KETTLER, FERDINAND. |
KOK, zie COCK, THEODORUS DE. |
KOLBE, JOHANN KASIMIR, graaf van WARTENBERG. @ # I-XIII |
(1643-1712) Gunsteling van Friedrich III, keurvorst van Brandenburg/Friedrich I in Pruisen; 1696 opperkamerheer; 1700 graaf van Wartenberg. ADB. |
- echtgenote van, zie RICKERS, CATHARINA. |
KOLLONITZ, LEOPOLD, graaf. I; II |
(1631-1707) Bisschop van Raab 1685-95; aartsbisschop van Colocza (Bács) 1691-95; aartsbisschop van Gran 1695-1707; kardinaal-primaat van Hongarije sinds 1686. BLKO; Gams, Series. |
KONINCK, N.N. DE. X |
Bankier te Antwerpen. |
KONING, HUBERTUS. VII |
( 1700) Predikant van de Gasthuiskerk te Delft van 1677 tot zijn dood. |
KONING, JACOB ALEWIJN. VII |
Koopman te Rotterdam, betrokken bij de oprichting van een compagnie voor de haringvisserij in Engeland. |
KONING, MARTINUS. @ VII |
(1662-1733) Predikant te Nieuwpoort 1691-1732. NNBW; Biographisch Woordenboek van Protestantsche Godgeleerden. |
KONSTANZ, bisschop van, zie (1689) RODT, MARQUARD RUDOLF VON; zie (1704) SCHENK VON STAUFFENBERG, JOHANN FRANZ;. |
KOPEREN, JAN JACOB VAN. I; II; IV; VII; XII-XIV |
(1667-1732) Nederlands marine-officier; kapitein-ter-zee bij de Admiraliteit op de Maze; schout-bij-nacht vóór 1718. Van der Aa, Biographisch Woordenboek; Bruijn, Admiraliteit. |
KORNBERG, N.N. XIV |
N.n.g. 1712 voormalig Russisch generaal. |
KORNUADOWSKI, N.N. X |
Pools magnaat. |
KORTGENE, heer van, zie NASSAU, CORNELIS VAN. |
KOURAKIN, zie KURAKIN. |
KRABBE, OTTE. II; IV-VI; IX; XII; XIII; XVII |
(1641-1719) Deens staatsman, staatsraad en geheime raad. DBL. |
KRÄMER, N.N. XIII |
N.n.g. Burger van Bazel; luitenant-kolonel in dienst van de gereformeerde kantons en Frans agent in die kantons, 1712. |
KRAG, FREDERIK, friherre. XI; XIII |
(1655-1728) Deens diplomaat; 1685-88 extraordinaris envoyé te 's-Gravenhage; 1712 geheimraad van de Deense koning; 1713-21 vice-stadhouder van Noorwegen. Schutte, Buitenlandse vertegenwoordigers. |
KRAG, NIELS. XIII |
(1653-1713) Deens ambtenaar; chef van de financiën van de koning 1710. DBL. |
KRAKAU, bisschop van, zie (1720-37) SZANIAWSKI, CONSTANTINUS FELICIANUS. |
- castellane van, zie CHARLOTTE AMALIA VAN HESSEN-RHEINFELS. |
KRAMER, JOHAN GODFRIED. XV |
Gereformeerd predikant te Burtscheid sinds 1709, vertrokken naar Wickradtsberg 1721. |
KRAMER, PIETER DIRKSE. X |
Nederlands schipper. |
KRAMPRICH VON KRONENFELD, DANIEL JOHANN. II; VI |
( 1693) Keizerlijk resident te 's-Gravenhage 1667-87; extraordinaris envoyé aldaar 1687-93. Repertorium, I. |
KRAPF, N.N. II |
N.n.g. Keizerlijk ambtenaar. |
KRASSOW, ERNST DETLOF VON. V; IX-XIII |
(1660-1714) Pommers edelman; officier in Zweedse dienst; generaal-majoor 1706; friherre 1707; gouverneur-generaal van Bremen en Verden 1710; luitenant-generaal 1712; bevelhebber van de Zweedse troepen in Noord-Duitsland; zijn regiment infanterie was sinds 1701 in Hollandse dienst. SBL. |
KRAUT, CHRISTIAN FRIEDRICH. X |
( 1714) Brandenburgs ambtenaar; 1698 ontvanger van het General Kriegs Kollege en het General Domänen Kollege; praktisch minister van financiën. ADB. |
KREIENBERG, CHRISTOPH FRIEDRICH. XIV; XVI |
Hannoveraans resident te Londen 1710-14. Repertorium, I. |
KRETSCHMAR, JOHAN THEODOOR PHILIBERT VAN. @ XII |
Nederlands officier; 1715 kapitein met rang van luitenant-kolonel in het 2e bataljon Hollandse Gardes te voet; 1723 over naar het eerste bataljon; 1728-30 kolonel van een regiment infanterie. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KRETSCHMAR, LOUIS ADRIAAN. VIII; XI |
