15 - 04 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
De
Staten van Groningen
committeren d.d. 25 maart jonker
Edzart Jacob Clant op Schelckema in plaats van jonker
Pabo
Broersema.
HHM verlenen Clant recht van zitting.
2
Aangezien ontvanger-generaal
Doublet de in de resolutie van 24 maart vastgestelde lening van
100.000 gld. nergens anders vandaan weet te halen, zullen
de burgemeesters
en regeerders van
Amsterdam dit bedrag opbrengen. Zij vragen
hiervoor wel een verklaring van de
Gecommitteerde
Raden
van Holland
dat de 100.000 gld. met
bijbehorende rente wordt ingehouden op hun bijdrage in de quote van
Holland
voor de kosten van de
oorlog. De
Amsterdamse
bestuurders verzoeken HHM daarom de Gecommitteerde Raden
eenzelfde
verklaring te geven om het bedrag in te houden op hun ordinaris
consenten.
HHM bepalen dat de Staten van Holland de 100.000 gld. met rente mogen inhouden op de aan de
Deense koning betaalde en nog te betalen subsidie. Als het subsidie wordt
beëindigd, dan mogen zij het bedrag aftrekken van hun andere
ordinaris
en extraordinaris consenten.
3
HHM ontbieden de
broer van
Joost Brasser. Zij
vragen hem zijn broer te schrijven om de naar
Hamburg
vertrekkende commissaris
Hogenhouck
een tweede wisselbrief van 10.000 rijksdaalder mee te geven. De
heren
van
Holland
hebben hem beloofd
het restbedrag van
de
eerste wisselbrief met rente binnen een maand te betalen. Brasser
zal
zijn broer hierover schrijven.
4
Op verzoek van de gemeente van de kruiskerk in het Land van
Gulik
[Jülich] schrijven HHM kapitein
Moulert, commandant van Gennep, om
Ercken Huiben kosteloos en
schadeloos
vrij te laten. Als hij goede redenen heeft om dit niet te doen,
moet Moulert deze onmiddellijk aan HHM melden.
5
Culenborch,
Noortwyck,
Brouwer,
Ploos,
Oenama,
Haersolte en
Schaffer bespreken de brieven van
Sommelsdyck en
Vosbergen met Z.Exc.
6
Op het bericht van de heer
Stakenbroeck dat de vijand zich verzamelt in het oosten, laten HHM de
schipbrug naar
Nijmegen
sturen.
7
Francelina d'Affitadi, vrouwe van Amelroije, verzoekt de
Staten van Zeeland
te laten
bepalen dat zij een aan de
grote
tol van
Zeeland verbonden rente van 500 gld. per
jaar
betaald krijgt.
HHM laten
De Bie,
Stavenisse en
Schaffer haar rekest
onderzoeken.
8
Na bespreking met Z.Exc. zal de RvS adviseren over het verzoek van
Caspar Simonius Rits om onder borgstelling naar een andere plaats te mogen
gaan.
9
De op 11 april aangestelde
Essen en
Stavenisse berichten
naar
aanleiding van retroacta
over de zaak van
Hendrick
Gillis.
Op hun advies houden HHM vast aan hun op 14 aug. 1627 aan de
gouverneur te Rees gegeven bevel tot executie. Zij zullen echter de magistraat
van
Goch schrijven deze executie niet langer te
weigeren onder voorwendsel van hoger beroep tegen het vonnis
aangezien het bedrag daarvoor te klein is. Bovendien moet men
Nederlanders helpen bij het terugkrijgen van hun eigendommen.
10
Carl van Cracou, commies in de Sont, schrijft twee brieven d.d. 14 en 25
maart met een duplicaat van 7
maart. Hij bericht dat Nederlandse schepen vanuit de
Sont pijpduigen en klaphout naar
Spanje vervoeren, hetgeen verboden zou moeten
worden.
HHM bespreken dit met de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteitscolleges.
11
De
koning van Denemarken verzoekt d.d. 10 maart de plaatsen langs de
Elbe te bevoorraden.
HHM hebben hiertoe reeds
Hogenhoeck daarheen gestuurd.
12
Brouwer en
Ploos hebben nagekeken
wat er met dr.
Opten Noort is
afgesproken en aan hem betaald is inzake de uitdieping van de
IJssel. Zij berichten dat hij voorstelt het werk
neer
te leggen en van de door hem ontvangen 20.000 gld. de overgebleven
6.000 terug te betalen.
HHM laten de RvS de kwestie met Opten Noort afhandelen en er op toezien dat het land geen schade lijdt.
13
Op verzoek van
Robert Robertsen krijgt hij nog eenmalig een jaartraktement van 150 gld.
voor de uitgestelde jaren.
14
Op verzoek van
Aelbert Brunincx en
Jacome Pauw
laten HHM
Noortwijck en
Schaffer overste
Gent
ontbieden. Zij moeten er bij hem op aandringen zich niet te
bemoeien
met hun zaak tegen
Frans van
Meschede aangaande
het
gieten van stukken ijzeren geschut. Brunincx en Pauw hebben Gent
daartoe immers
geen opdracht gegeven.
15
HHM verlenen sauvegarde voor
Emont Huijn van Amstenraedt, landcommandeur van de balije Biesen,
met al zijn orderidders en de
commanderijen
Alden Biesen en
Gemert.
16
Naar aanleiding van de op 11 april ontvangen brief van de
Raad van Vlaanderen
zullen HHM het op 15 feb. genomen besluit aangaande het appèl op vonissen van
Axel,
Terneuzen en
Biervliet
niet uitbreiden. In
Holland,
Zeeland en
Vlaanderen is tegen
interlocutoire vonissen geen hoger beroep mogelijk en dit wordt
niet uitgebreid met zaken waarop door speciale rechten of
stijl van de justitiële hoven hoger beroep is
toegestaan.