14
Brouwer en
Hans de Hase,
bewindhebbers van de
VOC, geven gehoor aan de oproep van HHM om ter
vergadering opheldering te geven. Ze hebben de door
Speult nagelaten originele
documenten
meegebracht. Ze verzoeken HHM
commissarissen aan te stellen
aan
wie zij de documenten kunnen voorleggen voor het maken van een
inventaris.
Verder vragen zij een
einde
te maken aan het proces tegen de rechters en de raden
van
Amboina
[Ambon] en vonnis
te wijzen. Zij maken duidelijk dat de afgevaardigden van de
VOC
gereed zijn om met
Joachimi af te reizen naar
Engeland, maar dat deze bezending
zal worden bemoeilijkt zolang deze zaak nog sleept. Brouwer en
De Hase dringen erop aan de
vrijgeleide van de voornoemde afgevaardigden op naam uit te
vaardigen, in het bijzonder die voor voormalig gouverneur
Carpentier, of de toegezonden
akte te garanderen. Zij denken niet veilig
te zijn
zonder een dergelijk document.
De documenten van Speult gaan voor inventarisatie en onderzoek naar
Joachimi en de gecommitteerden van HHM. Het overige wordt in beraad gehouden.