Schalcken, Maria (1645/1650-vóór 1700)

 
English | Nederlands

SCHALCKEN, Maria (geb. Made?, Noord-Brabant ca. 1645/1650 - gest. Dordrecht vóór 25-7-1700), schilderes van interieurs en landschappen. Dochter van Cornelis Schalcken (ca. 1610-vóór 23-5-1674), predikant en rector van de Latijnse school in Dordrecht, en Aletta Lydius (1612-na 23-5-1674). Maria Schalcken ging op 26-7-1682 in ondertrouw met Severijn van Bracht (1658?-?), koopman te Dordrecht. Uit het huwelijk werden ten minste 1 dochter en 1 zoon geboren.

Maria Schalcken werd omstreeks 1645-1650 geboren. Zij was het vierde kind in een gezin van vier jongens en vier meisjes (waarschijnlijk stierf haar enige oudere zus al jong). Haar vader was aanvankelijk predikant in Eethen en Drongelen (ten westen van Den Bosch), en van 1643 tot 1654 in Drimmelen en Made (ten noorden van Breda), waar Maria geboren zou moeten zijn. In 1654 werd Cornelis Schalcken rector van de Latijnse school in Dordrecht en verhuisde het gezin naar die stad. Twee van Maria's broers zouden, net als hun vader en beide grootvaders, predikant worden. Haar broer Godfried (1643-1706) werd een succesvol schilder van portretten, genrevoorstellingen en historiestukken. In enkele van zijn werken uit de periode 1665-1670, zoals het schilderij ‘Vrouwtje kom ten hoof’, lijken personen uit zijn naaste omgeving, onder wie zijn zuster Maria, te figureren.

Dankzij de lessen van haar broer werd Maria Schalcken zelf ook een uitstekend schilderes. Volgens Van Eijnden en Van der Willigen legde zij zich toe op het schilderen ‘van burgerlijke bedrijven des dagelijkse leven’ en was zij daarin zo succesvol ‘dat hare uitvoerige en mals geschilderde kabinetstukjes in aanzienlijke kunstverzamelingen zijn geplaatst geworden’ (Van Eijnden en Van der Willigen, 186). Hoezeer Maria in stijl en techniek aansloot bij het werk van haar broer blijkt uit een door haar geschilderd zelfportret. Dit stuk werd lange tijd onomstreden toegeschreven aan Godfried en pas aan het eind van de twintigste eeuw herkend als werk van Maria toen bij een opknapbeurt haar voornaam in de signatuur tevoorschijn kwam. Deze bleek aan het begin van de negentiende eeuw te zijn overschilderd. Het portret is bovendien interessant omdat de kunstenares zichzelf heeft weergegeven voor een schildersezel met daarop een boslandschap in de stijl van italianisanten als Jan Both en Jan Asselijn. Hiermee laat Maria Schalcken zich dus ook zien als een verdienstelijk landschapschilderes.

Behalve het zelfportret staat slechts één ander stuk op naam van Maria Schalcken. Het gaat om een gesigneerde voorstelling van een jonge vrouw met dienares achter haar toilettafel. Uit achttiende-eeuwse bronnen zijn nog enkele andere interieurscènes van haar hand bekend en in Van Eijnden en Van der Willigen staat de ‘afbeelding dezer schilderes […] naar ene, door haar zelve gemaakte, tekening’ (Van Eijnden en Van der Willigen, 186). De huidige verblijfplaats van deze tekening is onbekend. Gezien de nauwe verwantschap met het werk van Godfried Schalcken is het mogelijk dat zich onder de aan hem toegeschreven stukken nog meer schilderijen van Maria bevinden.

