08 - 05 - 1627
1Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De
Admiraliteit te Amsterdam
antwoordt op de brieven van HHM van 6 mei over het konvooi en transport van de
markgraaf van Baden naar de
Wezer. Al haar schepen zijn in zee
gelopen wegens achtervolging van enkele Duinkerkers, die zich bij
Texel en
Het Vlie ophouden. Zij
verwacht echter dat binnen drie of vier dagen de schepen
zullen
terugkeren. Zo niet, dan kan men de markgraaf, zonder te hoeven
wachten,
met
een ander bekwaam schip tevredenstellen.
Tevens is het rapport gehoord van
Vosbergen die gisteren met Z.Exc., in aanwezigheid van twee
gedeputeerden van de
Admiraliteit in het
Noorderkwartier
, over het
transport van de markgraaf heeft overlegd.
Op advies van Z.Exc. en
de
twee gedeputeerden schrijven HHM de
Admiraliteit te Amsterdam en die
in het Noorderkwartier. De Colleges moeten twee goede schepen
uitkiezen om de markgraaf te begeleiden. Hiervoor komen uit zee teruggekeerde of
andere
gereedliggende schepen in aanmerking, of anders schepen die op 15 mei
naar de kust vertrekken. Men zal echter niet over de
Wezer reizen, maar over de
Elbe naar
Stade of
Hamburg omdat men
anders
de
markgraaf niet goed kan afzetten. Zodra de markgraaf aan land is
gebracht,
zullen de voor de kust bestemde schepen hierop
aankoersen. De markgraaf wordt van deze opdracht op de hoogte
gebracht. De
Admiraliteiten wordt gemeld dat de markgraaf maandag wil
vertrekken.
2
De memorie van
Sigismond Buchner is gelezen. Hierin wordt
verzocht
Bethlen Gabor te
berichten dat de
30.000
rijksdaalder voor eind juni zal zijn overgemaakt. Tevens zou de
betaling van het subsidie ten behoeve van het leger in
Silezië
moeten worden overwogen.
De heren van
Holland hebben de memorie, tezamen met de propositie die de afgezant
tijdens zijn audiëntie heeft gedaan en die in het Nederduits
is vertaald, ter bestudering meegenomen. Zij zullen deze stukken
bespreken met hun momenteel in vergadering zijnde
principalen
.
3
Joris Clercq, predikant van de Engelse en Schotse natie in Bergen op
Zoom, klaagt dat zeven Engelse predikanten hem
zijn
bediening en
beneficie hebben ontzegd, omdat hij zich niet aan hen wil
onderwerpen. Zij beweren door HHM te zijn gemachtigd,
maar weigeren hem inzage van de lastgeving.
De lastgeving, zo die al bestaat, zal worden opgezocht en Clercq zal daarvan kopie worden gegeven. Indien de lastgeving onvindbaar is, zal het rekest aan de predikanten worden gegeven. Zij dienen Clercq het stuk te tonen, nisi causam, en moeten HHM daarover bericht doen.
4
Adriaen Nicolai, secretaris van de Admiraliteit in Zeeland, verzoekt vanwege
zijn 41-jarig dienstverband in deze functie en zijn
hoge leeftijd van 76 jaar resulterend in geheugenverlies en
hardhorendheid, het ambt te mogen afstaan aan
een bekwaam
en door de
Admiraliteit
goedgekeurd
persoon. Indien HHM hiertegen
bezwaar hebben, vraagt hij
om de Admiraliteit te machtigen tot zijn assistentie een adjunct
te mogen
aanstellen.
Aangezien het overdragen van ambten niet is toegestaan, laten HHM de suppliant zich voor een nominatie wenden tot de Admiraliteit.
5
Ter vergadering is het boek getiteld Censure van de confessie van de remonstranten2 gepresenteerd, in het Nederlands uitgegeven door de predikant
Antonius Walaeus, professor in de theologie te Leiden. Hij heeft
het
opgedragen aan HHM.
HHM schenken Walaeus 120 pond tot 40 groten waarvan de RvS ordonnantie zal maken op de
ontvanger-generaal.
6
Het advies van de
Hoge Raad
over de wijn- en bieraccijns in
Emden is gelezen.
HHM laten hiervan twee kopieën maken, waarvan één wordt gegeven aan dr.
Amama en de ander aan secretaris
Maurice, die de
zaken van Emden regelt.
7
Resident
Aissema schrijft d.d. Bremen 18 april o.s. over de betaling van de
op ontvanger
Reael getrokken wissel van 1.428
rijksdaalder, waarover hij reeds in
eerdere brieven
heeft geschreven. Het geld is in mindering gebracht op het subsidie
voor
de
Deense koning omdat de koning
dit zo heeft
gewenst.
Tevens bericht Aissema over de doortocht van de
markies van
Brandenburg naar
Venetië en over de
pogingen van de Deense koning om zich bij de
Wezer
te
versterken met de troepen van
Morgan.
HHM laten ontvanger-generaal
Doublet de wissel van Reael accepteren en korten op het
subsidie.
8
Kapitein
Sibert Pietersz. Lut verhaalt in zijn rekest samen met kapitein
Monick uit
Rotterdam,
in 1625 met
veertig officieren en bemanningsleden door Duinkerkers
te zijn gevangengenomen. Pas op 10 nov. 1626 is hij vrijgelaten
bij de
algemene uitwisseling van gevangenen.
Monick en zijn bootsvolk hebben, behalve de 100 gld. en de
betaling van hun proviand
gedurende hun
gevangenschap, al hun gage
tot
aan de dag van hun vrijlating ontvangen, met nog één
maand
extra wegens letsel. Lut heeft dit in
Enkhuizen niet
gekregen en wil dat de
Admiraliteit in
het
Noorderkwartier
opdracht krijgt tegen dezelfde
condities
uit te betalen.
HHM besluiten Lut niets te geven en de
Admiraliteit te Rotterdam
te schrijven ten zeerste verwonderd zijn over deze hoogst ongebruikelijke uitbetaling van Monick c.s. Zij zullen kopie van de bij het rekest gevoegde attestatie voor commentaar meesturen.
9
Hillegont Laurensdr., vrouw van
Adriaen Tijssen
uit Medemblik,
heeft
voorschrijven van de magistraat te
Medemblik.
HHM geven haar rekest voor advies aan de
Admiraliteit in het Noorderkwartier
.
10
Het rekest van het klooster
Everbode, dat deels in de
Kempen ligt en deels in het
Land van
Luik, materialen voor nieuwbouw en
reparatie
uit
Maastricht of elders uit het Land van Luik te
halen, is afgewezen.
11
Het rekest van de
heer van Batenburch volgens een bijgevoegde lijst een bepaalde hoeveelheid
eetbare en andere waren voor zijn familie uit
Rotterdam naar
Batenburg te
halen,
zoals hem vorig jaar is toegestaan, gaat voor advies naar de
RvS.
12
HHM lezen het advies van de superintendenten
Aertsens en
Baudaen over het
rekest van
jonkheer
Henrick de Vos.
Alvorens hierin verder te treden, zullen
Noortwijck en
Vosbergen ontvanger
Swerius horen over het waarom van
de weigering [van uitbetaling],
die de
superintendenten onterecht achten.