Meggelen, Sophia van (1918-2005)

 
English | Nederlands

MEGGELEN, Sophia van , vooral bekend als Fia van Veenendaal-Meggelen (geb. Strijp, bij Eindhoven 7-4-1918 – gest. Eindhoven 21-9-2005), politica. Dochter van Willem Karel Gerardus Cornelis van Meggelen (1895-1974), boekhouder, later ambtenaar en politicus, en Antje van Baarlen (1896-na 1974). Sophia van Meggelen trouwde op 12-1-1939 in Zeist met Johannes van Veenendaal (ca. 1915-na 2004), metaalbewerker. Uit dit huwelijk werden 1 zoon en 2 dochters geboren.

Sophia (Fia) van Meggelen werd geboren in Eindhoven, maar bracht haar lagere-schooltijd door in Rotterdam. Hierna verhuisde het gezin naar Zeist, waar Fia van 1930 tot 1934 de openbare ulo bezocht en vervolgens kinderverzorgster werd. In 1936 schreef ze zich in bij de Sociaal-Democratische Arbeiders Partij (SDAP). In datzelfde jaar leerde ze tijdens de 1-mei-viering van de jeugdafdeling (AJC) Jo van Veenendaal kennen, met wie ze in 1939 trouwde. Het paar ving in de oorlog onderduikers op en kreeg voor deze verdiensten in de zomer van 1945 van de metaalbewerkersbond een vakantie in Brabant aangeboden. Tijdens een uitstapje naar Eindhoven zag Jo een vacature bij Philips en na een succesvolle sollicitatieprocedure verhuisde het gezin nog datzelfde jaar naar Fia’s geboorteplaats.

PvdA, Beter Wonen en DS70

Na de oorlog bleef Van Meggelen actief voor haar partij (inmiddels PvdA). Ze was daarnaast van 1948 tot 1956 bestuurslid en secretaris van de Vrouwenbond in het Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV). In die periode zette ze een afdeling voor Eindhoven op. Via het NVV volgde ze in 1955-1957 een opleiding tot beroepskeuze-adviseur en kreeg daarna een baan bij het Gewestelijk Arbeidsbureau (GAB) in Eindhoven. Ook trad ze toe tot het bestuur van de Eindhovense woningbouwcoöperatie Beter Wonen – vanaf 1968 als president.

Van 1962 tot 1971 zat Fia van Veenendaal-van Meggelen namens de PvdA in de Eindhovense gemeenteraad (1967-1970 als fractievoorzitter) en van 1963 tot 1970 in de Provinciale Staten van Noord-Brabant. Ze hield zich vooral bezig met huisvesting en onderwijs. In 1967 stond Van Meggelen voor de PvdA op de kandidatenlijst van de Tweede Kamer, maar ze werd niet gekozen. Op lokaal niveau was ze een van de uitgesproken tegenstanders van de progressieve samenwerking die het hoofdbestuur in gang had gezet. Zo legde ze in oktober 1969 een verklaring af waarin haar fractie brak met de partij-afdeling.

Van Meggelen voegde zich vervolgens bij de groep rond F.J. Goedhart, die de partij had verlaten en zich had aangesloten bij de net opgerichte Democratisch Socialisten ’70 (DS’70). Hoewel Van Meggelen geen PvdA-lid meer was, kwam zij in 1970 toch in aanmerking voor een vrijgekomen zetel in de Tweede Kamer: ze had bij de verkiezingen van 1967 immers op de kandidatenlijst gestaan. Pikant detail: alvorens deze stap te zetten vroeg zij advies aan ‘de oude Drees’. Bij de verkiezingen van 1971 haalde DS’70 acht zetels en kreeg daarmee een sleutelpositie bij de kabinetsformatie.

Aanvankelijk zou Van Meggelen staatssecretaris huisvesting worden, maar omdat de KVP geen kandidaat wist te vinden voor het staatssecretariaat van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk, kreeg zij die post. Als enige vrouw in het eerste kabinet Biesheuvel was ze belast met maatschappelijke dienstverlening, bijstand en buitengewone pensioenen. Van Meggelen verdedigde met succes de Nota Bejaardenbeleid, wijzigde de Wet op de Bejaardenoorden en had een belangrijk aandeel in de wet uitkeringen oorlogsslachtoffers 1940-1945. Kritiek kreeg ze vanwege haar weigering de pensioenregelingen voor joodse oorlogsgetroffenen te verruimen.

In opspraak

Toen het kabinet Biesheuvel in 1972 viel, kwam Van Meggelen weer in de kamer terecht. Daar kwam zij in 1974 in opspraak toen ze in De Telegraaf de activistische toneelgroep Proloog beschuldigde van malversaties met subsidiegelden en banden met terroristische organisaties en vervolgens in een kort geding in het ongelijk werd gesteld. Nadat de partijraad haar beschuldigingen publiekelijk had afgekeurd, zat zij enige maanden ziek thuis. Hierna was ze van 1975 tot 1977 vicefractievoorzitter van DS’70. In de verkiezingen van 1977 kreeg de partij slechts één zetel. Omdat Van Meggelen zich eerder had uitgesproken voor een verhoging van de kiesdrempel, nam ze afscheid van de nationale politiek.

Terug in Eindhoven richtte Van Meggelen zich vooral op haar commissariaat voor Beter Wonen. In die functie greep ze begin jaren tachtig in toen bij het congrescentrum De Koningshof, waar de woningbouwcoöperatie een aandeel in had, wanbeleid aan het licht kwam. Ze regisseerde een niet onomstreden reorganisatie. Vooral de vakbonden maakten zich zorgen over de manier waarop veel personeelsleden, zonder afvloeiingsregeling, ontslagen werden. Van Meggelen onthield zich, ook in een terugblik op haar tijd bij Beter Wonen, van commentaar. Op 21 september 2005 overleed Fia van Veenendaal-van Meggelen op 87-jarige leeftijd in Eindhoven, in een bejaardencomplex waarvoor zij zelf de eerste steen had gelegd.

Reputatie

Fia van Meggelen had de naam van een ambitieuze, doortastende politica die geen blad voor de mond nam. Zelf liet ze de kritiek van zich afglijden: ‘In de afgelopen vijfentwintig jaren heb ik ervaren dat vrouwen op een goudschaaltje gewogen worden en mannen op een baskuul’ (Eindhovens Dagblad, 5-3-1982).

Naslagwerken

PDC.

Literatuur

  • Eindhovens Dagblad, 25-5 en 17-8-1963; 3-3-1966; 14-1 en 31-10-1967; 27-2-1969; 4-7-1981; 5-3-1982.
  • Herman Vingerling en Christiaan Schouten, Democratisch Socialisten ’70. Nevenstroom in de sociaal-democratie? (Rotterdam 2003).
  • Genealogie familie van Meggelen op: www.vanmeggelen.com (geraadpleegd 30-11-2011).

Illustratie

Sophia van Veenendaal- van Meggelen, door Joop van Meurs, 1971 (Nationaal Archief / Spaarnestad Photo).

Auteur: Fernie Maas

laatst gewijzigd: 24/02/2017

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.