© BWNW. Bronvermelding: Adrianus T. de Hoop, Bouwkamp, Christoffel, in: Biografisch Woordenboek van Nederlandse Wiskundigen URL: https://resources.huygens.knaw.nl/BWNW/lemmata/data/bouwkampchristoffel [20/12/2019]
Chris Bouwkamp vestigde internationaal zijn naam met het overzichtsartikel `Diffraction Theory' (1954). Hij was een toonaangevend toegepast wiskundige, geducht om zijn `passie voor precisie'.
BOUWKAMP, Christoffel Jacob, theoretisch natuurkundige en toegepast wiskundige (Hoogkerk, 26 juni 1915 - Eindhoven, 23 februari 2003). Zoon van Jurrien Bouwkamp, klompenmaker, en Grietje Bakker. Op 14 oktober 1943 trouwde hij met Alida Hendrika van der Veer (1914-2005). Uit dit huwelijk werd een dochter geboren.
Chris Bouwkamp studeerde wis- en natuurkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij op 3 november 1938 cum laude het doctoraal examen in de richting 'theoretische natuurkunde, met wiskunde en mechanica' aflegde. Zijn eerste vijf wetenschappelijke publicaties - over zowel wiskundige als natuurkundige onderwerpen - dateren reeds uit zijn studententijd. Op 23 januari 1941 promoveerde hij bij F. Zernike, de latere Nobelprijswinnaar natuurkunde, tot doctor in de wis- en natuurkunde op het proefschrift Theoretische en numerieke behandeling van de buiging door een ronde opening. Het proefschrift vertoonde reeds alle kenmerken van Bouwkamps wetenschappelijke stijl: scherpe probleemformulering, een kritisch opgestelde behandelingsmethode, ontwikkeling van een numeriek algoritme met gegarandeerde nauwkeurigheid en het - in die tijd met de hand - uitvoeren van de berekeningen, waarbij geen fouten konden worden geduld.
Vrijwel aansluitend ging hij bij het Philips' Natuurkundig Laboratorium in Eindhoven werken, waaraan hij van 1941 tot 1975 als wetenschappelijk medewerker, groepsleider en later als wetenschappelijk adviseur verbonden bleef. Op deze plek was hij zijn carrière lang een ankerpunt voor zorgvuldig uitgevoerde toegepaste wiskunde. Zijn 'passie voor precisie' droeg hij ook uit als buitengewoon hoogleraar toegepaste wiskunde aan de Rijksuniveristeit Utrecht (1955-1958) en aan de Technische Hogeschool Eindhoven (1958-1980).
Aan het Natuuurkundig Laboratorium werkte hij onder meer aan problemen uit de antennetheorie, waarvan het artikel uit 1946 over de 'ill-posedness' van het probleem van de 'optimale stroomverdeling' langs een draadantenne (samen met N.G. de Bruijn) nog steeds in de vakliteratuur wordt geciteerd. Vervolgens deed hij onderzoek naar problemen betreffende de diffractie van akoestische en elektromagnetische golven. In een vinnige strijd rekende hij definitief af met H.A. Bethe (Cornell University, Ithaca, NY, USA, Nobelprijswinnaar natuurkunde in 1967) en E.T. Copson (University of St. Andrews, Dundee, Schotland), die foutieve oplossingen van deze problemen hadden gepubliceerd. Deze strijd werd grotendeels uitgevochten in de Mathematical Reviews van de American Mathematical Society, waar Bouwkamp dertig jaar lang een beruchte medewerker was, wiens 'reviews' (374 in getal) soms het karakter van beknopte - vaak polemische - publicaties hadden, die dan later weer als referentie voor verdere discussie dienden.
Zijn eigen werk aan de diffractietheorie rondde Bouwkamp in 1954 af in 'Diffraction Theory'. Dit overzichtsartikel, waarin hij in het bestek van 66 bladzijden meer dan 600 artikelen op het gebied van de buiging van akoestische en elektromagnetische golven samenvatte en - met zijn 'passie voor precisie' - van zijn kritiek voorzag, is tot op heden een onmisbare bron voor kennismaking met het vakgebied.
Omstreeks 1970 verschoof Bouwkamps hoofdaandacht naar de recreatieve wiskunde, in het bijzonder naar de verdeling van een rechthoek of een vierkant in onderling ongelijke subvierkanten en het 'pentominoprobleem'. Samen met A.J.W. Duijvestijn ontwikkelde hij een computercodering teneinde alle oplossingen te construeren en door de computer in 'catalogi' te laten afdrukken.
In 1960 werd hij benoemd tot lid van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, Afdeling Natuurkunde. In zijn vrije tijd was hij verzamelaar, eerst van postzegels, later van munten. Van beide wist hij indrukwekkende collecties op te bouwen.
Bronnen
- Boersma, Johannes en Adrianus T. de Hoop, "Passie voor precisie. In Memoriam Christoffel Jacob Bouwkamp (1915-2003)", Nieuw Archief voor Wiskunde serie V, 4 (2003): 205-207. http://www.nieuwarchief.nl/serie5/pdf/naw5-2003-04-3-205.pdf
- Haubrich, Jacques, "C.J. Bouwkamp en de Squared squares", Nieuw Archief voor Wiskunde serie V, 4 (2003): 321-326. http://www.nieuwarchief.nl/serie5/pdf/naw5-2003-04-4-321.pdf
Publicaties
- "Diffraction theory", Reports on Progress in Physics, 17 (1954): 35-100.
- Theoretische en numerieke behandeling van de buiging door een ronde opening, Groningen, 1941. [Proefschrift Rijksuniversiteit Groningen]
- Philips Research Reports, 30 (1975), pp. 1-379. Special Issue in Honour of C.J. Bouwkamp (met een lijst van Bouwkamps publicaties tot 1975)
- "The problem of optimum antenna current distribution", Philips Research Reports, 1 (1946): 135-158 [met N.G. de Bruijn]
- "On the freely vibrating circular disk and the diffraction by circular disks and holes", Physica, 16 (1950): 1-16.
- "On the diffraction of electromagnetic waves by small circular disks and holes", Philips Research Reports, 5 (1950): 401-422.
- "On Bethe's theory of diffraction by small holes", Philips Research Reports, 5 (1950): 321-332.
Auteur: Adrianus T. de Hoop
Laatst gewijzigd: DB november 2018