© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Ingrid van der Vlis, Bronovo, Sara Katharina de, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/Bronovo [13/01/2014]
BRONOVO, Sara Katharina de (geb. Rotterdam 17-2-1817 – gest. Den Haag 18-6-1887), oprichtster en eerste directrice van de Haagsche Diaconessen-Inrichting, het latere Bronovoziekenhuis. Dochter van Jean Jacques von Broun de Bronovo (1787-1861), marineofficier, en Elisabeth Bedloo (1784-1838). Sara Katharina de Bronovo bleef ongehuwd.
Sara Katharina de Bronovo werd geboren als enige dochter in een gezin met een jongere broer en een oudere halfbroer uit het eerste huwelijk van haar moeder. Vooral het langdurige ziekbed van haar moeder moet bepalend voor haar zijn geweest. Na het overlijden van haar moeder in 1838 nam Sara de huishouding op zich. De remonstrantse predikant J. Herman de Ridder zou in 1865 over haar gezegd hebben dat zij ‘als door ’s Heeren hand […] van kind af tot zieken-verpleegster’ was gevormd (gecit. Van Lieburg, 15). Toen ook haar vader in 1861 was overleden, verhuisde Sara Katharina de Bronovo van Hellevoetsluis naar Den Haag, waar zij actief werd in de Vereniging tot Zedelijke Verbetering van Gevangenen en in contact kwam met het Reveil. Daar maakte zij kennis met het diaconessenwezen en kreeg zij belangstelling voor de plannen van Johan Hendrik Christiaan Basting voor de oprichting van een Nederlandse afdeling van het Rode Kruis. Zij besloot aan beide projecten mee te werken. Dokter Basting zou hebben uitgeroepen: ‘Waar hebt ge dat heerlijke mens opgediept…!’ (gecit. Van Lieburg, 16).
Ter voorbereiding maakte Sara Katharina de Bronovo in de zomer van 1864 een rondreis langs ziekenhuizen in Nederland, Duitsland en Zwitserland. Vooral de instellingen in Berlijn en Kaiserswerth maakten indruk. Zij besloot dat Den Haag meer behoefte had aan een kleine ziekenkamer dan aan een compleet ziekenhuis, want de stad had al twee gasthuizen. De Bronovo wilde een opleidingsinstituut dat zich op verpleging bij de mensen thuis richtte. Bij de oprichting van de instelling in de Kazernestraat hield ze wel rekening met een toekomstige uitbreiding. Vanaf 4 februari 1865 was het Opleidingshuis tot Ziekenverpleging in gebruik, met De Bronovo als directrice en vicepresidente. Tot haar taken behoorde het lesgeven in geestelijke vorming en ziekenverpleging, evenals het binnenhalen van geld en het zoeken naar een nieuwe en grotere locatie.
Diaconessen-Inrichting
De instelling begon in de lijn van het Rode Kruis, met een opleidingsfunctie in vredestijd, maar stond al snel bekend als de Diaconessen-Inrichting. Directe samenwerking met het Rode Kruis wees De Bronovo ook af, want ze wilde haar eigen koers varen. Wel werkte zij in 1870 mee aan een uitzending tijdens de Frans-Duitse oorlog. Samen met drie verpleegsters vertrok zij met een ‘ambulance’ naar het oorlogsgebied, maar ze kwam na één maand terug omdat de inrichting in Den Haag met te weinig personeel zat. De reis bezorgde De Bronovo een bloedvergiftiging, waarna zij enige tijd ernstig ziek was. Zuster en diacones Truus Baljon schreef er in haar notitieboekje over: ‘De inrichting leefde in letterlijk gebed en onvermoeide zorgen. Men zag in die zorgvolle dagen in onze onaanzienlijke nauwe Kazernestraat menigmaal het rijtuig van koningin Sophie, welke persoonlijk kwam informeren […] Doch de Heer hoorde het gebed en gaf haar als het ware terug’ (gecit. Schade van Westrum, 111).
