Groot, Cornelia Sara (1868-1934)

 
English | Nederlands

GROOT, Cornelia Sara, ook bekend als Marijtje (geb. Hoorn 22-8-1868 – gest. Rijswijk 25-6-1934), onderwijzeres, propagandiste vrouwenkiesrecht. Dochter van Jan Groot (1833-1902), koopman, bankier, en Maria Theresia Boon (1843-1925). Cornelia Groot bleef ongehuwd.

Cornelia (Kee) Groot groeide op als tweede van vier kinderen – drie meisjes en een jongen – in een welvarend, liberaal ondernemersgezin aan de Appelhaven (nr. 13) in Hoorn. Haar vader, een koopman en bankier, was als maatschappelijk geëngageerd gemeenteraadslid en wethouder van Hoorn de spreekbuis van de opkomende middenstand en lagere standen. Haar moeder kwam uit een Nederlands-hervormd leraarsgezin in het nabijgelegen Berkhout. Toen Kee veertien jaar oud was, werd ze naar het jongemeisjespensionaat Mon Desir in Driebergen gestuurd om daar tot onderwijzeres te worden opgeleid. Haar zus Sara Cornelia (1867-1944) zat daar al. Maar Kee koos uiteindelijk niet voor een loopbaan in het onderwijs. Na vijf jaar kwam ze terug naar het ouderlijk huis in Hoorn.

Toynbeewerk en cartonagefabriek

Zonder werk, ongehuwd en thuiswonend raakte Kee Groot via haar vader en andere veranderingsgezinde liberalen in Hoorn betrokken bij het Toynbeewerk, een maatschappelijk inititatief dat via volksopvoeding de verschillen tussen arm en rijk wilde verkleinen. Om arme jongens van straat te halen zette Kee Groot zich in voor een openbare zwemgelegenheid in Hoorn en richtte ze in 1897 voetbalclub H.V.V. Volharding op, het latere Hollandia. Daarmee moet ze indruk hebben gemaakt – bij het 25-jarig bestaan van de club kreeg ze de erenaam Moeder Hollandia en toen in 1928 haar zestigste verjaardag werd gevierd, stuurde voetbalclub Hollandia haar bloemen.

Rond 1900 begon Kee Groot samen met een niet nader genoemde vriendin in Hoorn een cartonagefabriek om arbeidsters een ‘menswaardig bestaan’ te geven. Ze zat zelf ’s ochtends om zes uur al ‘op de plakstoel’ om het goede voorbeeld te geven. Maar het initiatief mislukte. Kee Groot zei er later over: Het ging niet. Dat wil zeggen, dat er wel bestellingen kwamen, en dat er hard werd gearbeid, doch het bedrijfskapitaal teerde in…’ (Algemeen Handelsblad, 1-9-1928). Deze mislukking had haar naar eigen zeggen wel tot het feminisme gebracht. ‘Door ervaring’, zo stelt ze in 1919, was ze tot het ‘besef van de noodzakelijkheid van medezeggingschap der vrouw’ gekomen, want ze had als bedrijfsleidster aan den lijve ‘de grievende vernedering en de schadelijke gevolgen van hare uitsluiting’ ondervonden (‘Terugblik’, 65).

Bezoldigd propagandiste

Toen Aletta Jacobs in 1900 voor de liberale kiesvereniging Vooruitgang van Hoorn kwam spreken over vrouwenkiesrecht, raakte Kee Groot meteen enthousiast. Ze werd gevraagd voor het bestuur van de zojuist opgerichte afdeling Hoorn van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, maar kreeg daarvoor geen toestemming van haar vader (‘Terugblik’, 66). Pas later ging hij overstag. Al snel ontdekte Aletta Jacobs de propagandistische kwaliteiten van Kee Groot. In 1907 trokken zij samen door Noord-Holland om het aantal afdelingen uit te breiden, eerst in de grotere plaatsen. Het uitvoerige verslag van de bijeenkomst in Enkhuizen (1907) weerspiegelt haar eerste succes: het resultaat van één avond was een nieuwe afdeling met 58 leden.

Het idee om zich als boerin Marijtje voor te doen, kreeg Kee Groot toen ze een keer moest optreden op een bijeenkomst in een provinciestadje met veel chique dames die ook nog eens hun kinderen hadden meegenomen. Het publiek had verveeld de redevoeringen aangehoord, en daarom besloot Kee Groot impulsief om een act op te voeren als boerendochter met een Westfries kapje op haar hoofd. In dialect vertelde ze op humoristische wijze hoe haar dag van hard werken eruit zag, om tot de slotsom te komen dat ook boerinnen en hun dochters recht hebben op ‘enige invloed’. De avond was gered en Marijtje was geboren. De komst van mejuffrouw C.S. Groot als Marijtje werd in krantenadvertenties aangekondigd. De act maakte Kee Groot beroemd en zorgde ervoor dat het aantal leden gestaag groeide.

