18 - 06 - 1627
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Buchner mag op zijn verzoek voor de
Deense
koning een van de uitvindingen van
William Douglas meenemen. Het
betreft het wapen
waarmee
drie
keer kan worden geschoten tegen één schot van de vijand. De
RvS zal
een akte
geven om dit instrument uit het magazijn te halen.
Eveneens is toegestaan hem, in aftrek van het subsidie voor de koning, 600 rijksdaalder te geven. Dit bedrag krijgt hij op kwitantie van ontvanger-generaal
Doublet.
Tevens is het nadere antwoord op zijn verzoeken goedgekeurd. Ook zal men Buchner recredentie meegeven.1 Aangaande zijn herhaalde verzoeken om 30.000 rijksdaalder aan de
prins van Transsylvanië te geven en de wissel van het overgebleven geld voor de
koning aan hemzelf mee te geven, hebben HHM de noodzaak van het
snel
overmaken van geld serieus bekeken. Men ziet echter niet hoe de
prins
in drie maanden het geld zou bekomen, zelfs indien men iemand weet
te
vinden die de overboeking zou willen regelen - waaraan men zeer
twijfelt gezien de geringe handel die er plaats vindt vanwege de
Perzische oorlog en andere ongemakken. HHM zien dus geen betere
manier
dan de koning het geld langs de kortste weg via
Hamburg op
Silezië te doen
toekomen. Hiertoe zal men de koning per wissel 60.000 rijksdaalder
overmaken en de wisselbrieven aan Buchner
meegeven.
Inzake de lichting van drie regimenten door de oversten
Gent,
Mordiaen en
Kniphuisen geven HHM de gezant in
overweging
dat
men hier te lande zelf uitheemse lichtingen moet verrichten. Veel
Franse, Engelse, Schotse en Duitse compagnieën worden geworven
omdat
er niet genoeg Nederlanders te vinden zijn voor de eigen defensie.
Het
is daardoor ontoelaatbaar met een vreemde lichting in te stemmen,
temeer daar men nu bezig is door middel van waardgelders troepen
te
werven - wat anders zou worden belemmerd. Men hoopt zelfs dat deze
lichting vanwege de afleiding de koning nog ten goede zal
komen.
Ten slotte de stationering van schepen op de
Wezer. Men is doende de schepen die dienst doen voor het land te
inventariseren. Vanwege de grote bezetting die noodzakelijk is
voor
de kust van
Vlaanderen en de grote inzet van
schepen
bij het konvooieren en ter bescherming van de visserij, waarmee de
Admiraliteiten zich nu bezighouden, is het niet doenlijk hierin
snel
inzicht te krijgen. Een besluit zal zo spoedig mogelijk
worden genomen.
2
HHM gaan akkoord met de conform resolutie van 16 juni opgestelde conceptbrief aan resident
Aissema aangaande de weigering van de door hem getrokken wissel van
16.850
rijksdaalder.
3
Alexander van Munster krijgt paspoort om voor zijn zaken naar vijandelijk
grondgebied te gaan.
4
De kwestie van de verzochte uitvoer van buskruit voor de
Engelse koning is hervat. Hoewel het land hier zelf behoefte aan heeft
en
Dudlei Carleton geen procuratie
van de
koning
heeft getoond, staan HHM de uitvoer van vijftigduizend pond toe
tegen betaling van 's lands rechten.
5
De
heer van Batenborch is vanwege zijn nadere remonstrantie in plaats van de helft
van
de door hem verzochte provisie, zoals op 16 juni besloten, uitvoer
van
het geheel toegestaan.
6
De
keizer en
Wallenstein is
toegestaan tegen Bosch' licent veertig
merries
uit te
voeren.
7
Wilbort Philipsen, burgemeester van Woudrichem, mag naar het
Land van
Altena veertien tot zestien magere
runderen
brengen.
8
Pasqual, hofmeester van kolonel
Haulterive, heeft
een brief van
Languerack bezorgd.
Hiervoor is hem 40 gld. gegeven.
HHM nemen geen besluit over een brief van Languerack d.d. Parijs 6 juni.
9
De heren van
Zeeland verzoeken HHM te beraadslagen over hun propositie omtrent de
vermindering van hun quote. De heren van
Holland
stellen deze zaak uit tot morgen.
10
De kooplieden op
Frankrijk
klagen dat zij in hun handel door de Engelsen worden gehinderd.
Nobel en
Brouwer zullen een
conferentie met hen houden.
11
HHM lezen de instructies voor de gezanten naar
Engeland en
Frankrijk. Ook lezen zij het concept van
de alliantie dat zij hebben laten opstellen om aan
Languerack te sturen met last te
verklaren dat HHM op geen andere
voorwaarden wensen te onderhandelen. De heren van
Holland en
Zeeland hebben de
kwestie
tot morgen uitgesteld.
12
Kempenaer, secretaris van Lecq,
komt van de
kust van
Vlaanderen en bericht over de situatie aldaar.
Buckingham heeft
Leck ingelicht over
de komst van
zestig tot tachtig Spaanse zeilen, waarna hij zee heeft gekozen.
Hij
heeft gevraagd of Lecq hem wil volgen en deze heeft
besloten dat met acht tot tien schepen te doen.
13
De
RvS
verschijnt ter vergadering. Hoewel HHM op 15 juni hebben besloten geld te lenen ter betaling van de ongerepartieerde ruiters en soldaten, weet de
ontvanger-generaal zich hiermee geen raad omdat het hem aan krediet
ontbreekt.
De heren van
Holland is daarom verzocht hun krediet
aan te
wenden. Die uiten bezwaren, maar zullen wel hun
principalen
hierover
berichten.
De RvS bericht conform de resolutie van 15 juni de
Admiraliteit te Rotterdam
te hebben geschreven wegens afhandeling van de beveiliging van de
Overbetuwe,
Nederbetuwe en
de
Tielerwaard. De Admiraliteit wil echter
niet meer leveren dan de vier schepen die zij nu op de
Waal heeft gestationeerd.
HHM laten de RvS een begroting opstellen van de kosten voor de bouw van negen grote en 38 kleine sloepen en het onderhoud van zestig of zeventig matrozen. Deze kunnen gedeeltelijk worden betaald van de afdanking en verkoop van enkele overbodige jachten. Daarom zal nogmaals aan de Admiraliteit worden geschreven, conform de eerdere brief van 4 juni, een lijst van haar jachten op te sturen. Zij moeten meteen de jachten van
Culenborch en van de
heer van
Brederode afdanken en
verkopen. Indien deze nog gebruikt kunnen worden, dienen zij elders
ten
behoeve van het land te worden ingezet. Opdat men zich hieraan zal
houden moet
Nobel, die
morgen naar
Rotterdam gaat, bij de Admiraliteit langsgaan
om
de afdanking te bewerkstelligen. Ook moet hij de gevraagde lijst
mee terug nemen.
De RvS heeft kapitein
Rosa hierheen gehaald, maar toen men hem vanmorgen wilde
ondervragen heeft deze verklaard niet onder het gezag van de Raad
te vallen
omdat
hij
niet in dienst van het land is.
HHM laten de Raad op dit verweer recht doen.
14
Janneken Liddel, dochter van luitenant
Robert
Liddel, is
uit medelijden 8 gld. gegeven.