07 - 05 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Wegens het vertrek van
Gruijs uit de RvS laten HHM de Raad schrijven aan de benodigde
heren voor de visitatie van de
op 29 april goedgekeurde en door Z.Exc. en de RvS op de kaart
aangegeven werken langs de
IJssel. Zij moeten voor
woensdagavond in
Arnhem zijn en daar met
Hertevelt en
Overlander de aanbesteding doen. Zij mogen de
aannemers contant geld beloven of bij gebrek daaraan een rente
bieden
van 6ΒΌ procent vanaf het moment dat het verzochte
geld
niet binnen de gestelde termijnen wordt betaald.
Zoals eerder laten HHM tevens
Gelderland
,
Holland
,
Utrecht
en
Overijssel
het benodigde geld op kosten van de Generaliteit lenen tegen een rente van de penning zestien. HHM schrijven hiertoe aan deze provincies en dringen daarbij ook aan overeenstemming te bereiken inzake hun aandeel in dit bedrag.
2
De
Admiraliteit in het Noorderkwartier
schrijft dat haar schepen op 1 april hebben klaargelegen en klaagt dat de schepen van de andere Admiraliteitscolleges nog niet gereed waren. Het College moet haar schepen daarom bij
Texel,
Het Vlie en
Zeeland laten
liggen.
HHM zullen er bij de andere Admiraliteitscolleges op aandringen hun schepen voor 10 mei eveneens te sturen opdat zij gezamenlijk langs de kust kunnen varen. HHM antwoorden dit aan die van het Noorderkwartier en vragen of zij met ijver haar werkzaamheden willen voortzetten. Daarnaast melden HHM dat hun aandeel in het subsidie wordt betaald.
3
Noortwyck en
Ploos berichten
Carleton het op 3 mei aangepaste
antwoord te hebben gegeven. Deze heeft echter verklaard dat zijn
koning en het parlement met het
eerste
en tweede punt aangaande de uitvoer aan de Fransen en het samengaan
van
Franse en Spaanse schepen geen genoegen zullen nemen. Carleton
verzoekt
HHM hun ambassadeurs in
Engeland te gelasten
aangaande deze punten
meer
tevredenheid te geven.
Carleton garandeert dat over het derde punt, betreffende het plan van de Engelse vloot, bericht onderweg is. Hij verzoekt HHM na ontvangst hiervan ook hun schepen bij de vloot te voegen.
HHM stellen een nader besluit hierover uit.
Volgens Noortwyck en Ploos heeft Carleton tevens bericht dat HHM aan commissaris
Hogenhouck dienen te schrijven inzake de door hem aan
Stade gestuurde levensmiddelen. Aangezien deze de
stad
niet konden worden ingebracht, moet Hogenhouck de vivres bewaren en
leveren aan
generaal
Morgan, zoveel
als
deze bij het verlaten van Stade voor zijn troepen nodig zal hebben.
De rest kan hem in geld worden
geleverd.
HHM schrijven Hogenhouck om Morgan te leveren wat deze nodig heeft, de rest goed te bewaren en hun hierover informeren.
4
HHM verlenen
Carleton akte om de door hem mee te nemen meubels, bagage en
paarden volgens ingediende opgave vrij te laten uitvoeren.
5
HHM laten de
Admiraliteit in Zeeland
haar kapiteins gelasten onmiddellijk hun rollen compleet te maken op straf van ontslag. Zij mogen immers niet aan land blijven onder het voorwendsel een tekort aan scheepsvolk te hebben.