Leistikow, Gertrud Louise (1885-1948)

 
English | Nederlands

LEISTIKOW, Gertrud Louise (geb. Bückeburg, Duitsland 21-9-1885 – gest. Amsterdam 9-11-1948), danseres. Dochter van Albert Leistikow (1847-1910), militair arts, en Erna Rickert (1862-1946). Gertrud Leistikow trouwde (1) op 25-5-1912 in Berlijn met Siegfried Werner Müller (1885-?), ingenieur; (2) op 9-6-1921 in Aalsmeer met Pieter Jongman (1890-1939), bloemist, later ‘artiest’. Huwelijk (1), dat in 1920 werd ontbonden, bleef kinderloos. Uit (2) werd 1 zoon geboren.

Gertrud Leistikow werd geboren als tweede kind en enige meisje in een gezin van vier kinderen. Het regiment waarbij haar vader als militair arts diende, werd rond 1890 overgeplaatst van Bückeburg naar Metz, waar Gertrud naar de ‘Höhere Töchterschule’ ging. Op de muziekschool leerde ze pianospelen. Na de middelbare school ging ze enige tijd naar een internaat in Spa en vervolgens naar de ‘Gewerbezeichenschule’ in Dresden, een beroepsopleiding tot tekenlerares. Van 1907 – het eerste jaar dat er vrouwen werden toegelaten – tot 1910 vervolgde ze haar opleiding aan de ‘Kunstgewerbeschule’ in Dresden bij de afdeling grafische technieken. Hoewel zij geen enkele scholing had als danseres, trad ze vanaf 1909 op met eigen choreografieën. Rond 1910 koos ze voor een carrière als danseres en volgde ze enkele cursussen, waaronder Dalcroze-ritmiek en ‘künstlerische Gymnastik’. Een recensie uit 1910 maakt melding van een maskerdans en van een geheel eigen stijl.

Een ‘geniale danseres’

In de periode 1910-1914 werd Leistikow langzaam maar zeker een bekende danseres. Ze maakte lange tournees door Duitsland en omliggende landen, waaronder Rusland (eind 1912). Werner Müller, de man met wie ze in 1912 trouwde, hielp haar hierbij door kostuums, programma’s en affiches voor haar optredens te ontwerpen. Van belang was ook haar contact met de dichter Hans Brandenburg, die een boek schreef over de nieuwe kunstvorm van de moderne dans, Der moderne Tanz (1913) en haar daarin een ‘geniale danseres’ noemde. Leistikow was een van de eerste vertegenwoordigers van de Duitse moderne dans, de vrije dans, later ook vaak ‘Ausdruckstanz’ genoemd.

In 1914 danste Leistikow voor het eerst in Nederland – ze kreeg er veel waardering. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd Leistikow het optreden in Duitsland door een ‘Tanzverbot’ vrijwel onmogelijk gemaakt. Haar man moest in dienst en zij woonde bij haar schoonfamilie in Halle a/d Saale. In 1916 begon ze in Dresden les te geven aan de vrouwelijke leerlingen van de ‘Kunstgewerbeschule’. Dit waren de eerste lessen in moderne dans in Dresden. Hieruit volgden ook weer mogelijkheden tot optredens in besloten kring, voornamelijk voor goede doelen.

Eind 1917 bezocht Leistikow Nederland voor de tweede keer. Ze werd met open armen ontvangen en werd verliefd op een van haar bewonderaars, de rozenkweker Piet Jongman uit Aalsmeer. Tussen 1918 en 1921 reisde Leistikow veel tussen Duitsland en Nederland en ze trad in beide landen op. Ze scheidde in 1920 van Müller en hertrouwde een jaar later met Jongman. Leistikow was de kostwinner, want Jongman gaf al snel na hun trouwen zijn bedrijf op. Ze trad op in het hele land en ging in 1924 op tournee door Nederlands-Indië. Van die reis deed ze verslag in De Telegraaf. Vanaf 1921 gaf ze les aan het Amsterdams Muzieklyceum en vanaf 1925 in Rotterdam aan het Conservatorium van Jos Holthaus.

