Carbentus, Anna Cornelia (1819-1907)

 
English | Nederlands

CARBENTUS, Anna Cornelia (geb. Den Haag 10-09-1819 – gest. Leiden 29-04-1907), de moeder van Vincent van Gogh. Dochter van Willem Carbentus (1792-1845), koninklijk boekbinder, en Anna Cornelia van der Gaag (1792-1855). Anna Carbentus trouwde op 21-5-1851 in Den Haag met Theodorus van Gogh (1822-1885), predikant. Uit dit huwelijk werden 4 zoons, van wie 1 levenloos, en 3 dochters geboren.

Anna Cornelia Carbentus werd geboren als derde van negen kinderen in een Nederlands-hervormd gezin dat in goede kringen verkeerde en sterk in Den Haag was geworteld. Als boekbinder was haar vader succesvol: hij had onder andere de eerste grondwet gebonden en mocht daarom het predicaat ‘koninklijk’ voeren. Toch was het geen probleemloos gezin. Anna’s vader, haar oudere zus Clara en haar jongste broer Johannes heetten ‘zenuwziek’ – hierdoor zou Anna zich haar leven lang zorgen maken over haar eigen mentale gesteldheid en, eenmaal moeder geworden, over die van haar kinderen.

Anna had een sterke band met haar tien jaar jongere zusje Cornelie. Samen kregen zij teken- en schilderlessen. Via Cornelie, die in 1850 trouwde met de kunsthandelaar Vincent (Cent) van Gogh, leerde Anna diens broer Theodorus (Dorus) kennen, een Nederlands-hervormd predikant. Met hem trad zij op 21 mei 1851 in de Haagse Kloosterkerk in het huwelijk.

Domineesvrouw

Anna van Gogh-Carbentus begon haar getrouwde leven in de pastorie van Zundert, de eerste standplaats van haar man. De verhuizing van het statige Den Haag naar het katholieke Brabantse platteland moet een hele overgang voor haar zijn geweest. Haar eerste kind kwam in 1852 levenloos ter wereld. Een jaar later werd Vincent geboren, de latere schilder. Het gezin breidde zich vervolgens gestaag uit met Anna (1855), Theo (1857), Lies (1859), Wil (1862) en Cor (1867). Als domineesvrouw ging Anna van Gogh-Carbentus met haar man mee op huisbezoek en zette zij zich in voor arme gezinnen, bijvoorbeeld door maaltijden voor hen te bereiden. Naast de zorg voor gezin en huishouding, daarbij geholpen door enkele dienstmeiden, besteedde ze haar tijd aan tuinieren, aquarelleren, breien en corresponderen.

Het beroep van haar man bracht Anna van Gogh-Carbentus en haar gezin in 1871 naar Helvoirt, vier jaar later naar Etten en in 1882 naar Nuenen, waar zij het achttiende-eeuwse Domineeshuis betrokken. De meeste kinderen waren tegen die tijd het huis uit. Zoon Vincent kwam na diverse omzwervingen eind 1883 ook naar Nuenen en had er een atelier in een schuurtje achter het ouderlijk huis. Toen dominee Van Gogh in maart 1885 onverwacht overleed, kon zijn weduwe nog een jaar in het Domineeshuis blijven wonen. Daarna verhuisde zij met haar jongste dochter Wil naar Breda, waar haar zus Cornelie woonde.

Weduwe

In november 1889 vestigde Anna van Gogh-Carbentus zich met Wil in Leiden, vermoedelijk omdat dochter Anna daar met haar gezin woonde. Zij betrokken er voor 250 gulden per jaar twee kamers en suite in een benedenwoning aan de Herengracht (nr. 100). Van Gogh-Carbentus, die erg van tuinieren hield, was blij met het tuintje aan de achterkant van het huis. Vincent noemde de verhuizing van zijn moeder een begrijpelijke keuze. Hij schreef haar op 9 december: ‘En zoo hoop ik dat U nog vele regt goede dagen zult beleven te Leiden – en wees er van verzekerd ik zeer dikwijls aan U denk hier, waar ik meer in me zelven gekeerd mijn dagen doorbreng dan bij wijle me wenschelijk toeschijnt’. In Leiden ontving Anna van Gogh-Carbentus in de zomer van 1890 de onheilstijding dat Vincent in Auvers-sur-Oise was overleden. Slechts een half jaar later, in januari 1891, stierf ook haar zoon Theo. In 1900 zou zij bovendien haar jongste zoon Cor verliezen – hij sneuvelde in Zuid-Afrika, waar hij in de Boerenoorlog (1899-1902) als legionair van het Vreemdelingenlegioen meevocht tegen de Engelsen.

