Schotel, Christina Petronella (1818-1854)

 
English | Nederlands

SCHOTEL, Christina Petronella (geb. Dordrecht 26-2-1818 – gest. Aardenburg 7-7-1854), amateurschilderes, gespecialiseerd in bloem- en vruchtenstillevens. Dochter van Johannes Christiaan Schotel (1787-1838), zeeschilder, en Petronella Elisabeth van Steenbergen (1781-1840). Christina Schotel trouwde op 30-5-1849 in Medemblik met Herman Broese (1822-1893), doopsgezind predikant, die vanaf 1867 de familienaam Broese van Groenou zou voeren. Het huwelijk bleef kinderloos.

Christina groeide op in Dordrecht, als oudste dochter in een welgestelde, Nederlands-hervormde familie met vier zoons en twee dochters. Zij ging in Dordrecht naar school en kreeg er godsdienstonderricht. Kunst en cultuur stonden in het gezin hoog in het vaandel. Er werden gedichten geschreven, en er werd gezongen en gemusiceerd, ook door Christina. De meeste aandacht ging echter uit naar de schilder- en tekenkunst. Grootvader Schotel had een garenfabriek en Christina’s vader was als enige zoon voorbestemd geweest zijn vader in diens bedrijf op te volgen, maar hij had uiteindelijk voor het schildersvak gekozen – een gelukkige keuze, want hij was een van de meest succesvolle Nederlandse marineschilders van de negentiende eeuw. Hij was een vooraanstaand lid van het Dordts Tekengenootschap Pictura en mocht de Nederlandse koninklijke familie tot zijn klanten rekenen.

Van moeder Petronella wordt gemeld dat zij goed tekende en nauw betrokken was bij het werk van haar echtgenoot. Christina’s broer Petrus Johannes (1808-1865) volgde in zijn vaders voetsporen, maar was als marineschilder minder succesvol. Broer Gilles Dionysius Jacobus (1807-1892) ‘kon door zijne kortzichtigheid [: bijziendheid] met de beste wil niet aan kunst doen’ en werd predikant (Du Rieu, 201). Hij was bovendien een productief schrijver van onder meer historische verhandelingen en persoonsbeschrijvingen. Hij werkte als redacteur aan Van der Aa’s Biographisch woordenboek der Nederlanden, waarin ook lemmata van zijn vader, broer en zuster zijn opgenomen.

Schilderes

Haar eerste teken- en schilderlessen kreeg Christina Schotel van haar vader. Of hij haar, net als haar broer Petrus Johannes, meenam op tochten in de omgeving van Dordrecht om zich in het tekenen naar de natuur te oefenen, is niet bekend. Een tekening uit 1836, in een album amicorum, laat een landschapje met een kapel en boerenhuizen zien, maar doet in geen enkel opzicht denken aan de omgeving van Dordrecht. Een niet gedateerde, gesigneerde aquarel van een bloeiende fuchsia is wel naar het leven geschilderd. Daarnaast kopieerde Christina aanvankelijk het werk van oude meesters, waarbij zij zich vooral richtte op stillevens.

Na de dood van haar vader in 1838 werkte Christina een tijdlang onder leiding van haar broer Petrus Johannes, die in 1830 als tekenleraar in dienst was getreden van het Marine-Instituut te Medemblik. Waarschijnlijk woonde ze bij hem in. Zij specialiseerde zich in het schilderen van bloem- en vruchtenstillevens. In de catalogi van tentoonstellingen in Amsterdam (1844 en 1846) en Rotterdam (1846) staan werken van beiden ‘gebroederlijk’ onder elkaar vermeld. Christina leverde slechts één schilderij per tentoonstelling, tweemaal omschreven als een ‘bloemstuk’, eenmaal als een ‘bloem- en fruitstuk’. In deze tijd – volgens Scheen in 1847 – werd zij lid van de Koninklijke Academie te Amsterdam.

Ook met haar schrijvende broer G.D.J. (Gilles) Schotel heeft zij samengewerkt, zoals meer van hun familieleden deden: ‘Bij de meeste werken van [G.D.J.] Schotel is een vignet of plaatje, een facsimile of zo iets gevoegd, meestal door een zijner familieleden vervaardigd die de gave van de kunst bezaten’ (Du Rieu, 201). Volgens dezelfde negentiende-eeuwse bron leverde Christina voor ten minste twee van zijn geschriften een illustratie. In het ene geval gaat het om de voorstelling van een musicerend gezelschapje, in het andere om een afbeelding van kasteel Develstein.

