Meyboom, Frederike (1871-1971)

 
English | Nederlands

MEYBOOM, Frederike (geb. Rotterdam 26-3-1871 – gest. Den Haag 23-4-1971), ziekenhuisdirectrice, oprichtster van beroepsvereniging van verplegenden. Dochter van Willem Frederik Meyboom (1831-?), medisch officier bij de marine, en Louise Henriette Friedrika Hamacher (1839-1925). Frederike Meyboom bleef ongehuwd.

Frederike (Fré) Meyboom werd geboren als oudste van drie kinderen. Haar vader was officier van gezondheid bij de marine en vertrok zonder gezin voor drieënhalf jaar naar Nederlands-Indië toen Frederike nog klein was. Haar moeder ging met de twee dochters (Louise was twee jaar jonger) in Den Haag wonen. Na zijn terugkeer werd vader Meyboom benoemd tot chef van het Militair Hospitaal in Hellevoetsluis, dat dan ook de nieuwe woonplaats van het gezin werd. Frederike, tien à elf jaar oud, mocht soms mee om de zieken puddinkjes of fruit te brengen: ‘ik was steeds heftig geïnteresseerd in de grote zalen, de zieke mannen in de hagelwitte bedden’, zou ze zich later herinneren.

In 1882 verhuisde het gezin naar Breda, waar in 1883 nog een broertje werd geboren – de vader was toen al gepensioneerd. Frederike gold in die tijd als lastig en impulsief. Om haar in het gareel te krijgen stuurden haar ouders haar naar een kostschool in Bonn (Duitsland). Bij terugkomst in 1889 stortte ze zich in het uitgaansleven van Breda, maar een vaste relatie hield ze hier niet aan over.

Loopbaan

In 1895 besloot Frederike Meyboom pro deo te gaan werken bij de Haagse Polikliniek. Het kostte haar nog heel wat overtuigingskracht om toestemming van haar vader te krijgen voor dit werk, dat ze uiteindelijk twee jaar deed. Ze stopte ermee toen een zieke vriendin haar hulp nodig had. Deze ervaringen sterkten Meyboom in haar overtuiging dat ze verpleegster wilde worden. Ze ging in opleiding in het Amsterdamse Burgerziekenhuis, opnieuw tegen de zin van haar ouders. Na diverse aanvaringen met de directeur en de hoofdzuster staakte ze in 1899 haar opleiding, ondanks de waarschuwing van de directie dat zij als verpleegster nooit elders aan de slag zou komen. Vervolgens kreeg ze via haar vader de mogelijkheid om bij het Gemeenteziekenhuis in Den Haag haar opleiding te voltooien. Opnieuw dreigde het mis te gaan: na verloop van tijd werd haar de toegang tot het examen geweigerd vanwege negatieve referenties uit Amsterdam. Uiteindelijk zorgde de arts en literator Arnold Aletrino ervoor dat Meyboom het examen alsnog kon afleggen, zij het met een jaar vertraging. In 1900 richtten Aletrino, Meyboom en enkele anderen Nosokomos Nederlandse Vereniging tot Bevordering der Belangen van Verpleegsters en Verplegers op. Het belangrijkste doel van de vereniging was: verbetering van de rechten en sociale positie van verplegenden en het invoeren van wettelijk verplichte cursussen en examens. Frederike Meyboom werd voorzitster van de afdeling Den Haag.

Toen de directeur van het Haags Gemeenteziekenhuis zuster Meyboom rond 1902 verzocht intern te verhuizen omdat een net aangenomen assistent-arts zijn oog had laten vallen op haar kamer, was dit voor haar aanleiding om ontslag te nemen. Ze werd directrice van een klein ziekenhuis in Zutphen. In 1904 vroeg de burgemeester van Dordrecht, A.R. Zimmerman, haar om directrice te worden van het Gasthuis Beverwijckplein aldaar. Vier jaar later werd ze directrice in het Gemeente Ziekenhuis aan de Bergweg in Rotterdam, opnieuw op verzoek van Zimmerman, inmiddels burgemeester van Rotterdam. Hier bleef ze tot haar pensioen in 1926.

In alle ziekenhuizen waar ze werkte, verbeterde Meyboom de verpleegstersopleiding en zorgde ze voor een goede organisatie en een hygiënische en gezellige omgeving waarin zorg voor de patiënt centraal stond. Zo verbood ze dat tijdens operaties de (kolen!)kachels werden bijgevuld. Voor verpleegsters die geslaagd waren voor hun examen organiseerde ze een feestelijke avond met een diner, cadeautjes en een toespraak.