Vanaf november 1893 leidde Anna van Gogh-Carbentus een min of meer zwervend bestaan. Ze pendelde jarenlang heen en weer tussen Den Haag, Bussum en Leiden. In deze drie plaatsen woonden haar dochters, schoondochter, kleinkinderen en ook nog andere familieleden. Vanaf mei 1905 had Anna van Gogh-Carbentus weer een vast adres in Leiden. Ze woonde aan de Zoeterwoudsesingel (nr. 46b) in bij een ongehuwde dame (mevrouw Groeneveld). Dochter Wil was eind 1902 opgenomen in een psychiatrische instelling te Ermelo, waar zij tot haar dood in 1941 zou blijven.

Dood en betekenis

Anna van Gogh-Carbentus overleed ‘na een langdurig lijden’ op 29 april 1907, 87 jaar oud. Schoonzoon Joan van Houten, echtgenoot van dochter Anna en succesvol fabrikant, kocht een graf voor haar op de Leidse ‘elite-begraafplaats’ Groenesteeg, waar zij op 2 mei werd begraven. Haar laatste rustplaats was gelegen onder een met klimop begroeide boom en op haar graf werd een eenvoudige, kleine zerk geplaatst.

Het leven van Anna van Gogh-Carbentus lijkt vooral in het teken te hebben gestaan van zorg voor haar naasten, in het bijzonder haar zes kinderen. Deze bezorgdheid, die zeker ook was ingegeven door de ‘zenuwziekte’ die in haar eigen familie voorkwam, gold ook haar oudste kind Vincent, de getourmenteerde schilder die na zijn vroege dood zou uitgroeien tot een der bekendste Nederlanders aller tijden. Voor het portret dat hij in oktober 1888 van haar maakte, gebruikte hij een foto die hij van zijn zus Wil had gekregen. De kleurloosheid van de foto stoorde hem, schreef hij op 8 oktober 1888 in een brief aan Theo, en daarom probeerde hij haar nu zelf te portretteren in de harmonieuze kleur zoals hij zich haar herinnerde (‘Je ne peux pas voir la photographie sans couleur et je cherche à en faire un avec de la couleur harmonieuse comme je la vois de souvenir’).

 

Archivalia

  • Brabants Historisch Informatie Centrum, 's-Hertogenbosch, Gemeenten Helvoirt en Zundert.
  • Erfgoed Leiden en Omstreken: Bevolkingsregister en Burgerlijke Stand.
  • Haags Gemeentearchief, Burgerlijke Stand.
  • Het Utrechts Archief: Bevolkingsregister.
  • Stadsarchief Breda: Bevolkingsregister.
  • West-Brabants Archief, Bergen op Zoom: Bevolkingsregisters Etten-Leur, Nuenen en Zundert.

Literatuur

  • N.A. van Beek, De Aantekeningen van Tante Mietje van Gogh (Den Haag 2010).
  • Willem-Jan Verlinden, De zussen Van Gogh (Amsterdam 2016).
  • Lodewijk Kallenberg, ‘Anna Cornelia van Gogh-Carbentus, de moeder van Vincent van Gogh. Haar leven en haar band met Leiden, Leids Jaarboekje 111 (2019) 84-97.

Website

Brieven van Van Gogh

Illustraties

  • Vincent van Gogh, Portret van zijn moeder [Anna Carbentus], 1888, Pasadena, Norton Simon Museum (foto van het museum).
  • Portretfoto Anna van Gogh-Carbentus, ca. 1888 (J.L. De Lavieter & Co, Den Haag).

Auteur: Lodewijk Kallenberg.

laatst gewijzigd: 23/03/2020

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.