Bongertman, Hilda (1913-2004)

 
English | Nederlands

BONGERTMAN, Hilda (geb. Den Haag 3-4-1913 – gest. Amsterdam 18-5-2004), stewardess, schrijfster van NSB-jeugdboek. Dochter van Anton Bongertman (1878-1941), winkelier, en Hillechien Wassing (1877-1945), winkelierster. Hilda Bongertman trouwde op 12-10-1939 in Bussum met Johann Erich Heuser (1913-1982), zakenman. Dit huwelijk, in 1941 ontbonden, bleef kinderloos. Vanaf circa 1954 had Hilda Bongertman een relatie met Sonja Bonhoffer (1920-1994), administratief medewerkster.

Hilda Bongertman groeide met een oudere zus en broer op in Bussum, waar haar ouders een sigarenwinkel hadden. Als kind wilde Hilda ‘vliegenierster’ worden, maar dat was (en is) bepaald geen vrouwenberoep. Hilda ging naar de mulo en volgde een opleiding tot coupeuse. Op haar negentiende ging ze naar Engeland om de taal te leren (Van der Chijs).

Terug in Nederland volgde Hilda een eenjarige opleiding tot verpleegkundige in het Westergasthuis te Amsterdam. Hierna werkte zij in het Larense rusthuis Fjedo en in particuliere dienst bij een familie in het buitenland. Toen zij in 1934 had gelezen dat Europese luchtvaartmaatschappijen naar Amerikaans voorbeeld stewardessen in dienst namen, schreef zij de KLM een brief met de vraag of men dit voorbeeld niet kon volgen. KLM antwoordde dat hierover zou worden nagedacht, en in 1935 besloot de luchtvaartmaatschappij inderdaad stewardessen in dienst te nemen. Hilda solliciteerde en werd aangenomen.

In 1936 werd Bongertman gepromoveerd tot hoofdstewardess en schreef zij in opdracht van KLM-directeur Albert Plesman het boek Schiphol uitstappen! Ervaringen van een K.L.M.-stewardess. De pers schonk veel aandacht aan het boek en Hilda Bongertman groeide uit tot een waar idool. Haar populariteit bereikte een hoogtepunt toen de Lijster, een toestel waarin Bongertman meevloog, op 9 december 1936 boven Engeland verongelukte. Als een van de twee overlevenden kwam ze, met onder meer twee gebroken ribben en brandwonden, uit het brandende wrak. Ze oogstte veel bewondering toen ze te kennen gaf dat ze zo snel mogelijk weer aan het werk wilde. Een jaar ervoor – in 1935 – was ze lid geworden van de Nationaal-Socialistische Beweging (NSB), evenals haar ouders en haar broer.

Oorlog

Hilda Bongertman trouwde in 1939 met Johann Heuser, een buurtgenoot van haar ouders. Zijn vader had een goedlopende zaak in kogellagers voor rijwielen. Het huwelijk, dat het einde betekende van haar loopbaan bij de KLM, duurde nog geen twee jaar. Mogelijk was dat te wijten aan het feit dat Heuser (van oorsprong een Duitser) niets zag in het nationaal-socialisme. In 1941 liet Bongertman zich van hem scheiden. Bongertman was intussen actief binnen de Nationaal-Socialistische Vrouwen Organisatie (NSVO) en sinds oktober 1941 ‘begunstigd’ lid van de SS. Voor de NSB schreef zij in 1942 Jeugd in de branding, een boek over twee Amsterdamse jongens die dienst nemen bij de Waffen-SS. Toen de NSB haar vroeg om de tekst bij te stellen – men vond hem niet antisemitisch en anti-Engels genoeg – en Bongertman dit weigerde, werd ze uit de NSB gezet. Kennelijk kwamen de partijen later toch tot overeenstemming, want in 1943 verscheen Jeugd in de branding bij de Nederlandsche Nationaal-Socialistische Uitgeverij (Nenasu). Binnen een jaar tijd ging het boek 7044 keer over de toonbank. Hierna was Bongertman achtereenvolgens redactrice van Arbeid, het orgaan van de nationaal-socialistische vakbeweging Het Nederlands Arbeidsfront (NAF), secretaresse bij de nationaal-socialistische uitgeverij De Amsterdamsche Keurkamer en tot slot secretaresse van de NSB-burgemeester van Winterswijk. In die tijd schreef zij een aantal hoofdartikelen voor de Nieuwe Winterswijckse Courant. Toen de Britten eind maart 1945 Winterswijk binnenvielen en NSB-ers werden opgepakt, besloot Bongertman zichzelf aan te geven.

Na de oorlog

Na twee jaar te hebben vastgezeten in interneringskamp De Roskam in Weesp, verscheen Hilda Bongertman voor de rechter. Ze voerde haar eigen verdediging en zei dat ze veel spijt had van haar houding tijdens de oorlog. Van de vernietigingskampen hoorde ze naar eigen zeggen pas na de oorlog. Vanwege haar spijtbetuiging kreeg ze een relatief milde straf: beslaglegging op haar goederen (voor 7000 gulden) en ontzegging van haar stemrecht. ‘Ik zal goed maken wat ik verknoeide’, waren haar dankwoorden aan de rechter. Na haar vrijlating kwam Bongertman in dienst bij een klein exportbedrijf, later bij bierbrouwerij Amstel. Een tijdlang noemde ze zich Hilda Heuser. Niet lang na haar vrijlating ontmoette ze Sonja Bonhoffer op het Amsterdamse Leidseplein, een oud-koerierster van Het Parool. Ze kregen een relatie en gingen samenwonen aan de Elandsgracht en later in de Valeriusstraat. Na Sonja’s dood in 1994 werd ze een tijdlang verzorgd door haar Joodse buurvrouw, Nel Joseph. Hilda Bongertman stierf op 18 mei 2004 in een verzorgingstehuis, 91 jaar oud. Ze liet al haar bezittingen na aan de familie Joseph.

Hilda Bongertman was in de vooroorlogse jaren een nationale bekendheid. Na de oorlog leidde zij vanwege haar oorlogsverleden als NSB-er een teruggetrokken bestaan. Acht jaar na haar dood werden de schijnwerpers opnieuw op haar gericht omdat historica/oud-stewardess Ingrid van der Chijs het boek Luchtmeisjes schreef: over de tegengestelde levens van de stewardessen Hilda Bongertman en Trix Terwindt.

Publicaties

  • Schiphol uitstappen! Ervaringen van een K.L.M.-stewardess (1936).
  • Jeugd in de branding (Utrecht 1943).

Literatuur

  • ‘“Ik ga direct weer vliegen”’, Nieuwe Tilburgsche Courant, 12-12-1936 [interview].
  • Zonneke Matthée, Voor Volk en Vaderland. Vrouwen in de NSB 1931-1948 (Amsterdam 2007) [qua biografische informatie achterhaald].
  • Ingrid van der Chijs, Luchtmeisjes. Verzet en collaboratie van twee stewardessen (Amsterdam 2012).

Illustratie

Met versnaperingen op de vliegtuigtrap, door onbekende fotograaf, 1937 (Nationaal Archief / Spaarnestad Photo).

Auteur: Siddeq Qureshi

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 939

laatst gewijzigd: 14/07/2016

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.