Kee Groot werd in 1909 de eerste officiële propagandiste van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht. Een uitnodiging om ook zitting te nemen in een internationaal comité wees ze af – ze voelde zich niet op haar gemak tussen deftige dames en deed liever werk achter de schermen. In 1910 verhuisde ze naar Rotterdam, waar ze ging samenwonen met Hillechina Catharina Muntinga (1869-1954), directrice van een mms. Vanuit Rotterdam reisde ze acht jaar lang door het land om op te treden. In de oorlogsjaren 1914-1918 was ze ook actief in de vredesbeweging. Zo was ze in 1915 betrokken bij de organisatie van het internationale Vredescongres in Den Haag.

Tijdens de manifestatie voor de invoering van algemeen vrouwenkiesrecht van 1916, een tocht van achttienduizend mannen en vrouwen door Amsterdam, werd propagandiste Kee Groot in het zonnetje gezet: ze reed in een boerensjees te midden van de lopende, vaandels dragende afgevaardigden van alle Noord-Hollandse afdelingen. In 1917 publiceerde ze met anderen het 75 pagina’s tellende en rijk geïllustreerde hekeldicht ‘Kakelen is geen eieren leggen’ over de schijnheiligheid van de heren-politici. Pas in 1918 trad ze toe tot het hoofdbestuur van de Vereeniging voor vrouwenkiesrecht. Nadat in 1919 het vrouwenkiesrecht in de grondwet was opgenomen, legde ze haar werk als propagandiste neer. Voortaan verzorgde ze voor de Vereeniging van Staatsburgeressen (de opvolger van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht) cursussen over staatsinrichting en over de programma’s van politieke partijen. Ze moedigde vrouwen aan ‘adressen’ te sturen aan het gemeentebestuur als er besluiten werden voorbereid die direct met vrouwenbelangen te maken hadden.

Over het privéleven van mejuffrouw C.S. Groot is vrijwel niets bekend. In 1930 verhuisden zij en Muntinga naar Den Haag, waar ze woonden in de Van Diepenburchstraat (nr. 70). Op 25 juni 1934, een maand nadat ze waren verhuisd naar de Van Blankenburgstr (nr. 65), stierf Kee Groot in een ziekenhuis in Rijswijk, 65 jaar oud.

Betekenis

Kee Groot was voor de propaganda van het vrouwenkiesrecht jarenlang de rechterhand van Aletta Jacobs. Met haar humor en nuchterheid wist ze veel vrouwen in het land voor de kiesrechtstrijd te winnen. Als Marijtje trad ze graag in de openbaarheid, als Mej. C.S. Groot stond ze liever in de schaduw van dames als Aletta Jacobs, die ze mateloos bewonderde.

Publicaties

  • Kee Groot publiceerde onder de naam C.S. Groot of als ‘Marijtje’: Wat Marijtje d’er van docht (Amsterdam z.j).
  • Parodie op de behandeling van artikel 80 of ‘Kakelen is geen eieren leggen’. Politieke revue (Den Haag z.j. 1917).
  • ‘Terugblik’, ‘“Ons zulveren feist”’ en ‘Van de propagandamiddelen’, in: Gedenkboek bij het 25-jarig bestaan van de Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht, 1894-1919 (z.p. 1919) 65-70, 97-99 en 110-114.

Literatuur

  • Enkhuizer Courant, 15-11-1907.
  • Annalèn, ‘Een zestigjarige strijdster voor de belangen der vrouwen. Juffrouw Groot, alias Marijke, vertelt’, Algemeen Handelsblad, 1-9-1928.
  • ‘Marijke 60 jaar’, Provinciale Overijsselsche Courant, 15-5-1928 [oproep tot huldiging].
  • [over huldiging Kee Groot ivm zestigste verjaardag] NRC, 9-9-1928, Nieuwsblad van het Noorden, 10-9-1928 en Rotterdamsch Nieuwsblad, 10-9-1928.
  • Mineke Bosch. Aletta Jacobs 1854 -1929. Een onwrikbaar geloof in rechtvaardigheid (Amsterdam 2005) 319-20, 585, 605-6, 652-3.
  • Ina Slot, Yolande Hentenaar en Jan de Bruin, red., Pittige moide. Vrouwen in West-Friesland 1900-2000 (Hoorn 2013) 218.
  • Peter Wester, ‘Groot, Kee (1868-1934)’, Westfries Biografisch Woordenboek (Hoorn 2015) [gepubliceerd op site van Westfries Genootschap, URL http://www.westfriesgenootschap.nl/geschiedschrijving/biografie/biografie_kee_groot.php; geraadpleegd 12-6-2017].

Illustratie

Geschilderd portret van Kee Groot als de Westfriese boerin Marijtje, door onbekende kunstenaar, ca. 1910 (coll. Westfries Archief).

Auteur: Els Kloek

laatst gewijzigd: 15/08/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.