Details van document 178
| Nummer | 178 | ||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum | 16-09-1472 | ||||||||||||||
| Documenttype | aanwijzing | ||||||||||||||
| Plaats | Onbekend | ||||||||||||||
| Vergadering | 16-09-1472 | ||||||||||||||
| Archief |
|
||||||||||||||
| Incipit | Verraempt dat mijn genadige jonchere greve to Moerss etc. wesen sall een ruwaert der lande van Gelre in affwesen onss genedigen lieven heren heren Adolphs hertogen van Gelre etc. tot behueff sijnre genaden, sijnre genaden kijndere en sijnre genaden lande, nementlic der dryer vierdele Nymegen, Zutphen ende Arnhem ende voert der stede ende lantschapp dess vierdels van Rueremonde die sich tot mijnen genedigen heren hertoegh Adolp ende sijnre genaden kijndere halden ende die sich noch namaels tot sijnre genaden ende synen kijnderen wederkerende ende haldende werden. Item dat mijn jonchere die lande van Gelre in stede mijns genedigen heren vurg. bis tot sijnre geneden wederkoempst off tot mundigen dage mijns genedigen joncheren joncker Kaerle regieren ende bewaeren sall by rade ende toedoen der deputierde |
||||||||||||||
| Explicit | in affwesen onss gengendigen heren vors sgemeynen lants best drye onder een anderen gedaen hebben ende dat oick mijn joncher die stroeme ende straten veylich halde na sijnre macht Item hier brieve aff te maken in der bester formen, daer men to elker sijde mede bewaert sij. |
||||||||||||||
| Regest | Ontwerp van de voorwaarden waarop Vincentius van Meurs zal worden aangesteld tot ruwaard van Gelre tot de terugkeer van hertog Adolf of de dag van mondigheid van zijn zoon jonker Karel. | ||||||||||||||
| Opmerking tekst | De tekst is ongedateerd, maar zij moet opgesteld zijn voor de overeenkomst van 16 sep. 1472 (vgl. Nijhoff IV, p. 472-475). Deze passage verschilt met Nijhoff, p. 475: Oick sal mijn joncher hebben die vierden penninck van allen tokomende broeken mijnen genedigen heren tobehoerende. [Nijhoff, p. 475: die nyet verscreven en syn]. Item sullen die deputierden ende hoeftstede vurs. van slants wegen mijnen jonchere een geschenck doen van etc. gelijck dat bekalt is [ontbreekt bij Nijhoff].. |