Schrader, Catharina Geertruida (1656-1746)

 
English | Nederlands

SCHRADER, Catharina Geertruida (ged. Bentheim, Duitsland 14-9-1656  gest. Dokkum 30-10-1746), vroedvrouw, schreef een verloskundig dagboek. Dochter van Friedrich Schrader, hofkleermaker, en Gertrud Nibberich. Catharina Schrader trouwde (1) op 7-1-1683 in Bentheim met Ernst Wilhelm Cramer (gest. 1692), meesterchirurgijn; (2) op 22-2-1713 in Dokkum met Thomas Higt (gest. 1721), burgemeester van Dokkum. Uit huwelijk (1) werden 4 dochters en 2 zoons geboren.

Catharina Geertruida groeide op met ten minste vier broers en één jongere zus in het door religieuze twisten geplaagde graafschap Bentheim. Het is vermoedelijk vanwege die twisten dat het gereformeerde gezin eind jaren zeventig naar Leiden verhuisde. In 1682 ging Catharina terug naar haar geboorteplaats waar zij het jaar daarop trouwde met Ernst Cramer, die zij waarschijnlijk al uit haar jeugd kende. Enkele jaren later, rond 1686, verhuisden Catharina, Ernst en hun twee dochtertjes, Geertrud Elisabeth (geb. 1684) en Anna Elisabeth (geb. 1685), naar Hallum in Friesland. Daar werden nog vier kinderen geboren: Jan Frederik (1687), Hendrick (1688) en Anna Magdalena (1689), van de laatste dochter, geboren in 1691, is geen naam bekend.

Na de dood van haar man in 1692 zette Catharina Schrader diens chirurgijnswinkel voort en een jaar later begon zij een vroedvrouwenpraktijk. Het vak zal zij al doende geleerd hebben; wel is vastgesteld dat zij de verhandeling van Hendrik van Deventer, Manuale operatien zijnde een nieuw ligt voor vroed-meesters en vroed-vrouwen (1701), gelezen moet hebben. Zelf beschouwde zij het vak als haar roeping: ‘toen beliefde het de Here mij tot dit zwaarwichtig werk uit te kiezen’ (Memoryboeck, ed. Van Lieburg, 189). In 1695 verhuisde de weduwe met haar zes kinderen naar Dokkum, waar zij eveneens als vroedvrouw in haar onderhoud voorzag tot zij met Thomas Higt trouwde en stopte met werken. Pas na het overlijden van Higt hervatte zij haar vroedvrouwenpraktijk. Blijkbaar deed zij dat uit toewijding of plichtsbesef, want de inkomsten had zij niet meer nodig. Op 7 februari 1745 – zij is dan 88 – verrichtte zij haar laatste verlossing. Ruim anderhalf jaar later stierf zij. In haar leven had zij meer dan drieduizend keer als vroedvrouw aan een kraambed gestaan.

Catharina Schrader was behalve een praktizerend ook een schrijvend vroedvrouw. In een praktijkjournaal van ruim vijfhonderd folio’s deed zij van 9 januari 1693 tot 7 februari 1745 in telegramstijl verslag van duizenden verlossingen, eventuele complicaties en de afloop voor moeder en kind. Zo rapporteerde zij op 27 juli 1698: ‘ben ik bij Fope Smid zijn wijf Renske [geweest]. En haar een dochter gehaald. Ging zwaar af’ (Memoryboeck, ed. Van Lieburg, 96). Haar notities betitelde zij als ‘Memoryboeck van de Vrouwens’ of ook ‘Memory boeck van de Kinders [die] geboren worden’.

Schraders aantekeningen vormen een uniek document dat van groot belang is voor onze kennis van het vroedvrouwschap in vroeger tijden. Niet alleen geven zij veel informatie over de wijzen van verlossen, over (de frequentie van) schijnzwangerschappen, vroeggeboorten en dergelijke, ook zijn er gegevens uit te putten over de sociale status van de vroedvrouw, over de kosten van een verlossing, arbeidsverhoudingen, medische verantwoordelijkheden, werkomstandigheden, sterftecijfers, en zelfs over de toentertijd in Dokkum uitgeoefende ambachten en beroepen (zie Van Tuinen). Als historische bron is Catharina Schraders journaal nog lang niet uitgeput. In 1984 viel haar bovendien de eer te beurt een stichting naar zich vernoemd te krijgen: de Catharina Schrader Stichting, die zich ten doel stelt de kennis van de verloskunde te bevorderen.

Archivalia

Zie M.J. van Lieburg, ‘Het “Memoryboeck” als medisch-historische bron’, in: Schrader, Memoryboeck, Van Lieburg ed. (1984).

Werk

  • C.G. Schrader, Memorijboeck van de vrouwens. Dagboek van verlossingen te Dokkum 1693-1745, Chr. van Kammen ed. (Dokkum 1958) [stenciluitgave].
  • C.G. Schrader, Memoryboeck van de vrouwens, G.J. Kloosterman en M.J. van Lieburg ed. (Amsterdam 1984) [Engelse vertaling: 'Mother and child were saved'. The memoirs (1693-1740) of the Frisian midwife Catharina Schrader, vert. Hilary Marland (Amsterdam 1987)].

Literatuur

  • A. Geyl, ‘Catharina Geertruyd Schraders. Investigatrice du caractère anatomique de la placenta praevia’, Janus 1 (1896-1897) 537-540.
  • M.J. Elzinga, ‘Catharina Geertruid Schraders 1655-1745, It Beaken 16 (1954) 192-196.
  • S. van Tuinen, ‘It birop yn it Memorijboeck fan C.G. Schrader’, It Beaken 16 (1954) 192-196.
  • Simon Schama, The embarrassment of riches. An interpretation of Dutch culture in the Golden Age (z.p. 1987) 529-535.
  • Hilary Marland, ‘Catharina Schrader (1656-1745). Een bijzondere vroedvrouw of vrouw van haar tijd?’, in: Monique Stavenuiter, Karin Bijsterveld en Saskia Jansens red., Lange levens, stille getuigen. Oudere vrouwen in het verleden (Zutphen 1995) 105-117. 
  • Tineke de Jager-van der Zee, Goedfrou foar it libben: ferhaleroman oer it libben fan Catharina Schrader (Bolsward 2008) [roman].

Illustratie

Portret, door J. Folkema, 1714 (Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie, Den Haag).

Redactie

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 400

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.