Cleve, Johanna Constantia (1800-1822)

 
English | Nederlands

CLEVE, Johanna Constantia (geb. Dordrecht 4-12-1800 – gest. Leiden 14-2-1822), dichteres. Dochter van Joan Diderik Matthias Cleve (ca. 1777-1845), arts, en Ida Agneta de Stoppelaar. Johanna Constantia Cleve bleef ongehuwd.

Johanna Constantia (Stansje) Cleve werd geboren in Dordrecht. Zij begon al vóór haar zevende jaar te dichten, en volgens Van der Aa was zij ‘door ene onweerstaanbare zucht voor de poëzij bezield’. Haar ouders onderkenden haar talent en haar vader – lid van het Haagse dichtgenootschap Kunstliefde Spaart geen Vlijt – wierp zich op als haar mentor. Ongetwijfeld zorgde hij ervoor dat Stansje op haar negende de jongste ‘aankwekeling’ werd van dit genootschap. Zij mocht er haar gedichten voorlezen en won diverse aanmoedigings- en ereprijzen. Op elfjarige leeftijd publiceerde zij haar eerst bundel Jeugdige dichtproeven (1813), met een voorbericht van de Haagse dichter Thomas van Limburg. Hij loofde haar ‘jeugdig dichtvernuft’ en voorzag voor haar een mooie toekomst. In 1815 werd zij officieel lid van Kunstliefde Spaart geen vlijt.

Na het gunstige onthaal van haar eerste bundel schreef Johanna Constantia Cleve een brief (3 oktober 1816) aan de directeur van de Koninklijke Maatschappij van Schone Kunsten en Wetenschappen in België met het verzoek mee te werken aan de voorintekening op de uitgave van haar nieuwe bundel en ‘uwe veel vermogende invloed zo te Brussel als te Gent onderdanigst aanbevelende’. In 1817 kwam Lentebloemen bij intekening uit. Elk exemplaar was door de dichteres persoonlijk gesigneerd. In het voorwoord, eveneens van haar hand, herdacht zij haar inmiddels overleden mentor Van Limburg.

Op 14 februari 1822 stierf Johanna Constantia Cleve, 21 jaar oud. Haar gedicht ‘Het Klaverblad van vieren (aan drie vriendinnen)’, met gitaarbegeleiding, verscheen postuum in de Muzen-Almanak van 1825. Haar vroege dood versterkte haar faam als veelbelovend maar te jong overleden dichteres.

Naslagwerken

Van der Aa; Basse; Frederiks/Van den Branden; Kobus/De Rivecourt; Lauwerkrans; NNBW; Regt; Verwoert.

Archivalia

  • Universiteitsbibliotheek Leiden: brief van Johanna C. Cleve aan Adriaan Uyttenhooven, 1817.
  • Koninklijk Bibliotheek, Den Haag: Brief van Johanna C. Cleve aan de directeur der Koninklijke Maatschappij van Schone Kunsten en Wetenschappen in België, 3-10-1816.

Publicaties

  • Jeugdige dichtproeven (’s-Gravenhage 1813)
  • Lentebloemen (’s-Gravenhage 1817).

Literatuur

  • A.J. van der Aa, Parelen uit de lettervruchten van Nederlandsche dichteressen (Amsterdam 1856) 140-141.
  • H.A. Höweler, ‘Uit de geschiedenis van het Haagsche Dichtgenootschap "Kunstliefde spaart geen vlijt", 1772-1818’, in: Tijdschrift voor Nederlandsche Taal- en Letterkunde, LVI, afl. 2-3 (Leiden 1937) 97-184.

Illustratie

Portret, door C. van Cuylenburgh/R. Vinkeles (1812).

Redactie

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.