12 - 04 - 1627
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Brasser meldt d.d. Amsterdam 10 april conform het
contract van 8 aug. 1626 in
Constantinopel
[Istanbul] 17.647 dukaten
voor de
koning van
Denemarken te hebben geleverd, waarvan een derde in
dukaten en twee derde in rijksdaalders en Spaanse matten. De
agent van de
prins van
Transsylvanië in
Constantinopel wil het twee derde echter graag in Hongaarse
dukaten
ontvangen en heeft orateur
Haga
hierom
gevraagd.
Haga heeft dit op zich genomen aangezien het niet veel moeite kost
en de prins hiermee volledig wordt tevredengesteld door de koning.
De
onkosten
voor de omwisseling zouden op
Venetië worden
getrokken.
HHM verzoeken Brasser de wissel uit Venetië van Haga te
accepteren. Wanneer Brasser het geld bij
ontvanger-generaal
Doublet declareert, dient
deze de wissel te betalen. De onkosten
zullen bij de koning voor vereffening in rekening worden gebracht.
Resident
Aissema zal hiervan op de
hoogte worden
gebracht en kopie van de brief krijgen, zodat bij de
verrekening
deze korting wordt kenbaar gemaakt.
Een brief van Aissema d.d. Stade 14/24 maart behoeft geen resolutie. Aangezien hij echter bericht dat de
koning
aandringt op betaling van het beloofde subsidie verzoeken HHM de provincies
dit geld op te brengen zodat aanvankelijk drie maanden
subsidiegeld kan worden gestuurd. Het geld dat hiervoor uit de provincies komt
moet in courant geld worden gestuurd of worden overgemaakt, zonder hiermee het geld af te lossen dat voor betaling van de drie eerste maanden
subsidie
en de naar Constantinopel overgemaakte 30.000 rijksdaalder.
2
HHM schrijven
Berck zijn
secretaris achter
te laten tot zijn opvolger in
Venetië is
aangekomen indien hijzelf niet zo lang zou kunnen wachten.
3
Kapitein
Quast schrijft d.d. 6 april van zijn bij de Maas gelegen
oorlogsschip op 31 maart bij
Portland een schip van de vijand te hebben
veroverd. Hij heeft echter niet de manschappen overboord gezet.
Zijn
officieren
maakten hiertegen
bezwaar omdat er geen akte voor beschikbaar was en hun eed
als
kapitein, waarin zij beloofd hebben dit te doen, meer dan een jaar
oud is en
op dit punt ondertussen wellicht achterhaald. Daarna zijn de
kapiteins aan boord ontboden, die zich eveneens beriepen op hun
verouderde eed. Bovendien zouden inwoners van de Republiek van
deze
praktijk van voetspoeling schade kunnen ondervinden.
HHM schrijven de
Admiraliteit in het Noorderkwartier
waarom zij de commandeur en de anderen niet recentelijk de eed heeft afgenomen. Zij dient te berichten hoeveel gevangenen er zijn en van welke kwaliteit deze zijn. HHM schrijven alle Admiraliteiten de praktijk van voetspoeling voort te zetten en de kapiteins de eed af te nemen. Met Z.Exc. wordt besproken of men de kapiteins, wanneer deze hier hun commissie ontvangen, niet tevens de eed kan laten onderschrijven. Zij kunnen die bij de secretarissen van Z.Exc. achterlaten.
4
Hofmeester
Mortaigne heeft geen ledikant voor
Carleton kunnen lenen of
huren.
HHM laten de
president
aan Z.Exc. vragen om voor deze keer nog een ledikant ter
beschikking te stellen.
5
Beaumont meldt dat
Soranzo nog niet
tevreden is
met de resolutie van 6 april. Hij wenst dat de handel
tussen
Venetië en
Spanje vrij wordt
verklaard voor zowel Spanjaarden als Venetianen.
HHM wijzen dit af.
6
Het namens de huislieden uit het Rijk van
Nijmegen ingediende verzoek om enkele paarden voor de bebouwing van
hun land te mogen halen,
zonder deze elders te brengen, gaat voor advies naar de
RvS.
7
Het
Hof van Gelderland
schrijft d.d. Arnhem 8 april de momber te hebben gelast de jonkers, schouten en buurmeesters van de
Tielerwaard te dagvaarden omdat zij met de vijand hebben overlegd over
betaling van contributie. Dit geldt ook voor
Peter
Egens, die zich hiertoe heeft laten gebruiken. Tevens
vraagt
het Hof HHM de verdere voltooiing van de volledige defensie en
bezetting van
de Tielerwaard, de
Overbetuwe en
Nederbetuwe te willen
behartigen.
HHM geven de brief aan de RvS. Na overleg met Z.Exc. moet de Raad regelen dat de redoutes en andere plaatsen naar behoren worden aangelegd en bezet.
8
Dr.
Amama heeft een remonstrantie ingediend waarin hij een
besluit verzoekt over enige punten die conform de akkoorden en
verdragen zijn. Het betreft de erfhuldiging, wijn- en bieraccijns,
betaling van de schulden en afdanking van de zeshonderd soldaten.
Deze
punten kunnen volgens hem bij afwezigheid van de gedeputeerden van
Emden eenvoudig worden afgehandeld.
HHM geven de memorie voor advies aan de RvS.