In 1849 trouwde Christina, 31 jaar oud, met de doopsgezinde predikant Herman Broese, die ook tekende en bovendien artikelen over kunst publiceerde. Het huwelijk werd ingezegend in Medemblik. Toen Broese in 1852 naar het Zeeuwse Aardenburg werd beroepen, verhuisde het echtpaar daarheen. Twee jaar later overleed Christina Schotel in Aardenburg.

Het werk van Christina Petronella Schotel is voor zover bekend niet terug te vinden in de Nederlandse musea. Slechts zelden wordt een stuk van haar hand in veiling gebracht. Negentiende-eeuwse bronnen melden dat haar werk vooral in bezit was van verwanten en van haar weduwnaar. Christina Schotel zal dan ook niet voor de verkoop hebben geschilderd, maar moet eerder worden gewaardeerd als verdienstelijk amateurschilderes.

Naslagwerken

Van der Aa; Hostyn/Rappard; Kramm; Nagtglas; Scheen; Thieme; Wurzbach.

Archivalia

  • Erfgoedcentrum DIEP, Dordrecht: toegangsnr. 256, BS Dordrecht, Geboorten, inv.nr. 7, akte nr. 103 [Christina Petronella Schotel]; Overlijden, inv.nr. 228, aktenr. 598 [Joh. Chr. Schotel]; inv.nr. 230, akte nr. 591 [Petronella E. van Steenbergen]; DTB, dopen, d.d. 7-7-1781 [Petronella van Steenbergen]; d.d. 14-11-1787 [Joh. Chr. Schotel]; toegangs.nr. 168 [Collectie van bescheiden met betrekking tot de familie Schotel].
  • Zeeuws Archief, Middelburg: toegangsnr. 25 (BS Zeeland), inv.nr. AAR-O-1854, akte nr. 51 [overlijden Christina Petronella Schotel].

Werken

  • Bloemstilleven, doek, gesigneerd: ‘C.P. Schotel’; privéverzameling (foto RKD).
  • Bloemstilleven, paneel, gesigneerd: ‘C.P. Schotel’; veiling Amsterdam, Christie’s, 26-10-1999, nr. 41 [afb. in cat.].
  • Jachtstilleven, doek, gesigneerd ‘C.P. Schotel’; veiling Amsterdam, Sotheby’s, 20-4-1993, nr. 460.
  • Tak van bloeiende fuchsia, aquarel, gesigneerd: ‘C.P. Schotel’; privéverzameling (foto RKD).
  • Landschapje, tekening, zwart krijt, gesigneerd: ‘C.P. Schotel’, gedateerd: ‘1836’. In een album amicorum van de familie Hanedoes uit Woudrichem (foto RKD).
  • Kasteel Develstein, boekillustratie in: G.D.J. Schotel, Geschied-, letter- en oudheidkundige uitspanningen (Utrecht 1840).
  • Musicerend gezelschap, boekillustratie in: G.D.J. Schotel, Letter- en oudheidkundige avondstonden (Dordrecht 1841).

Literatuur

  • Tentoonstelling te Amsterdam (Amsterdam 1844) 14, nr. 380.
  • Tentoonstelling te Amsterdam (Amsterdam 1846) 19, nr. 321.
  • Tentoonstelling van schilder- en kunstwerken van levende meesters, te Rotterdam voor den jare 1846 (Rotterdam 1846) 11, nr. 154.
  • G.D.J. Schotel, De zeeschilder P.J. Schotel (Utrecht 1866) 31, 36.
  • W.N. du Rieu, ‘Levensbericht van Dr. Gilles Dionysius Jacobus Schotel’, Levensberichten der Afgestorven Medeleden van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde (Bijlage Handelingen) (1893) 188-244, aldaar 201, 232-233.
  • L.J. Bol, Aquarellen en tekeningen van Dordtse meesters 1750-1850, deel 2 (Dordrecht 1958) 11, nr. 18.
  • J.M. de Groot e.a., Een onsterfelijk zeeschilder, J.C. Schotel, 1787-1838 (Zwolle/Dordrecht 1989) 39, 50, 64, 115, 149.
  • Annemieke Hogenboom, De stand des kunstenaars. Positie van kunstschilders in Nederland in de eerste helft van de negentiende eeuw (Leiden 1993) 98, 190-191.

Illustratie

Bloemstilleven, paneel, gesigneerd: ‘C.P. Schotel’ (Veiling Amsterdam, Christie’s, 26-10-1999, nr. 41).

Auteur: Marloes Huiskamp

Biografienummer in 1001 Vrouwen: 707

laatst gewijzigd: 13/01/2014

De datum onder dit biografisch lemma geeft aan wanneer er voor het laatst aanvullingen en/of correcties in het stuk zijn doorgevoerd. Met ingang van 2023 is het project afgesloten.