Uitgegeven door de Werkgroep 'Holland 1300-1500' onder verantwoordelijkheid van D.E.H. de Boer, D.J. Faber, H.P.H. Jansen en J.W. Marsilje; eindredactie M.J. van Gent (jaar van publicatie: 1980-1997) De rekeningen zijn afkomstig uit het archief van de graven van Holland in het Nationaal Archief in Den Haag. Zij zijn gekozen op basis van de 'kruisjaren' 1358-1361 en 1393-1396. De achterliggende gedachte van de 'kruisjaren' is door middel van publicatie van alle rekeningen uit een korte opeenvolgende periode meer inzicht te verkrijgen in de werking van het grafelijk bestuur. De uitgave bevat tien rekeningen met betrekking tot de hofhouding van Albrecht van Beieren, die eerst ruwaard (plaatsvervanger) en vanaf 1389 graaf van Henegouwen, Holland en Zeeland was. Deze rekeningen vormen de voornaamste bron voor de reconstructie van de inkomsten en uitgaven van de landsheer en de samenstelling en het onderhoud van diens hof. Tevens bieden de rekeningen veel informatie over bijvoorbeeld de politieke ontwikkelingen in de tweede helft van de 14e eeuw (vooral via de bodelonen), het culturele leven aan het hof, de uitoefening van de grafelijke rechtspraak en over de circulatie van diverse munten. Daarnaast zijn er rekeningen opgenomen van de dijkgraaf van de Grote Waard. Deze functionaris was belast met het toezicht op de aanleg en het onderhoud van de dijken in het gebied tussen Dordrecht, Gorinchem, Heusden en Geertruidenberg. Naast de rekeningen van hoffunctionarissen en de dijkgraaf van de Grote Waard zijn voor de jaren 1393-1396 ook rekeningen van ambtenaren op lager niveau uitgegeven. Het gaat om de rekeningen van de rentmeesters van Kennemerlanden, Westfriesland, Noord-Holland, Woerden, Voorne en Zuid-Holland en de rekeningen van de drossaard van Heusden en de baljuws van Den Haag, Rijnland (en Woerden) en Brielle en het land van Voorne. De rentmeesters beheerden de grafelijke domeinen in hun district. De drossaard en baljuws waren belast met de uitoefening van de grafelijke rechtspraak. Hun rekeningen geven afzonderlijk en in samenhang een beeld van het bestuur en de rechtspraak in Holland in de 14e eeuw. Zij bieden tegelijkertijd als 'ambtelijke verslagen' ook veel gegevens over allerlei sociaal-economische, culturele en monetaire ontwikkelingen. Alle rekeningen zijn in hun geheel uitgegeven, met aandacht voor paleografische en codicologische bijzonderheden. De teksten zijn voorzien van letter- en cijfernoten voor respectievelijk tekstkritische en zakelijke opmerkingen. Alle delen zijn voorzien van een uitvoerige algemene inleiding en een index op namen van personen en families en op geografische begrippen.