© DVN, een project van Huygens ING en OGC (UU). Bronvermelding: Kees Kuiken, Put, Christina de, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland. URL: https://resources.huygens.knaw.nl/vrouwenlexicon/lemmata/data/ChristinadePut [13/01/2014]
PUT, Christina de, ook bekend als Christina Puteanus (geb. Venlo ca. 1578 – gest. Krakau, Polen 9-9-1626), missiezuster. Dochter van Jan de Put Jansz. (1547-1611), burgemeester van Venlo, en Geertruid Segers Hendriksdr. (gest. 1583).
Christina de Put werd geboren als vierde van de vijf kinderen uit het eerste huwelijk van de Venlose regent Jan de Put. Zij was een jongere zuster van de humanist Erik de Put (1574-1646), alias Erycius Puteanus, alias Honorius van den Born, en een halfzuster van Berber de Put. Hoe in de familie De Put tegen vrouwen werd aangekeken, blijkt uit een puntdicht van haar broer Erik: ‘De vrouw gelijkt of bij of spin, en heeft vergif of honing in’ (Manders ongepagineerd). Hij schreef ook een Latijnse familiegeschiedenis. Daarin staat Christina als ‘Puteana’ te boek.
Christina de Put groeide op onder de geestelijke invloed van de kruisheren van St. Nicolaas in haar geboortestad, onder wie haar verwanten Willem en Hubert Vogelzang. Via deze familie was zij verzwagerd met de mystieke dichteressen Elisabeth en Mechtildis van Lom. Christina de Put leerde Latijn, Frans, Italiaans en Engels. Evenals haar halfzuster Berber voelde zij zich aanvankelijk aangetrokken tot de clarissen, maar op 14 mei 1608 werd zij ingekleed bij de ongeschoeide karmelietessen te Leuven, die haar op 18 april 1612 uitzonden naar Krakau. In 1620 werd zij priores in het aldaar door haar en drie medezusters tot ontwikkeling gebrachte karmelietessenklooster. Als ‘mater Christina a Sancta Trinitate’ stierf zij in 1626 in dit klooster.
Na haar dood zond de provinciaal van de karmelieten in Polen een necrologie van Christina de Put naar haar moederklooster in Leuven. Dit bericht had alle trekken van een hagiografie. Haar lijfspreuk was geweest: ‘’t Is Gods wil en dat is genoeg’ en haar laatste woorden waren: ‘Barmhartigheid, barmhartigheid – niet voor het lichaam, maar voor de ziel’. Op haar voorbeeldig leven was met andere woorden een voorbeeldige dood gevolgd. Na haar heengaan werden wonderen waargenomen: haar lichaam is tweemaal herbegraven en bleek beide malen gaaf, terwijl het een zoete geur verspreidde. Ook waren gebeden verhoord van lieden die haar voorbede hadden verzocht.
De berichten over moeder Christina de Put pasten wonderwel bij die over Agnes Huin, de schrijfzuster van het annuntiatenklooster Transcedron te Venlo, bekend uit de kroniek van Berber de Put. Na de dood van Huin bewerkte de Venlose franciscaan Mathias Croonenborch deze berichten en aantekeningen tot een zusterboek van Transcedron, dat in 1673 in Brussel werd gedrukt. Hierin kreeg Christina de Put een eervol eigen lemma, volgend op dat van Berber, met wie zij, in de hertaling van het zusterboek uit 1917, ‘op aarde zo innig door de liefde in God verenigd is geweest, dat zij tezamen slechts één ziel in twee lichamen schenen te hebben’ (Michels, 198). Door deze publicaties werd Christina de Put in bredere kring bekend, wat haar in 1927 een lemma in het NNBW opleverde. Tot een zalig- of heiligverklaring is het niet gekomen.
Naslagwerken
NNBW.
Literatuur en gedrukte bronnen
- E. Puteanus, Genealogia Puteanaea Bamelrodiorum Venlonensium, ab origine urbis, sive anno MCCCXLIII per utrumque sexum deducta (Leuven 1630).
- M. Croonenborgh, Het ryck-deughdigh leven van de hoogh-edele gheboren maghet suster Agnes Maria Huyn van Amstenrade, ende van eenighe andere, de welcke in eene uyt-nemende religieuese volmaecktheydt hebben uyt-geschenen (Brussel 1673).
- M.H.H. Michels, Geschiedenis der Lorettokapel te Genooi […] van 1410-1916 (Venlo 1917).
- Liederen van Mechteldis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedronkroniek van Barbara de Put, N. Wijngaards ed. (Zwolle 1957).
- S.A.B.M., ‘Puteanus/Te Puth’, De Nedermaas (1938-1939) 115-120.
- W. Manders, Erycius Puteanus. Humanist en geleerde (1574-1646) (Venlo 1974).
- A.A.J.J. van Pinxteren e.a. red., Pronkstukken. Venlo 650 jaar stad. Catalogus Goltziusmuseum Venlo (Venlo 1993).
Auteur: Kees Kuiken
Biografienummer in 1001 Vrouwen: 192
laatst gewijzigd: 13/01/2014
De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.