De Bronovo herstelde en ging onvermoeibaar voort. In 1872 besloot zij dat haar Opleidingshuis een echte diaconessen-inrichting moest worden, dus met diaconessen aan het roer. Met deze koers wilde De Bronovo niet zozeer het christelijke element van haar onderneming benadrukken, alswel het idee van het opleiden en uitzenden van verpleegsters. Pas in 1880 bijvoorbeeld werd toestemming gegeven om het Heilig Avondmaal toe te dienen aan zieken die daar behoefte aan hadden. De associatie met het Rode Kruis bleef wel zichtbaar, onder andere door de grotere nadruk op de ‘lijdende mensheid’ dan op godsdienstige roeping. De instelling was inmiddels verhuisd naar de Laan van Meerdervoort, waar op 17 juni 1878 het nieuwe en grotere Diaconessenhuis was geopend.
Sara Katharina de Bronovo bleef haar hele leven verbonden aan de instelling, waar zij als directrice een allesbepalende rol speelde. Bij haar zeventigste verjaardag schonk zij alle zusters een gouden doekspeld met het volgende rijmpje daarbij: ‘Deez speld prikt zeker en gewis,/ Maar dit niet het voornaamste is:/ Zij hecht ook zaken aan elkaar –/ Ach, werden wij het steeds gewaar./ Dat, waar wij soms elkander prikken,/ Wij ons tot hechten ’t liefste schikken’ (gecit. Ellens, 46).’Reputatie
Op 18 juni 1887, een half jaar na haar zeventigste verjaardag, overleed Sara Katharina de Bronovo. Al snel werd gesproken over een speciaal eerbetoon, en zo kwam er in 1892 een Bronovokamer, waar behoeftige zieken gratis zorg konden krijgen. De kamer werd gefinancierd uit giften. Na haar dood leefden de ideeën van De Bronovo onverminderd voort in de instelling. Hoewel het ziekenhuis zich profileerde als diaconessen-inrichting, kreeg het pas in 1909 voor het eerst een predikant-directeur aan het hoofd. Tot die tijd bestierden directrices de inrichting. In 1972 fuseerde Diaconessen-Inrichting Bronovo met het Nebo Ziekenhuis, waarna het een algemeen ziekenhuis werd. Tegenwoordig is het ‘Bronovo’ vooral bekend als het ziekenhuis waar leden van de koninklijke familie worden geboren of verpleegd.
Archivalia
Haags Gemeentearchief: toegang 0582-01 (Vereeniging Diaconessen-inrichting te ’s-Gravenhage, sedert 1926; Vereeniging ’s-Gravenhaagsche diaconesseninrichting, sedert 1960; Vereniging Diaconesseninrichting Bronovo, 1865-1988).
Enkele jeugdbrieven van De Bronovo worden bewaard in de Koninklijk Bibliotheek, Den Haag, Universiteitsbibliotheek Amsterdam (UvA), Reveil Archief.
Literatuur
- S.H. Ellens, De diakones. Bronovo 100 jaar (Den Haag 1964) 5, 42-46, 65.
- M.J. van Lieburg, Bronovo 1865-1990. Van ’s-Gravenhaagsche Diakonessen-Inrichting tot Ziekenhuis Bronovo (Kampen 1990).
- Lia Schade van Westrum, Haagse vrouwen in zeven eeuwen (Den Haag 1998) 100-113.
- Evert Bosman, Er is veel om dankbaar voor te zijn. De diaconessen van Ziekenhuis Bronovo: 140 jaar in dienst van zieke mensen (Den Haag 2005) 9-19.
Illustratie
Foto, maker onbekend, ongedateerd. Uit: Schade van Westrum, Haagse vrouwen in zeven eeuwen.
Auteur: Ingrid van der VlisBiografienummer in 1001 Vrouwen: 705
laatst gewijzigd: 13/01/2014
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.