Versprille, Anna Johanna (1905-1995)

 
English | Nederlands

VERSPRILLE, Anna Johanna (geb. Schoondijke 17-9-1905 – gest. Leiderdorp 28-12-1995), gemeentearchivaris van Leiden. Dochter van Izaak Versprille (1876-1953), schilder, en Suzanna Jacomina Martijn (1879-1947). Anna Versprille bleef ongehuwd; ze had een langdurige relatie met huisvriend Cornelis Jacobus Vogel (geb. 1925), jurist.

Anna (Annie) Versprille werd in 1905 geboren in het Zeeuwse Schoondijke, als eerste kind van een paar dat drie weken voor haar geboorte was getrouwd. Haar vader had op de kunstacademie gezeten, maar verdiende zijn geld als huis- en decoratieschilder. Annie groeide op in Middelburg, waar ze in 1924 haar diploma mulo-a haalde. Een jaar later behaalde zij het diploma van de openbare meisjesschool met vijfjarige cursus. Annie wilde kinderarts worden, maar de huisarts adviseerde haar het archiefwezen, en zo begon ze haar loopbaan aan het Rijksarchief Zeeland in Middelburg, waar ze in 1925 werd aangenomen als volontair.

Leiden

Door zelfstudie en onder begeleiding van rijksarchivaris Meerkamp van Embden haalde Versprille in 1926 het diploma wetenschappelijk archiefambtenaar tweede klasse. Tussen 1927 en 1930 schreef ze 26 lemmata voor de letter r van het Nieuw-Nederlands Biografisch Woordenboek (NNBW). Intussen leerde ze zichzelf Latijn. Per 1 juni 1927 werd ze aangesteld als archivaris van godshuizen in Middelburg, per 8 mei 1928 als archiefambtenaar van het Gemeentearchief van Leiden. Onder gemeentearchivaris J.C. Overvoorde deed Versprille wetenschappelijk werk, en diens opvolger, J.W. Verburgt, regelde dat ze op persoonlijke titel de functie kreeg van wetenschappelijke assistent. In feite functioneerde ze als adjunct-archivaris.

In 1933 kwam Versprille in de redactie van het Leids Jaarboekje, een uitgave van de Vereniging Oud Leiden, maar deze taak moest ze in 1937 om gezondheidsredenen neerleggen. In deze tijd woonde ze aan de Fruinlaan (nr. 8), maar vanaf begin 1938 verbleef ze in Davos. Toen ze begin 1940 in Leiden terugkeerde, pakte ze haar werk op het Gemeentearchief weer op en vond een woning aan de Leidse Cobetstraat (nr. 87). In september van dat jaar werden Annies ouders vanwege de oorlogssituatie op Walcheren geëvacueerd. Ze trokken bij haar in en zouden tot hun dood in Leiden wonen. Met de nieuwe gemeentearchivaris, R. van Roijen, had Versprille ‘een ambivalente verhouding’: er was sprake van incompatibilité des humeurs. Niettemin leunde Van Roijen in de oorlogsjaren sterk op haar; als er politie of Duitse officieren kwamen, moest zij hen te woord staan, als er gevaar dreigde, moest zij het initiatief nemen, aldus Rudi van Maanen in de Levensberichten van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.

In 1945 kwam de Zeeuwse student Kees Vogel bij de Versprilles op kamers wonen. Annie sloot met hem een vriendschap voor het leven en ze zouden in hetzelfde huis blijven wonen – hij verhuisde mee naar de Thorbeckestraat (nr. 54) en later terug naar de Cobetstraat (nr. 22). Na de oorlog haalde Annie Versprille haar colloquium doctum Latijn en diende vervolgens in februari 1947 een verzoek in bij de Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen om toegelaten te worden tot de rechtenstudie. Die toestemming kreeg ze aan het einde van dat jaar – ze was toen 42 jaar. Begin 1951 deed zij haar doctoraalexamen Nederlands recht en in het voorjaar van 1955 haalde zij het diploma wetenschappelijk archiefambtenaar. Later dat jaar volgde ze een ‘stage technique international d’archives’ aan de Sorbonne in Parijs. Toen Van Roijen in 1956 ernstig ziek werd, trad Versprille op als zijn plaatsvervanger. Op 26 november 1956, enkele maanden na zijn dood, volgde ze hem op als gemeentearchivaris. Datzelfde jaar trad ze weer toe tot de redactie van het Leids Jaarboekje.