( 1750) Nederlands officier; 1709 kapitein van de Gardes te voet; 1728 majoor van dat regiment; hij eindigt zijn carrière als kolonel en luitenant-generaal. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KRIECHBAUM, GEORG FRIEDRICH, Freiherr VON. V |
(1667-1710) Keizerlijk officier; 1705 Feldmarschall-lieutenant; 1709 Feldzeugmeister en commandant in Siebenbürgen. ADB. |
KROCK, N.N. XI |
Russisch resident in Frankrijk. Repertorium, I. |
KRONEMANN VON KROMANSHOF, LOUISE CHRISTINA. V |
Echtgenote van Alexandre Auguste baron des Villattes sinds 1683. NNBW. |
KRONENSTEIN, heer van, zie HEUKELUM, JOHAN FREDERIK VAN. |
KROONENBROECK, MATTHEUS MARTINUS. XV |
(1688-1749) Advocaat en procureur, schepen van Roermond 1713; schout van Dalenbroek 1718; 1737-49 raadsheer in het Hof van Gelre te Roermond. NNBW. |
KRUMBHOLZ, CHRISTIAN. VII; VIII |
(1665-1725) Afkomstig uit Saksen; 1700 predikant van de Petruskerk te Hamburg en leider van een volksbeweging tegen de senaat van de stad; 1709 van zijn ambt ontheven en ter dood veroordeeld, maar gegratieerd; te Hameln in gevangenschap gestorven. ADB; Mönckenberg, Geschichte Hamburg, 357. |
KRUYMEL, PIETER. XIV |
( 1716) Rotterdams koopman en regent; schoonzoon van Ysbrand Ysbrandsz. Engelbrecht, Vroedschap Rotterdam. |
KRUIJSSE, (Mr.) ABRAHAM VAN DER. IV; VI |
Regent van Vlissingen; schepen 1703; vroedschap 1705; pensionaris 1705-15. Van Woelderen, 'Lijst van Baljuws etc.'. |
KRUYTS, N.N. VI; XIII |
N.n.g. Secretaris van de kroonprins van Pruisen. |
KRIJT, MR. OUTGER DE. XV |
(1671-1716) Regent van Hoorn; vroedschap 1711-16; burgemeester 1713-14. Kooijmans, Onder Regenten. |
KUCHMEISTER VON STERNBERG, JOHANN ADAM. @ VI; IX |
( 1730) Nederlands officier; kapitein in het regiment infanterie van prins Albrecht van Brandenburg; 1707 majoor; 1709 luitenant-kolonel; 1725 kolonel-commandant van dat regiment. Ringoir, Hoofdofficieren infanterie. |
KUEFSTEIN, JOHANN KARL, graaf. VIII; IX |
(1680-1717) Keizerlijk diplomaat; 1709 naar Engeland om Queen Anne te condoleren met het overlijden van haar echtgenoot. Repertorium, I; BLKO. |
KÜHNE, zie KIEN, RUDOLPH. |
KUENBURG, FRANZ FERDINAND, graaf van. IX-XIII |
(1649-1732) Vorst-bisschop van Laibach 1701; 1708 keizerlijk afgezant naar Portugal; 1713 vorst-aartsbisschop van Praag en primaat van Bohemen. BLKO. |
KUISTEN, (Mr.) GERARD. II; III; V-VIII |
(1647-1708) Nederlands resident te Hamburg en Lübeck 1675-1708. Schutte, Nederlandse vertegenwoordigers. |
KULM, palatin van, zie SZIANIAWSKI, N.N. |
KULMBACH, zie BRANDENBURG-BAYREUTH-KULMBACH. |
KULPIS, JOHANN GEORG. I |
( 1698) Vertegenwoordiger van Württemberg en de Schwabische Kreis op het vredescongres van Rijswijk. Repertorium, I. |
KUNCKEL, N.N. V |
Nederlands officier; kapitein in het regiment infanterie Fagel. |
KURAKIN, BORIS IVANOVIČ, vorst. XI |
( 1727) Russisch ambassadeur te Londen 1709-11 en 1714-15; ook als zodanig te 's-Gravenhage 1711-23, met onderbrekingen. Repertorium, I. |
KURZROCK, MAXIMILIAN HEINRICH VON. VII |
( 1735) Keizerlijk resident te Hamburg 1707-35. Repertorium, I. |
KUSINSKY, ANTON. VIII |
Pools edelman. |
KUTTSCHRÜTTER, DANIEL VON. XI |
(1648-1720) Afkomstig uit Saksen; officier achtereenvolgens in Münsterse, Paltsische en Nederlandse dienst; aanwezig bij de overtocht van Willem III 1688; kapitein in het regiment Birkenfeld/Van Huffel; zwaar gewond bij Malplaquet; 1711 gepensioneerd. Nederlandsche Leeuw 68, (1951), 319. |
KUZIUK ALI PASHA. VI |
Turks gouverneur van Egypte, 1707. |
KUZIUK HUSSAIN AGA. VIII |
Leider van een opstand in Constantinopel; 1709 terechtgesteld. |