Colvius, Agneta (1637-1672)

 
English | Nederlands

COLVIUS, Agneta (ged. Dordrecht 4-5-1637 – begr. Dordrecht 27-7-1672) als meisje geprezen om haar veelzijdige talent. Dochter van Andreas Colvius (1594-1671), predikant en curator van de Latijnse school en de stadsbibliotheek in Dordrecht, en Anna van der Myle (na 1596-?). Agneta Colvius trouwde op 16-7-1656 in Dordrecht met Jacobus Rolandus (1632-1686), predikant. Uit dit huwelijk werden 11 kinderen geboren, van wie er 9 op jonge leeftijd overleden.

De Dordtse stadshistoricus Matthys Balen noemt Agneta Colvius in zijn Beschryvinge der stad Dordrecht (1677) bij het geslacht Heymans. Zij was een kleindochter van Nikolaas, de eerste Heymans die ‘Kolff’ werd genoemd. Zijn zonen Andreas en Nikolaas voerden de naam Colvius. De moeder van Agneta was afkomstig uit Vlissingen.

Agneta Colvius dankt haar bekendheid slechts aan de lof die haar als jong meisje door stadgenoot Margaretha van Godewijck werd toegezwaaid. Deze prees haar uitbundig om haar handwerk en beoefening van andere kunsten, waaronder de dichtkunst. Kennelijk gold zij als een belofte. Op een portret van Agneta door Bernard Vaillant dichtte Margaretha: ‘Dit is een maagdenbeeld, getekend van Vaillant/ In ’t bloemtje van haar tijd, in ’t bloeien van haar lente:/ Hij kan met kool noch krijt bereiken haar verstand./ Haar innerlijk vernuft, die kan hij niet uitprenten’ (gecit. Schotel, 162). Helaas is Agneta’s portret noch haar werk bewaard gebleven. Ter gelegenheid van haar veertiende verjaardag schreef Margaretha van Godewijck nog eens twee gedichten om Agneta te prijzen. Zij roept Agneta op een voorbeeld te nemen aan de Heilige Agnes, die weigerde te trouwen.

Agneta Colvius en Margaretha van Godewijck moeten elkaar gekend hebben via het circuit van de culturele elite van Dordrecht. Er is wel gesuggereerd dat ze ongeveer even oud waren en met elkaar bevriend, maar uit Agneta’s doopakte blijkt dat zij tien jaar jonger was. Het lijkt er dus meer op dat dichteres Godewijck met haar lofzangen op het jonge meisje geprobeerd heeft haar tot kunstzinnigheid te stimuleren, ook al is het niet uitgesloten dat zij (ook) Agneta’s vader ermee wilde behagen. Andreas Colvius bezat een kabinet waarin hij zijn bijzondere schelpenverzameling te pronk zette, en Margaretha van Godewijck kreeg na een bezoek aan dat kabinet een paar schelpen van hem cadeau.

Op negentienjarige leeftijd trouwde Agneta Colvius met de vijf jaar oudere Jacobus Rolandus, predikant te Dordrecht. Van handwerken en de beoefening van andere kunsten is daarna niets meer vernomen. Waarschijnlijk was ze in beslag genomen door haar taken als predikantsvrouw en moeder. Tussen 1657 en 1672 kreeg zij elf kinderen, van wie er negen in de Dordtse doopboeken zijn terug te vinden: alleen de geboortes van 1658 en 1660 (haar tweede en derde kind) zijn onvindbaar. Agneta Colvius stierf enkele dagen na de dood van haar elfde kind, en werd op 27 juli 1672 begraven in de Grote Kerk in Dordrecht, 35 jaar oud.

Naslagwerken

NNBW.

Archivalia

Stadsarchief Dordrecht: toegang 150 (Collectie van handschriften), inv. nr. 1024 (Gedichten van Margareta Godewyck, met xxxviii door haar geschilderde zinnebeelden, 1641-1655); inv. nr. 1025 (Margarethe Godeviciae Poëmata).

Literatuur

  • Matthys Balen, Beschryvinge der stad Dordrecht, vervatende haer begin, opkomst, toeneming en verdere stant, 2 delen (Dordrecht 1677; herdr. 1966) 224-225, 1085-1089, 1144.
  • G.D.J. Schotel, Letter- en oudheidkundige avondstonden (Dordrecht 1841) 162.
  • Annelies de Jeu, ’t Spoor der dichteressen. Netwerken en publicatiemogelijkheden van schrijvende vrouwen in de Republiek (1600-1750) (Hilversum 2000) 40-42.

Auteur: Marja Volbeda

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 321

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.