Gemeentearchivaris

Als gemeentearchivaris heeft Annie Versprille zich vooral sterk gemaakt voor de publieksfunctie van het archief. Het personeel verdubbelde gedurende haar archivariaat, er werd een begin gemaakt met microfichering en er kwam een apart Pilgrim Fathers Documentatiecentrum, dat in 1958 werd geopend door de Amerikaanse ambassadeur. Zelf publiceerde ze geregeld populairwetenschappelijke artikelen in dagbladen, tijdschriften, het orgaan voor de Leidse universiteit of voor gemeenteambtenaren. Succesvol was haar Leiden in oude ansichten (1968), dat twaalf herdrukken beleefde. Van 1963 tot 1972 was ze voorzitter van de redactie van het Leids Jaarboekje. Daarnaast schreef zij tientallen wetenschappelijke studies en artikelen voor onder meer het Archievenblad, onder meer over het poorterschap, tolheffing en archiefbeheer. In 1964 en 1965 maakt ze studiereizen op zoek naar Leidse bronnen in het Vaticaans archief (Leids Jaarboekje 88 (1996) 58).

Onder leiding van Versprille kreeg het Leidse gemeentearchief een nieuw archiefdepot en een nieuwe vleugel. Dat was hoog nodig, want het archief had te kampen met ruimtegebrek en ook de klimatologische omstandigheden waren slecht. Bovendien wilde Versprille een studiezaal die openheid en klantvriendelijkheid uitstraalde en vond ze dat er een ruimte voor tentoonstellingen en werkgroepen moest komen. Op 4 maart 1970 werd de nieuwbouw van het Leidse gemeentearchief officieel geopend door minister Marga Klompé. Annie Versprille werd bij die gelegenheid benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-Nassau. Ze bekleedde tal van bestuursfuncties. Zo was ze vanaf 1954 lid van de Commissie van Straatnamen en zat ze van 1958 tot 1964 in het bestuur van de Vereniging van Archivarissen in Nederland.

Op 1 oktober 1970 ging Annie Versprille met pensioen, maar ze bleef actief. Van 1970 tot 1975 zat ze in de Provinciale Commissie Zuid-Holland van de Bond Heemschut. In 1977 werd ze erelid van de Vereniging Oud-Leiden en in 1985 kreeg ze ter gelegenheid van haar tachtigste verjaardag de Gouden Speld van de gemeente Leiden. In juni 1995 liep Annie Versprille ernstige brandwonden op bij een ongeluk in de keuken. Ze werd verzorgd in het brandwondencentrum van Beverwijk. Op 28 december 1995 overleed Annie Versprille op negentigjarige leeftijd in revalidatiecentrum Leythenrode in Leiderdorp.

Fonds Annie Versprille

Het fonds Annie Versprille is door Versprille zelf opgericht. In 1975 deed ze een schenking van 15.000 gulden aan de Vereniging Oud Leiden, bedoeld ter medefinanciering van het Leids Jaarboekje (Leids jaarboekje 68 (1976) 10). Het geld was afkomstig van het archiefwerk ten behoeve van het Hoogheemraadschap van Rijnland dat ze na haar pensionering had gedaan. Later werd de steun verbreed naar wetenschappelijke publicaties met betrekking op Leiden en omstreken in het algemeen. Kees Vogel heeft het fonds een aantal keren aangevuld, en zorgde ervoor dat het persoonlijke archief van Annie Versprille bij het Leidse gemeentearchief (het huidige Erfgoed Leiden en omstreken) werd ondergebracht.

Naslagwerken

Levensberichten.

Archivalia

Erfgoed Leiden en omstreken: toegang 1216, Mr. Annie Versprille (1905-1995).

Publicaties

Een beknopte bibliografie is opgenomen in Leids Jaarboekje 88 (1996) 60-61. Voor een volledige bibliografie, zie de bibliotheek van Erfgoed Leiden en Omstreken.

Literatuur

  • ‘Wij spreken met Mej. Mr. A.J. Versprille, Gemeente-Archivaris te Leiden’, Het Vaderland 12-2-1958.
  • ‘Brief uit Leiden. Leiding geven zonder Kenau te zijn. Gesprek met mej. mr. A.J. Versprille, gemeente-archivaris van Leiden’, Eva. Weekblad voor de Vrouw, 18-1-1964, 78-80.
  • L.J. van der Gouw, ‘Mr. Annie Versprille, oud-archivaris van Leiden’, Holland. Regionaal-Historisch Tijdschrift (1970) 2 en 188.
  • ‘Gouden speld van de gemeente voor mevr. mr. A.J. Versprille’, De Leidenaar (1-10-1985).
  • Rudi van Maanen, ‘In memoriam mr Annie J. Versprille 1905-1995’, Nederlandsch Archievenblad, 1-9-1996, 25-27.
  • Pieter Obbema, ‘Anna Johanna Versprille’, Leids Jaarboekje 88 (1996) 55-59.

Illustratie

Annie Versprille, door Nico van der Horst, 1956 (Erfgoed Leiden en Omstreken).

Auteur: Astrid de Beer (met dank aan Kees Vogel en Rudi van Maanen)

laatst gewijzigd: 13/09/2016

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.