Leeuwen, Hendrika Johanna van (1887-1974)

 
English | Nederlands

LEEUWEN, Hendrika Johanna van (geb. Den Haag, 3-7-1887 – gest. Delft, 26-2-1974), natuurkundige, eerste vrouwelijke lector aan de TU Delft. Dochter van Pieter Eliza van Leeuwen (1858-1917), onderwijzer, en Maria Wilhelmina Schepman (1857-?), onderwijzers. Hendrika Johanna van Leeuwen bleef ongehuwd.

Hendrika Johanna (Jo) van Leeuwen groeide op als de oudste van twee dochters in een onderwijzersgezin in Den Haag. Na de middelbare school ging ze in Leiden natuurkunde studeren. Haar twee jaar jongere zus Cornelia (Nel) volgde haar voorbeeld en kort na elkaar deden ze beiden doctoraalexamen theoretische natuurkunde. Nel begon aan een promotieonderzoek bij Willem Keesom maar trouwde in 1918 met haar collega-onderzoeker Gunnar Nordstrōm, met wie ze naar Helsinki verhuisde en drie kinderen kreeg.

Onderwijs en onderzoek

In 1919 promoveerde Hendrika van Leeuwen bij professor Hendrik Antoon Lorentz. In haar proefschrift Vraagstukken uit de elektronentheorie van het magnetisme toonde ze aan dat klassieke mechanische modellen de oorsprong van magnetische verschijnselen niet konden verklaren. Daaruit leidde ze af dat magnetisme in eerste aanleg een quantummechanisch verschijnsel moest zijn. Tijdens en na haar promotieonderzoek gaf ze les op middelbare scholen. In september 1920 werd ze practicumassistente aan de Technische Hogeschool in Delft.

Van Leeuwen bracht haar derdejaarsstudenten elektrotechniek niet alleen de nodige zelfstandigheid bij, maar ook vertrouwdheid met nieuwe inzichten in haar vak, dat ze actief bijhield. Zelf volgde ze nog regelmatig de colloquia over quantummechanica die Paul Ehrenfest in Leiden organiseerde. Ook met haar promotor bleef ze contact onderhouden. In 1925 hielp ze bij de organisatie van het symposium ter gelegenheid van zijn gouden doctoraat, waarbij Madame Curie eregast was, en in 1927 correspondeerde ze met hem over de theorie van het magnetisme. Op een bonte avond in 1932 bezong een van haar collega’s haar niet aflatende theoretische belangstelling in het aan haar gewijde couplet als volgt: ‘Juffrouw Van Leeuwen met haar magneten/ zit op de theorie te transpi-zweten…’ (Archief Delft, Nagelaten stukken Prof. A. van Heel). Ze hielp haar studenten ook buiten het practicum verder. Zo wist ze eens van een bevriend laboratorium een veldsterktemeter te lenen waarmee een van haar studenten kon afstuderen op de werking van grondantennes.

Na ruim twintig jaar kreeg Van Leeuwen in 1943 een vaste aanstelling als hoofdassistent theoretische en toegepaste natuurkunde. Ze had nu meer gelegenheid om zelf onderzoek te doen, onder meer naar de zogeheten permeabiliteit van ferromagnetische metalen zoals ijzer en nikkel. Het theoretische model dat ze hiervoor opstelde en dat de experimenteel gemeten gegevens veel beter verklaarde dan eerdere modellen, presenteerde ze in april 1947 op een symposium in Delft. In het daarop volgende academische jaar werd de 59-jarige Van Leeuwen benoemd tot lector. Tot haar pensionering in 1952 gaf ze college over ferromagnetisme en de speciale relativiteitstheorie.

Tot 1960 woonde juffrouw Van Leeuwen in een rijtjeshuis aan de Julianalaan (nr. 125) in Delft, op korte afstand van haar laboratorium, en daarna in Huyse Sint Christoffel, een tehuis voor bejaarde dames in de binnenstad. Ze correspondeerde veel met haar zuster in Finland en met oud-collega’s, maar was voor zover bekend niet langer wetenschappelijk actief. Op 26 februari 1974 stierf ze thuis, in de ouderdom van 86 jaar.

Reputatie

Hendrika Johanna van Leeuwen was de eerste vrouwelijke lector aan de TU Delft. Toen haar oud-practicant Jan Berend Westerdijk in 1951 zijn oratie hield als hoogleraar theoretische natuurkunde, roemde hij speciaal het ‘practicum van mej. Van Leeuwen’. Internationaal leeft haar naam voort in het ‘Bohr-van-Leeuwen-theorema’, waarop ze in 1919 bij Lorentz was gepromoveerd. Dat Niels Bohr al in 1911 in Kopenhagen was gepromoveerd op hetzelfde inzicht, was Van Leeuwen en Lorentz ontgaan. Geen van beiden zou toen al kennis hebben genomen van Bohrs ongepubliceerde dissertatie Studier over Metallernes Elektronteori.

Archivalia

  • Noord-Hollands Archief, Haarlem: brieven, o.a. aan H.A. Lorentz.
  • Archive for the History of Quantum Physics, APS
  • Archief Delft: Nagelaten stukken van Prof. A. van Hee.

Publicaties

Een selectie:

  • ‘Some remarks on the hydrogen molecule of Bohr-Debye’, Proc. Acad. Amsterdam 18 (1916) 1071.
  • Vraagstukken uit de elektronentheorie van het magnetisme (Leiden 1919) [diss.].
  • ‘Problèmes de la théorie électronique du magnétisme, Journal de Physique et la Radium  2 (1921) 361-377.
  • ‘De vermindering der permeabiliteit bij toenemende frequentie’, Physica 11 (1944) 35.
  • ‘De magnetisatiekromme’, Nederlands Tijdschrift voor Natuurkunde 13 (1947) 211.

Literatuur

  • E. Lansdorp en D. Romeijn, Achter de schermen van de Technische Hoogeschool Delft (1988).
  • H.B.G. Casimir, Het toeval van de werkelijkheid (Amsterdam 2004).
  • Miriam Blaauboer, ‘Hendrika J. van Leeuwen. Portret van de eerste vrouwelijke lector bij Technische Natuurkunde in Delft’, Nederlands Tijdschrift voor Natuurkunde 81 (2015) 4-6.

Illustratie

Hendrika van Leeuwen, door onbekende fotograaf, ca. 1920 (privé collectie).

Auteur: Miriam Blaauboer

laatst gewijzigd: 27/03/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.