Ghijben, Maria Elisabeth (1732-1800)

 
English | Nederlands

GHIJBEN, Maria Elisabeth, ook bekend als juffr. van Marle (ged. Amsterdam 19-3-1732 – begr. Amsterdam 11-6-1800), toneelspeelster. Dochter van Robbert Ghijben (ca. 1702-na 10-1762), oesterkoper, en Elisabeth Mooij (1712-1759), toneelspeelster. Maria Ghijben ging op 9-10-1761 in Amsterdam in ondertrouw met Adrianus van Marle (1740-1800), toneelspeler. Uit dit huwelijk werden 1 zoon en 1 dochter geboren.

Maria Elisabeth Ghijben groeide op met een zuster, Cornelia, en wellicht een broer, Johannes (geb. 1738). Haar vader stond in 1742 te boek als oesterkoper in de Huidenstraat, haar moeder was toneelspeelster. In 1753 verleenden de schouwburgregenten Maria op verzoek van haar moeder toegang tot de Amsterdamse Schouwburg om zich aldus ‘te bekwamen’, in de hoop dat zij hiervan ‘een nuttig gebruik zou maken’ (Van der Goes, 276). In mei 1755 tekende moeder Elisabeth een speelcontract voor haarzelf en haar twee dochters, Maria en Cornelia.

Over de toneelloopbaan van Maria Ghijben is weinig bekend. Zij speelde tot 1759 aan de Amsterdamse Schouwburg tegen een speelloon van 2 tot 2,25 gulden, met een jaarlijkse recognitie van vijftig gulden. In 1761 ging ze in Amsterdam in ondertrouw met de toneelspeler Adrianus van Marle. Mogelijk is ze na haar huwelijk korte tijd gestopt met acteren. In 1762 werd in Amsterdam haar eerste kind geboren, Robertus Adrianus, die echter al het jaar daarop stierf. Datzelfde jaar vertrokken Maria en haar echtgenoot samen met onder anderen haar zuster Cornelia naar Leiden, waar zij toetraden tot het gezelschap van Marten Corver. In 1764 keerden zij allen terug naar Amsterdam. In 1767 echter verbleef het echtpaar Van Marle om verder onbekende redenen in Utrecht, waar zij dat jaar een dochter, Maria, lieten dopen.

Na de brand van de Amsterdamse Schouwburg in mei 1772 ging Maria Ghijben met haar man naar Rotterdam om daar in de nieuw opgerichte schouwburg van Jan Punt te spelen. In 1774 was ze weer terug in Amsterdam, waar ze in dienst trad van de nieuwe Schouwburg op het Leidseplein, voor rollen in treur- en blijspelen en als danseres. In treurspelen lijkt ze vooral tweede rollen gespeeld te hebben als vertrouwde (staatjuffer) van een hoofdpersonage. In 1783 werd ze geprezen als ‘ene van onze kundigste actrices’ (Tooneelspel-Beschouwer, 16). Portretschilder Rienk Jelgerhuis tekende haar in de rol van Fransijn in De vrek van Molière. Maria Ghijben stierf in 1800, een maand na haar echtgenoot, op 68-jarige leeftijd.

Naslagwerken

Coffeng.

Archivalia

  • Stadsarchief Amsterdam: DTB, Trouwen 605, p. 346 [ondertrouw]. DTB, Begraven 1247, 51v [Heiligeweg en Leidsche Kerkhof].
  • Het Utrechts Archief: toegang 746 (Kerkeraad), inv. nr. 15 (Acta), d.d. 10-8-1767 [doop van de dochter] [met dank aan Ton Jongenelen].

Rollen

O.a. Cephize in Achilles (Huydecoper); Dorize in Scilla (Rotgans); Isabella in De glorieus (Destouches/van Elvervelt); Marton in De weldadige knorrepot; Rozalia in Melanide (la Chaussée/op den Hooff); juffr. Vlasbeek in Deugdzame armoede (Mercier/Hartsink).

Literatuur

  • Schouwburg Nieuws, 2 delen (Amsterdam 1764, 1765) [over de seizoenen 1763-1764/65] [zie vooral het in dl. 1 opgenomen Leidse Schouwburg Nieuws].
  • Missive van een heer in Leijden, aan zyn vriend in ’s Gravenhage (z.p. z.j. [1774]).
  • De Tooneelspel-Beschouwer (1783) 16, 145.
  • F. van der Goes, ‘De familie Bouhon’, Het Tooneel 1 (1878) 271-309, aldaar 276 [herdr., met identieke paginering, in: J.N. van Hall en C.N. Wybrands red., Tooneelstudies (Amsterdam 1889)].
  • Kohier van de personeele quotisatie te Amsterdam over het jaar 1742, W.F.H. Oldewelt ed. (Amsterdam 1945) 202, nr. 5922.

Illustratie

Maria Ghijben als Fransijn in De vrek van Molière; haar tegenspeler hier is Hendrik Angemeer. Zwartekunstprent door Rienk Jelgerhuis, ongedateerd (Rijksmuseum, Amsterdam).

Auteur: Anna de Haas

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 507

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.