Tractaet van dijckagie

 
English | Nederlands

Uitgegeven door J. de Hullu en A.G. Verhoeven (jaar van publicatie: 1920)

Andries Vierlingh (ca. 1507-ca. 1579) was rentmeester te Steenbergen en bekleedde verschillende andere openbare functies in die omgeving, waaronder die van dijkgraaf. Na zijn werkzaam leven verwerkte Vierlingh zijn ervaring in het Tractaet van Dijckagie, dat hij tussen 1576 en 1579 schreef. Deze verhandeling geeft hoofdzakelijk inzicht in de stand van de waterstaatkundige kennis en de praktijk van het waterbeheer.

Van de beoogde vijf delen van dit werk heeft hij er slechts twee voltooid. Hierin komen onder meer aan de orde het verhogen en onderhouden van slikken, gorzen en zomerpolders, de verzorging van dijken, het bouwen van dijken en daarmee gepaard gaande maatschappelijke en technische problemen, de uitvoering van bijbehorende werkzaamheden zoals het leggen van sluizen. Het derde deel, dat in het enige bewaard gebleven afschrift onvoltooid is gebleven, behandelt het onderhouden van dijken, het dichten van doorbraken en het leggen van inlaagdijken. De auteur had nog een vierde en vijfde deel voorzien, die hadden moeten gaan over het afdammen van rivieren, het aanleggen van havens en over overstromingen.

De uitgave is voorzien van een algemene inleiding en een inleiding over de waterstaatkundige waarde van het werk. De editie besluit met een glossarium van waterstaatkundige begrippen.