Hove, Marijtje van (ca. 1747-1768)

 
English | Nederlands

HOVE, Marijtje van, ook bekend als Alemondus Sjouwels (geb. Oldenburg, Duitsland, ca. 1747 – gest. Alkmaar 7-5-1768), vrouw in manskleren en bendelid. Dochter van Jesajas van Hove, soldaat, en Christina Flipse (gest. ca. 1752). Marijtje van Hove bleef ongehuwd.

Zoals bij zoveel gevallen van ‘vrouwen in manskleren’ zijn ook de levensbijzonderheden en wederwaardigheden van Marijtje van Hove slechts bekend uit processtukken. Volgens haar verhaal was haar vader in Emden (Duitsland) overleden. Kennelijk is zij toen als peuter door haar moeder meegenomen naar de Republiek. Ook een oudere broer, Abraham, kwam mee. De moeder probeerde wat te verdienen als marskramer met een ‘kwak- of zalfdoos’. Zij zou in Alkmaar zijn overleden toen Marijtje een jaar of vier was. Vanaf dat moment moet Marijtje, in jongenskleren die zij van haar broer had gekregen, op een of andere manier haar kostje bij elkaar hebben gescharreld.

Op haar veertiende ontmoette Marijtje van Hove een zekere Aaltje van den Bergh, van wie zij leerde bedelen en stelen. Met haar of alleen zwierf ze door Holland en Zeeland en onderweg kwam ze terecht in het gezelschap van gauwdieven, landlopers en inbrekers uit de zogeheten Rabonus-bende. Met hen – en rond 1763 met Rabonus zelf – ondernam zij verscheidene inbraken. Altijd ging zij gekleed in manskleren, omdat ‘zij daar grote zin in had, en die klederen haar het best aanstonden’. Als mansnaam gebruikte ze Alemondus (naar haar grootvader) Sjouwels. Mensen die haar kenden kwalificeerden haar wel als ‘half man, half vrouw’.

Begin april 1768 werd Marijtje van Hove alias Alemondus Sjouwels in Alkmaar gearresteerd, waarschijnlijk naar aanleiding van een inbraak in Spanbroek. Medearrestanten waren Nathan Moses alias Moses Marcus en Kornelis Labans alias Klein Keesje. Marijtje van Hove werd vijfmaal uitvoerig verhoord en ook haar medebendeleden werden onderworpen aan lange en gedetailleerde verhoren. Op grond van deze verhoren vaardigde het Alkmaarse gerecht opsporingsbevelen uit voor maar liefst 87 personen.

Op 2 mei 1768 werd het vonnis over Marijtje van Hove uitgesproken. De beschuldiging luidde samenvattend dat zij ‘heeft begaan een verregaande goddeloosheid, en dat zij is een fameuze vagebonde, een bedriegster en huisbreekster, een dievegge, een die troepsgewijze met meer dan zes personen sterk bij het land is omzwervende geweest, die zich in bossen heeft verscholen en in tenten gehuisvest’ tot ‘schrik en angst der medemensen’. Om al deze ‘enorme misdaden en gruwelen’ werd ze veroordeeld tot de galg. Haar lijk zou op het galgenveld overgelaten worden aan ‘de vogelen des hemels’. Op 7 mei werd Marijtje – met haar twee kompanen – ter dood gebracht. Zij was slechts 21 jaar oud geworden.

Archivalia

Regionaal Archief Alkmaar: Rechterlijk Archief Alkmaar, inv. nr. 48, Doos 1, dossiers 1 en 4 [opsporingsbevelen]; Doos 3, dossier 32 [verhoren, eis en sententie].

Literatuur

  • Sententiën by den Wel. Ed. Achtb. Gerechte der stad Alkmaar [...] jegens Nathan Moses [...], Marytje van Hove, alias: Alemondus, of Almonde Sjouwels en Kornelis Labans (Alkmaar 1768) 21-30 [Knuttel Pflt. 18934].
  • Rudolf Dekker en Lotte van de Pol, Vrouwen in mannenkleren. De geschiedenis van een tegendraadse traditie. Europa 1500-1800 (Amsterdam 1989) 27, 30, 55, 73, 160.
  • Florike Egmond, Op het verkeerde pad. Georganiseerde misdaad in de Noordelijke Nederlanden 1650-1800 (Amsterdam 1994) 177.

Auteur: Anna de Haas

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 545

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.