Andere activiteiten

Na haar pensionering (1926) bleef Fré Meyboom actief. Tot 1927 bleef ze voorzitster van de Bond van Directrices en Adjunct-Directrices van Ziekeninrichtingen, een functie die ze sinds 1920 bekleedde. Van 1929 tot 1939 gaf ze aan de Volksuniversiteit in Rotterdam cursussen over verpleging. Ze hield ook radiolezingen over verpleging en alles wat daarmee verband hield. Verder zat ze in het bestuur van diverse opvoedkundige verenigingen, werkte ze mee aan de totstandkoming van het ziekenhuis voor Been-en Gewrichtstuberculose in Laren en zette tal van publicaties op haar naam. Van 1947 tot 1959 was Meyboom bovendien voorlichtster voor de Algemene Psychiatrische Voorlichtingsdienst. Ze hield lezingen door het hele land en radiovoordrachten over de nieuwe inzichten en nieuwe behandelmethoden voor psychiatrische patiënten.

Als verpleegster en ziekenhuisdirectrice had Frederike Meyboom altijd in ziekenhuizen gewoond. Rond 1926 kocht ze een nog te bouwen huis in Den Haag aan de Laan van Meerdervoort, maar toen het af was, besloot ze er toch niet te gaan wonen: zo’n groot huis met een dienstbode was meer iets voor gezeten burgeressen, niet voor zuster Meyboom. Samen met haar goede vriendin, oud-leerling en collega zuster Mary van Ditmar huurde ze een flat in het gebouw Nirwana aan de Benoordenhoutseweg in Den Haag. Hier woonden zij samen tot de dood van Fré Meyboom op 24 april 1971 – ze werd honderd jaar oud.

Reputatie

Op 19 maart 1971 – vlak voor haar honderdste verjaardag – zond de NCRV het programma Zuster Meyboom 100 jaar uit, waarin Jan van Hillo met haar sprak. Naar aanleiding van dit programma ontving Meyboom meer dan vijfhonderd kaarten van bekenden en onbekenden. Een oud-leerling schreef: ‘Lof en dank van een oud-leerling. De cursussen getuigden niet alleen van liefde in uw werk doch tevens ook van grote vakkundigheid en levenswijsheid’. Een andere oud-leerling: ‘De woorden “plicht” en “toewijding” zijn me bijgebleven. U durfde voor uw mening uit te komen’. En een oud-patiënt die als kind in het ziekenhuis lag, schreef: ‘Ik hoor u nog van: “verder een gezellige dag en avond gewenst”’ (archief F. Meyboom, map 2-3). Het zijn niet alleen bedankbrieven en -kaarten, maar ook reacties van verpleegsters en verplegers die schrijven dat het zuster Meyboom was die hen inspireerde. Nu lijkt de naam van Frederike Meyboom nog maar bij weinigen bekend.

Haar hele leven heeft Fré Meyboom de wens gehad iets te kunnen bijdragen tot het verbeteren van de arbeidsvoorwaarden van de verplegenden: kortere werkuren, betere materiële verzorging en salariëring, een premievrij pensioen. Zij vond dat hier ook iets tegenover moest staan. Volgens ‘zuster Meyboom’ moest een goede verpleegster beschikken over ‘de drie K’s’: kennis, karakter en kunde. En deze drie hingen samen met een goede opleiding. Zo was voor Fré Meyboom de cirkel rond.

Naslagwerken

Atria.

Archief

Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis, Amsterdam: archief F. Meyboom, map 1, 2-3 [85e, 90e en 100e verjaardag: albums en correspondentie]; map 5; map 30;, map 35 [dagboeken, verslagen, correspondentie enz.]; map 49; map 50.

Publicaties

  • Lessen aan leerling verpleegsters (Rotterdam 1912).
  • ‘De sociale positie van de verpleegster’, Haagsch Maandblad (1925) alf. 4, 6.
  • De aanstaande moeder en haar kindje (Rotterdam 1938).
  • Questionarum medicum (Amsterdam 1948).
  • De patiënt thuis. Een beknopte handleiding voor de verzorging van zieken thuis (Den Haag/Rotterdam 1959).
  • Grepen uit de geschiedenis van zorgen en verzorgen (Amsterdam 1970).

Literatuur

  • M. Rijpstra-Verbeek, Dienend in het wit. Het levensverhaal van zuster F. Meyboom (Lochem 1968).
  • B. Speet, ‘Het Burgerziekenhuis een laat-negentiende-eeuwse schepping’, en K. Joosse, ‘Sammetje, jongen wat is er?’, in: E. Lindhout red., ‘Wij hadden warme menschenharten’. In de buurt van de tachtigers: culturele vernieuwers in Amsterdam Oost (Amsterdam 1994) 24-39 en 40-49.

Illustratie

Portretfoto, door Fotobureau Stokvis, 1971 (Haags Gemeentearchief).

Auteur: Toos Kruithof

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 821

laatst gewijzigd: 23/01/2015

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.