Institutionele toelichting Raadkamer Gelre (1473-1477)

Naam:
Raadkamer Gelre; er werd ook van het Hof gesproken en over het gerecht van de Schive.

Datum oprichting:
Op 16 juli 1473 werd door hertog Karel van Bourgondië commissie verleend aan Willem van Egmond als stadhouder-generaal van Gelre en Zutphen. Naast de stadhouder werden justitiële raadkamers ingesteld in Arnhem, Nijmegen, Zutphen, Roermond en Venlo. De competentie van de raadkamers werd door Karel de Stoute vastgelegd in een ordonnantie van 22 april 1474. De Raadkamer te Arnhem was primair bestemd voor het gehele hertogdom Gelre. In de loop van 1473 en 1474 werden de ambtenaren bij deze Raad aangesteld. De raadkamer begon haar werk in september 1473.

Datum opheffing:
In januari 1477 sneuvelde Karel de Stoute bij Nancy, waarna de Bourgondische ambtenaren uit Gelre vluchtten.

Vestigingsplaats:
Arnhem.

Zetelaantal:
De Raadkamer had tien leden. Naast de president en negen andere raadsheren werd een procureur-generaal aangesteld.

Personeel:
Aan de Raadkamer waren een griffier, secretarissen en een ontvanger van de exploiten verbonden.

Benoeming:
Het benoemingsrecht was voorbehouden aan de vorst.

Naamlijsten:
-Maris, J.A., 'De raadkamers of hoven van Karel den Stoute in Gelre en Zutphen, 1473-1477', in Bijdragen en Mededelingen Gelre LVI (1957) 58-61.

Literatuur:
-Aalbers, P.G., Justitiae Sacrum. Zeven eeuwen rechtspraak in Arnhem (Utrecht 1998) 105-108.
-Maris, J.A., 'De raadkamers of hoven van Karel den Stoute in Gelre en Zutphen, 1473-1477', in Bijdragen en Mededelingen Gelre LVI (1957) 45-123.