Registers van de Hollandse grafelijkheid 1299-1345

 
English | Nederlands
A FR_K_X023v_102_1 B FR_G_X023r_102_1

A: AGH 325 (klein register Friesland), f. 23v, nr. 105 (1328 ca. mei 15-juli 13, naar onbekend voorbeeld).
B: AGH 324 (groot register Friesland), f. 23r, nr. 105 (103) (na 1331 juli 17, wrs. vóór 1336 mrt. 15, naar A).
Opschrift:

Idem.

Editie/regest: Muller, Reg. Hann., p. 27.

Deze oorkonde, onderdeel van een dossier met stukken over de West-Friese goederen van de heer van Egmond (nrs. FR 100-103 in dit register) zal in het register A zijn ingeschreven tegelijk met nr. FR 103; zie aldaar.

Ic Rengher Moenkijns sone, baeliu van Keenmaerlanda ende van Vriesland, make cond allen den ghenen die desen brief sullen sien of horen lesenb dat ic hoerde ende dair over was dat Heyne Wisen sone wisede een vondnesse dat niement scouwen en soude over Willaems ambocht van Egmonde, ende des volghede die ghemeene hiemraed.

In oirkonde desen brieve bezeghelt met minen seghel. Ghegheven ter Niewerburch int jair ons Heren Mo CCCo ende achte in sinte Baven daghe.

a
Keenm’land A; Kenem’land B.
b
etc. i.p.v. die ... lesen B.
Oorkonder: Renger Monekijnsz., baljuw van Kennemerland en West-Friesland
Destinataris: Willem van Egmond