Dansscholen

In 1926 werd haar zoon Igor geboren en niet lang daarna, in 1929, nam Leistikow afscheid van het toneel. Als enige kostwinner in het gezin ging ze zich op het lesgeven toeleggen. Zij begon in Den Haag een school met de danseres Darja Collin, maar die samenwerking strandde in 1931. Rond die tijd werd ze ook gevraagd een professionele dansopleiding in Rotterdam op te zetten: daarbij was Corrie Hartong haar medewerkster. Dit werd de Rotterdamse Dansacademie (het huidige Codarts).

Toen haar inkomsten door de nasleep van een ernstige ziekte in 1933 en door de economische malaise terugliepen, besloot Leistikow haar geluk in Nederlands-Indië te beproeven. In 1937 begon zij een dansschool in Malang (Oost-Java), maar ze moest om financiële redenen ook lesgeven in Madioen, Soerabaia en Modjokerto. Na de dood van haar man in 1939 – hij had tyfus – keerde ze naar Nederland terug en ging lesgeven in Amsterdam en Zaandam. Dat bleef ze ook gedurende de oorlog doen: ze werd lid van het dansgilde van de Kultuurkamer. Na een lang ziekbed stierf Gertrud Leistikow op 9 november 1948 thuis in Amsterdam, in de leeftijd van 63 jaar. Ze werd begraven in Bergen (NH).

Reputatie

Leistikow had een grote naam in het Duitsland van vóór de Eerste Wereldoorlog. Door haar optredens en scholen in Nederland maakte ze ook daar een groot publiek vertrouwd met deze dansvorm. De theorie van de Amerikaanse theaterwetenschapper Karl Toepfer dat Leistikow een naaktdanseres was die zich voor haar gezicht schaamde en daarom vaak maskers en sluiers droeg, is een misvatting. Nergens in de kritieken wordt van naaktdansen melding gemaakt. Haar kostuums werden zeer geprezen en ze voerde het merendeel van haar dansen zonder masker uit. Leistikow had geen bezwaar tegen naakt poseren, maar trad niet naakt op. Zij inspireerde beeldend kunstenaars onder wie Max Ernst, Edmund Möller, Jan Sluijters en Hildo Krop. In 1918 wijdde Bertolt Brecht een gedicht aan haar.

Leistikow was een solodanseres en haar dansen waren zeer aan haar persoon gebonden. Na Leistikows afscheid van het toneel kwam de nadruk in de Nederlandse danswereld weer meer op klassiek ballet te liggen. In 2014 stelde de kunsthistorica Jacobien de Boer een tentoonstelling over haar samen in Museum Kranenburgh in Bergen (NH). Daarbij verscheen ook haar biografie.

Naslagwerken

Groot.

Archivalia

  • Theater Instituut Nederland, Bijzondere Collecties UvA: archief Leistikow.
  • Monacensia, Literaturarchiv und Bibliothek München: archief Hans Brandenburg.

Publicaties

Verslag van haar Nederlands-Indiëreis in De Telegraaf , 19-7-1924, 30-8-1924 en 18-10-1924.

Literatuur

  • Hans Brandenburg, Der moderne Tanz (München 1913, 1917 en 1921).
  • Edmond Visser, Het Nederlandsche cabaret (Leiden 1920) 165-169.
  • Johan W.F. Werumeus Buning, De wereld van den dans (Amsterdam 1922) 144-150.
  • Dansen en danseressen (Amsterdam 1926) 30-34.
  • Horst Koegler, The concise Oxford Dictionary of ballet (Londen etc. 1977).
  • Eva van Schaik, Op gespannen voet. Geschiedenis van de Nederlandse theaterdans vanaf 1900 (Haarlem 1981).
  • Karl Toepfer, Empire of ecstasy. Nudity and movement in German body culture, 1910-1935 (Berkeley 1997) 25-27, 194-199.
  • Karin Ehrich, ‘Die Ausdruckstänzerin Gertrud Leistikow (1885-1948)’, in: Karin Ehrich en Christiane Schröder red., Geschichte Schaumburger Frauen (Bielefeld 2001) 198-206.
  • Jacobien de Boer, Dans voluit, dat is leven. Gertrud Leistikow (1885-1948), pionier van de moderne dans (Wezep 2014).

Illustratie

Gertrud Leistikow, door onbekende fotograaf, ca. 1913 (Collectie Theater in Nederland, Bijzondere Collecties Universiteit van Amsterdam).

Auteur: Jacobien de Boer

laatst gewijzigd: 23/01/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.