16 - 05 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Op twee brieven van orateur
Haga d.d. 8 en 18 maart nemen HHM nog geen besluit.
2
HHM ontvangen een brief d.d. 3 mei van de op een Landdag bijeengekomen
Staten van Gelderland
. Zij hebben besloten terstond geld te lenen en te betalen aan de Admiraliteitscolleges. Verder consenteren de Staten in hun aandeel van de voor de werken langs de
IJssel beraamde 150.000 pond.
HHM bedanken de Staten voor hun consenten en verzoeken hun een aanzienlijk bedrag aan het kantoor van de
ontvanger te betalen opdat dit onder de Admiraliteiten kan worden
verdeeld.
3
Joost Brasser schrijft d.d. 12 mei over de betaling van 18.021 gld. 17 st.
8 p. Secretaris
Gunter verzoekt
dit
bedrag contant te ontvangen maar Brasser houdt vol het in wapens te
betalen.
HHM laten de partijen dit met elkaar bespreken. Bij aanhoudende onenigheid zal
Bas bemiddelen om tot een akkoord te komen.
4
Een brief van
Ernst Casimir d.d. 1/11 mei behoeft geen resolutie.
5
Conform een brief van de burgemeesters en regeerders van
Delft d.d. 15 mei geven HHM
Henderick
Anthonisz. Groenewegen en
Jan
Cornelisz.
Cruisert c.s. voorschrijven aan de
Admiraliteit in Zeeland
.
6
HHM veranderen het gisteren genomen besluit over de uitvoer van 18.000 pond buskruit voor de
koning van Denemarken. Zij schrijven de
Admiraliteit te
Amsterdam
het buskruit te laten uitvoeren indien
blijkt
dat het vanuit
Hamburg naar de Republiek is
gebracht.
7
HHM geven alle stukken inzake de
Levantse handel en orateur
Haga in
het bijzonder met het advies van
raadpensionaris
Boreel daarover
aan
thesaurier
Goch. Goch zal deze onderzoeken en
erover
berichten.
8
HHM gelasten ontvanger-generaal
Doublet voor een periode van zes maanden 25.750 gld. op kosten van
de Generaliteit te lenen. Dit bedrag is voor de betaling van een
door
resident
Aissema getrokken en door
HHM
aangenomen wisselbrief van 10.300 rijksdaalder. De lening moet
worden
verrekend met de inkomsten uit de door de provincies voor het
subsidie
van de
Deense koning opgebrachte
consenten.
9
Naar aanleiding van het verzoek van
Isbrandus Annij Vos om liquidatie met
Cornelis Luitsz.
Groen en
Baudewijn
Hackius
inzake hun in
Friesland overeengekomen pachten
schrijven HHM de magistraten van hun woonplaatsen. Zo moeten Groen
en
Hackius worden gedwongen de liquidatie te doen.
Als voormalig pachter en deelgenoot van het kwart in 1626 verzoekt Vos tevens zijn aandeel in de voor de betaling van hun officieren aan de pachters toegezegde 40.000 gld.
Dit verzoek geven HHM voor advies aan de
Admiraliteit te Dokkum
.
10
Aangaande de beweegredenen van
Rembt Jensema over het doen van de eed als raad van State besluiten HHM
dat hij de eed zonder meer moet afleggen.
11
De heren van de
Ommelanden verzoeken mondeling om afhandeling van hun onbesliste zaak
met
de heren van
Groningen.
HHM vragen de heren van Groningen van hun kant de zaak te bespoedigen en deze gereed te maken voor een besluit.
12
In een memorie vragen
Gerridt van Schoonhoven en
Joost Brasser spoedige
terugbetaling van de door hen op het subsidie van
Venetië
voorgeschoten 99.000 gld. of tenminste de belofte dat dit op 16
juli
zal
gebeuren.
HHM laten
Bas Schoonhoven en Brasser aansporen tot het stellen van
een langere terugbetalingstermijn.
13
HHM verlenen
Jeronimus Hendriques c.s., kooplieden, voorschrijven aan de raad
van
Salé opdat de daar aanwezige
Jehudach Cohen, burger van
Amsterdam,
conform de gesloten verdragen ongestoord kan handeldrijven.
14
HHM sturen het verzoek van
Willem Daij, koopman te Londen, aan de
provincies waar hij zijn bezigheden heeft.
15
Coenraedt Ruis en
Willem Brasser, raden
van de Admiraliteit te Rotterdam, compareren. Zij melden dat de
vier
schepen, die zij van HHM moeten kopen, 150.000 pond zullen kosten.
Ruis
en Brasser verzoeken daarvoor subsidie en met name hun aandeel in
het
geld van
Utrecht
.
Conform eerdere besprekingen besluiten HHM het verzochte aandeel te verlenen zodra het geld van Utrecht er is.
16
Adolff de Waes, kapitein van een vendel soldaten van de nieuwe lichting en
gerepartieerd op Zeeland, klaagt over wanbetaling. Hij verzoekt
ordonnantie van de eerste twee maanden soldij voor zijn compagnie
op
het kantoor van de Generaliteit te mogen ontvangen en de overige
twee
maanden van de provincie
Zeeland
.
Aangezien de compagnie van de suppliant voor de helft op de Generaliteit en voor de andere helft op Zeeland is gerepartieerd, laten HHM de RvS de betaling van de eerste twee maanden soldij ter hand nemen. Daarnaast schrijven HHM de heren van Zeeland de betaling van de overige twee maanden te doen.
17
Bruninxs bericht dat
Eicbert
Woutersz.
zijn octrooi voor het laten exploderen van schepen niet heeft
kunnen
perfectioneren. Evenmin heeft hij een behoorlijke proef binnen de
in
het octrooi gestelde termijn gedaan aangezien de
Admiraliteit te Amsterdam
daarvoor geen oud schip ter beschikking wilde stellen.
Desalniettemin
vraagt Woutersz. bevestiging van zijn octrooi en een
vergoeding.
HHM bevestigen het octrooi en schenken Wouters 50 gld.
18
HHM lezen het rekest van
Jacob Cooper,
Jan Jacobsz. Wyncoop,
Laurens de Maerschalck,
Jan van Leuwen,
Pieter van Santen,
Jan
Joosten,
Harman
Craijvanger,
Roelant Teller,
Jan Jansz. van Nieupoort en
Vincent Corthals, allen
aangeklaagde
rechters in de kwestie
Amboina
[Ambon].
Zij verzoeken de
gedelegeerde rechters te gelasten (ondanks dat hun
aanklagers nog niet zijn verschenen) hun definitief of voorlopig
te
berechten.
HHM sturen het rekest aan de gezanten in
Engeland. Deze moeten het aan de raad van de
koning laten zien en verzoeken alsnog de
getuigen naar de gedelegeerde rechters in de Republiek te sturen of
tenminste een eis in de zaak te doen opdat de beschuldigden kunnen
worden
berecht.
19
Feit,
Noortwijck en
Brouwer berichten de gouden keten
aan
ambassadeur
D'Espesses te hebben
aangeboden. Hij weigert deze echter nog aan te nemen vanwege
onzekerheid over zijn verblijf in
Frankrijk.
Indien
D'Espesses niet zal terugkomen, is hij tevreden wanneer de keten
aan
zijn
vrouw wordt gegeven en
accepteert hij deze.
De keten weegt 89 once 10 ½ engels tegen 36 gld. 10 st. per once en kost 3.267 gld. 13 st. 8 p. Het fatsoen tegen 28 st. per once kost 125 gld. 6 st.