25 - 05 - 1628
Presentielijst:
Gelderland: |
|
Holland: |
|
Zeeland: |
|
Utrecht: |
|
Friesland: |
|
Overijssel: |
|
Groningen: |
|
Resoluties:
1
Op verzoek van
Wilhelmus Baudartius en
Gersom Bucerus verlenen
HHM hun conform eerdere resolutie ordonnantie van 550 gld. voor een
halfjaar traktement, huishuur en salaris van een kopiist, bij
Bucerus vervallen op 30 april. HHM
maken
bezwaar tegen vergoeding van door Baudartius gekochte
boeken.
2
Volgens de heren van
Holland laten HHM gewoonlijk jaarlijks de grote visserij door
een konvooi van zeven oorlogsschepen bewaken. Deze zijn
gerepartieerd op de
Admiraliteit te
Rotterdam
maar dat College heeft slechts vijf schepen
beschikbaar en kan de resterende twee niet betalen. De heren van
Holland
verzoeken daarom die van de
Grote
Visserij
te machtigen om ter aanvulling op kosten van
het land voor vijf
maanden twee goede schepen te huren, uit te
rusten en bemannen. Zij zijn bereid het geld voor de huur alleen op
te
brengen indien dit wordt afgetrokken van hun consenten te
water.
Met advies van Z.Exc. en in overleg met de aanwezige afgevaardigden van de Admiraliteit te Rotterdam laten HHM die van de Grote Visserij de schepen op kosten van het land voor de gestelde periode huren, uitrusten en bemannen. Dan moeten echter wel de regels van het land worden nageleefd en vallen de schepen met hun officieren en matrozen onder beschikking en leiding van de Rotterdamse Admiraliteit. Als de vijf maanden voorbij zijn, moeten de schepen worden afgedankt en de heren van
Holland
de huur hebben betaald. De heren van
Utrecht willen eerst goedkeuring van hun
lastgevers
vragen voordat zij hiermee instemmen.
3
Noortwyck en de andere afgevaardigden berichten over de declaratie van
de reiskosten en andere tijdens zijn verblijf in
Venetië en op zijn terugreis gemaakte onkosten
van
wijlen ambassadeur
Berck.
Net als op de declaratie van zijn reiskosten naar Venetië depêcheren HHM ordonnantie conform de apostille op eerdere declaraties. Wel gelasten zij ontvanger-generaal
Doublet de door Berck tijdens zijn vertrek uit Venetië aan
secretaris
Sonnevelt voorgeschoten
200
Venetiaanse dukaten in mindering te brengen op hetgeen deze bij het
land in rekening brengt. Hiervan wordt een aparte ordonnantie
opgesteld.
4
Een brief van de afgevaardigden te
Zwolle d.d. 23 mei behoeft geen resolutie.
5
Op een vanaf een oorlogsschip op de Elbe geschreven brief van commissaris
Hoogenhouck d.d. 7 mei nemen HHM nog geen resolutie.
6
De bespreking van een brief van de
Admiraliteit te Amsterdam
d.d. 24 mei met verschillende punten en klachten stellen HHM uit tot een geschikter moment.
7
De aanwezigde afgevaardigden van de Admiraliteit berichten mondeling over de brief d.d. Amsterdam 23 mei. Volgens hen is het onuitvoerbaar de varenslieden op de koopvaardijschepen tegen hun wil op de oorlogsschepen van het land in te zetten.
8
Schout en schepenen van de heerlijkheid
Loon op Zand verzoeken vrije uitvoer van vruchten, hooi, haver en andere
benodigde goederen voor onderhoud van hun vee en dat van hun
familie.
HHM geven het rekest voor advies aan de RvS.
9
HHM geven
Philippe Chevais op zijn verzoek ordonnantie van 750 gld. voor een halfjaar
huishuur, vervallen op 1 mei, van het logement waar de
ambassadeur van Venetië
woont.
10
Het verzoek van de burgers en ingezetenen van
Bredevoort om de burgerij van de stad
Lingen met
hun
familie en vee sauvegarde te verlenen, geven HHM voor advies
aan
de RvS.
11
Goossewius Meusskens verzoekt kapitein
De Loge
borg te laten stellen voor de uitvoering van het door de RvS in
zijn nadeel gewezen vonnis. De Loge heeft hiertegen beroep
aangetekend bij HHM.
Voordat HHM een besluit nemen, worden de retroacta over deze zaak nagekeken.
12
HHM lezen het op 23 mei opgestelde advies van de
Gecommitteerde Raden van Holland
inzake het op 4 mei door
Elias Faignaert ingediende rekest. Faignaert verzoekt met zijn vrouw en
familie in
Zevenbergen te mogen wonen
en neutraliteit te genieten.
Conform het advies stemmen HHM in met het verzoek indien hij vuur en licht in
Delft houdt en net als andere burgers 's lands belastingen
betaalt.
13
In aanwezigheid van
Z.Exc. bespreken de binnengekomen afgevaardigden van de
Admiraliteitscolleges de regeling van de beveiliging van de
zee.
Op advies van Z.Exc. en de afgevaardigden laten HHM de voor het kruisen bestemde eskaders bij het vorige aantal. In plaats van deze samen te stellen uit schepen van de verschillende Admiraliteitscolleges zal echter voortaan ieder College haar eigen eskader vormen terwijl de gebieden van het kruisen hetzelfde blijven. De raden ter Admiraliteit dienen een voet op schrift te stellen voor deze regeling.
14
Op advies van Z.Exc. laten HHM de repartitie op de provincies van de voor de
bezetting van de kust en het kruisen bestemde oorlogsschepen en hun
kapiteins zonder hun instemming niet door de Admiraliteitscolleges
veranderen. Verder mogen de kapiteins gebruikmaken van
solliciteurs voor het bij de betalende
provincies innen van hun kostgeld en soldij. Dit mogen echter geen
suppoosten van de Admiraliteiten zijn.