20 - 01 - 1626
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Anthoine Barbier uit Lyon krijgt op verzoek van de
Franse
ambassadeur een gratis paspoort om door vijandelijk gebied
naar deze provincies te kunnen reizen.
2
De
hertog van Palts-Neuburg beantwoordt d.d. München 21 dec. 1625 de brief van HHM d.d.
25 nov. 1625 over de executie van de landen
van
Gulik
[Jülich].
De brief zal ook overhandigd worden aan de RvS om, na overleg met Z.Exc.,
daarover te adviseren.
3
Joost Brasser verzoekt betaling van 100.000 gld. die hij voor een half
jaar heeft geleverd.
Halewijn,
Van der Meer,
Matelieff en
Oosterzee zullen
met
hem spreken over verlenging met een half jaar.
4
Gabriël a Costa vraagt een maandelijks traktement.
Hij ontvangt 150 gld. eens.
5
Franco van Burgersdijck, professor in de wijsbegeerte aan de Leidse universiteit,
krijgt gedurende zeven jaar octrooi op het drukken van zijn
Institutionum logicarum libri duo Franconis Burgersdicii
in quibus
Keckermanni aliorumque logicorum precepta recensentur.
1
6
Jan IJsbrandsz. Gronestein, cipier van de Voorpoort van het Hof van
Holland, verzoekt geld voor het onderhoud en de
verzorging
van de gevangenen uit
Bahia de Todos os Santos.
De
WIC
wordt gemachtigd hem 500 of 600 gld. op
rekening te geven.
7
De remonstrantie van
Pieter van Blanckeroort, geweldige van de schepen die in Zeeland binnenlopen, over
wat hij in
Goedereede heeft gedaan inzake het doen
uitvaren van de schepen, wordt gelezen maar vereist geen
resolutie.
8
Over de zaterdag jl. door de pachters van de konvooien en licenten ingeleverde punten2 besluiten HHM het volgende:
I De supplianten vragen hun rekest d.d. 3 nov. 1625 in te willigen en te gelasten dat zij in hoger beroep mogen gaan tegen de gewezen of nog te wijzen vonnissen door de Admiraliteiten. Deze Colleges handelen hierin niet nauwgezet en de boetes en verbeurdverklaringen zijn zo onbeduidend dat zij de onkosten niet dekken. Het loont nauwelijks de moeite fraude op te sporen, zoals uit hiernavolgende voorbeelden blijkt. De
Admiraliteit te Middelburg
heeft in de zaak van de pachters tegen de Engelsman
Willem Constapel de laatste tot niet meer dan 50 gld. veroordeeld
terwijl hij een kist met twintig stukken linnen zonder aangifte of
paspoort had ingeladen en weggevoerd. Datzelfde College veroordeelde
d.d. 22 okt. 1625
Jan Le Clerq tot
een boete van
300
gld. omdat hij 69 bundels hennep, zes schijven kabelgaren, twaalf
tonnen, 24 pakken geslagen want, vier kisten suiker, een droog vat
met
suiker en spelden had verzwegen. Terzelfder tijd werd ene
Jacques Schockfeuer aangehouden met
twaalf tonnen
roet die voor tweehonderd pond netto waren aangeven in
overeenstemming
met de loscedel, maar na onderzoek 2.800 pond netto bleken te wegen.
Aangetoond kan worden dat deze tonnen niet zijn aangeslagen omdat de
konvooimeester het gewicht in geheimschrift heeft overgezet en dit
heeft vermeerderd. In november is te
Veere een
zekere
koopman
Valckenborch aangehouden,
die zonder te
hebben verkonvooid veertien okshoofden Franse en twee pijpen Spaanse
wijn had ingeladen om naar
Ierland vervoerd te
worden.
Hij hoefde slechts het recht van konvooi en de kosten te betalen. Van
een schip uit
Newcastle had een koopman vijfendertig
salter3 smeekolen aangegeven die bij controle
ongeveer negentig
salter
bleken te zijn. Hij hoefde uitsluitend het invoerrecht over de
verzwegen hoeveelheid en de kosten te betalen. Op 10 november werd
door
Pieter Penning te
Vlissingen elf
last boekweit aangegeven die na onderzoek vijftien bleken te zijn.
Slechts twee last werd verbeurdverklaard. Op 30 oktober werd een
lichter aangehaald met ongeveer dertig last mout met een waarde van
wel
60.000 gld. De lading was overgescheept zonder loscedel en zonder
kennisgeving aan het kantoor. Er volgde een veroordeling tot slechts
een boete van 300 gld. De pachters volstaan met deze voorbeelden
waaruit afgeleid kan worden dat het
zowel noodzakelijk als in het voordeel van het land is, als de
supplianten de toegang verwerven tot het middel van de reformatie.