In 1682 trouwde Maria Schalcken met Severijn van Bracht, koopman te Dordrecht. Het paar zou minstens een dochter, Anna (1683), en een zoon, Cornelis (1685), krijgen. In het testament van Maria's ongetrouwde zuster Barbara Schalcken van 11 juni 1709 laat deze al haar bezittingen na aan haar enige nog levende broer en aan de kinderen van al haar reeds gestorven broers en zuster Aletta. Maria noch haar twee kinderen worden hierin genoemd. Dit zou erop kunnen duiden dat zij toen alledrie al waren overleden. Voor Maria en haar dochter wordt dit bevestigd door de doop- en trouwboeken van Dordrecht, waarin staat dat 'Soeverijn van Bragt' op 25 juli 1700 opnieuw ondertrouwde en een jaar later een dochter Anna liet dopen.

De vermelding van Maria Schalcken in de diverse kunstenaarsbiografieën wordt ongetwijfeld gerechtvaardigd door de kwaliteit van de twee bekende schilderijen van haar hand. Hoewel wij dankzij verschillende portretten weten hoe zij er uit heeft gezien, is er nog veel archivalisch en kunsthistorisch onderzoek nodig om ons beeld van haar te completeren.

Naslagwerken

Van der Aa; Van Eijnden en Van der Willigen; Immerzeel; Kobus/De Rivecourt; Kramm; Lexicon Noord-Nederlandse kunstenaressen; Petteys; Regt; Thieme; Verwoert; Wurzbach.

Archivalia

  • Erfgoedcentrum DiEP, Dordrecht: DTB, Dopen 11, inv. nr. 1-7 [Aletta Lydius, d.d. 1-2-1612; Maria's dochter Anna, d.d. 17-5-1683 - met vermelding van datum otr. Maria en Severijn van Bracht; Maria's zoon Cornelis, d.d. 23-2-1685; Severijns tweede dochter Anna, d.d. 18-7-1701 - met vermelding van datum otr. met zijn tweede echtgenote]. Oud Notarieel Archief, not. Govert de With, d.d. 20-4-1683. Oud Rechterlijk Archief Dordrecht, inv. nr. 869, 38v [op 8-6-1697 treedt Severijn van Bragt, koopman te Dordrecht, op als procureur van Godefridus Schalcken].

Zie verder Verschoor (1974).

Werken

De verblijfplaats van genoemde werken is niet bekend.

  • Interieur met jonge vrouw achter toilettafel en dienares, paneel, gesigneerd, Londen, Trafalgar Galleries (1979) (afb. Beherman, 47).
  • Zelfportret, paneel, gesigneerd ‘Maria Schalcken: F’, Wenen, Kunsthandel Galerie Sanct Lucas (1998) (afb. Beherman, 160).
  • Zelfportret op latere leeftijd (gegraveerde kopie door J.C. Bendorp), in: Van Eijnden-Van der Willigen (afb. t/o p. 236).

Literatuur

  • G. Hoet, Catalogus of naamlyst van schilderyen, met derzelver pryzen zeedert een langen reeks van jaaren zoo in Holland als op andere plaatzen in het openbaar verkogt, deel 2 (Den Haag 1752) 108.
  • P. Terwesten, Catalogus of naamlyst van schilderyen, met derzelver prysen zedert den 22. augusti 1752. tot den 21. november 1768 (Den Haag 1770) 684.
  • Th. Frimmel, ‘Das Bildnis der Malerin Maria Schalcken’, Blätter für Gemaeldekunde 6 (1911) 90-92.
  • H. van Hall, Portretten van Nederlandse beeldende kunstenaars: repertorium (Amsterdam 1963) 291-292.
  • E.G. Verschoor, ‘Geslachten Verschoor en Van der Schoor in de omgeving van Charlois’, De Nederlandsche Leeuw 91 (1974) 296-357, aldaar 325-327.
  • Th. Beherman, Godfried Schalcken (Parijs 1988).
  • Old master paintings, Catalogus Kunstgalerie Sanct Lucas (Wenen 1998) nr. 20.

Illustratie

Zelfportret, paneel, gesigneerd ‘Maria Schalcken: F’, ca. 1680 (Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie, Den Haag).

Auteur: Marloes Huiskamp

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 352

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.