Omdat volgens de instructie van de Admiraliteiten revisie alleen open
staat voor degenen die zich door een vonnis van deze Colleges
benadeeld
achten, zullen HHM de provincies schrijven om zo spoedig
mogelijk
hun besluiten te vernemen over dit verzoek om reformatie.
II Verder vragen de supplianten HHM hun rekest d.d. 3 nov. 1625 inzake
de konvooimeester te
Hoorn en de verhoogde aangifte
van de scheepslasten door de Noordvaarders te onderzoeken.
Dit punt zal worden besproken als de afgevaardigden van de ontboden
Admiraliteiten zijn aangekomen. De heren van
Holland is intussen verzocht hun besluiten in te brengen
inzake de 2 dec. 1625 overgereikte stukken.
III Wat het op 9 dec. 1625 aangeboden rekest betreft, inzake het mede
laten tekenen van de binnenlandse paspoorten en het visiteren van de
schepen door de ambtenaren van de pachters, vragen HHM de
Admiraliteiten om advies.
IV Zinvol vinden HHM het rekest van 14 jan. te bepalen dat officieren
van zowel het land als de pachters schepen die
Texel
of
Het Vlie uitvaren, mogen visiteren. De
Admiraliteiten te
Amsterdam
en in
het Noorderkwartier
zal geschreven
worden
dit
zo te regelen. Aan de pachters zal een akte worden gegeven die alle
schippers gelast de visitatie te gedogen.
V Aan het Zeeuwse Admiraliteitscollege zal
geschreven worden dat
Cornelis Mauringh van der Aa
tot alle comptoiren toegelaten dient te worden om te
onderzoeken of volgens de ordonnanties is gewerkt. Ook mag hij
opening
van de registers verzoeken, maandelijks het inkomen opnemen en orde
op
zaken stellen wat de inning van de pacht betreft.
VI Zodra het advies van de Amsterdamse
Admiraliteit gekomen is, zullen HHM een besluit nemen
over
het rekest van de supplianten om twee jachten te mogen gebruiken ter
bestrijding van de fraude, gepleegd op de kust van
Friesland
en door de sluizen van
Kolhorn,
Langereis,
Zijpe.
VII Na het aangaan van de pacht hebben de cherchers van het land te
Middelburg en Veere in hun
comptoiren
de los- en laadcedels weggesloten in kassen, waardoor deze stukken
ontoegankelijk werden voor de ambtenaren van de pachters. Aangezien
dit
zeer nadelig is voor de pachters en ingaat tegen hetgeen HHM
uitdrukkelijk hebben gelast, verzoeken de supplianten orde opzaken te
stellen.
HHM zullen de Zeeuwse Admiraliteit schrijven
de klachten van de pachters te verhelpen.
VIII Ook gebeurt het dagelijks dat konvooimeesters personen toestaan
een gedeelte van hun te laden of te lossen goederen provisoir aan te
geven. Hun sluikerij slaagt als zij nìet, blijft onbestraft
als
zij wèl worden achterhaald omdat zij dan redeneren dat het slechts
een
voorlopige aangifte betrof. De pachters verzoeken HHM dan ook de
konvooimeesters te gelasten deze provisionele aangiftes te staken en
de
personen in kwestie terug te sturen totdat zij hun goederen volledig
hebben aangegeven.
Ook hierin zullen de Admiraliteiten orde op zaken moeten stellen.
IX De bovengenoemde cherchers tekenen los- en laadbrieven voor gezien
terwijl zij geen voet verzet hebben en dus in strijd met
hun eed een heimelijke verstandhouding hebben met de koopman en de
schippers. Ook helpen zij degenen die door
de officieren van de pachters op fraude zijn betrapt om op deze
wijze,
zoals zij ook snoeven, de pachters het leven zuur te maken.
De Admiraliteiten moeten inlichtingen inwinnen en bij gebleken
juistheid van de beschuldiging procederen tegen de cherchers om een
voorbeeld te stellen.
X De kapiteins op de rivieren en in de zeegaten
weigeren op veel plaatsen de officieren van de pachters te assisteren,
hoewel dit volgens het plakkaat van HHM zou moeten.
HHM zullen een open akte verstrekken die kapiteins, officieren en
matrozen hiertoe opdracht geeft. Daarnaast zal de Admiraliteiten
worden
geschreven de kapiteinen op gelijke wijze te gelasten.
XI Tot slot
vragen de supplianten HHM een besluit te nemen over het per kwartaal verplaatsen van de generaals van de konvooien en
licenten.
De generaals zullen 25 feb. worden ontboden om verslag te doen van
hetgeen zij hebben ondernomen tot uitvoering van de plakkaten en om
te vernemen welke
kwartieren elk heeft te bereizen.