08/01/1629

 
English | Nederlands

08 - 01 - 1629

1

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 Carl Cracau, commissaris in de Sont, schrijft d.d. 16 dec. 1628 dat hij de brieven en de last die HHM dr. Rostock hadden meegegeven, ontvangen heeft.
Hij laat onder andere weten eerdaags naar Stralsund af te reizen. Er wordt geen resolutie genomen.

2 De burgemeester en raad van Emden verzoeken HHM per brief d.d. 17/27 dec. 1628 er bij het stadsbestuur van Amsterdam voor te ijveren dat het kapitaal van 50.000 gld. nog niet wordt teruggevorderd. Zij bieden aan de verschuldigde rente in elk geval te betalen aan wie het stadsbestuur van Amsterdam aanwijst.
HHM sturen het verzoek door naar de Staten van Holland met de aansporing het stadsbestuur van Amsterdam ertoe te bewegen de lening te verlengen, op voorwaarde dat de Generaliteit Amsterdam voor de interpositie van het krediet schadeloos stelt.

3 Raadpensionaris Duyck meldt dat ambassadeur Beaugy tegenover Z.Exc. zijn ongenoegen geuit heeft over het antwoord van HHM op diens propositie. De koning van Frankrijk zal hiermee niet tevreden zijn. Daarop brengt Schaffer HHM op de hoogte van hetgeen Beaugy hem over dezelfde zaak verteld heeft.
Eck, Noortwijck en Schaffer worden gecommitteerd om het standpunt van HHM bij de ambassadeur nader te bepleiten, met name wat betreft het schip van Thorax. Indien Beaugy daarmee geen genoegen neemt, moeten HHM hiervan in kennis worden gesteld. Ze zullen deze zaak dan opnieuw bespreken.

4 HHM lezen de brief aan Z.Exc. van ridder Ro, voormalig ambassadeur van de koning van Groot-Brittannië in Constantinopel, over het behoud van de vrijhandel op de Oostzee, tegen de plannen van het Oostenrijkse huis in. De voorstellen van de koning van Zweden en de prins van Transsylvanië in deze kwestie worden eveneens voorgelezen. Holland en enkele andere provincies vragen om een kopie.
HHM zullen dit punt nader overwegen en onderzoeken.

5 Bernard de Melon, burger te Luik, wordt een paspoort verleend om zich gedurende drie maanden vrij in de Republiek te verplaatsen om onder andere zijn zaken te regelen met de heer van Hardenbroeck in Utrecht.

6 HHM verlenen Johann, vrijheer van Kettler, Monschau, etc. op diens remonstrantie een voorschrijven aan de keurvorst van Keulen, om Kettler zijn huis te Asse terug te geven.

7 HHM committeren Bruningh, Ploos en Schaffer om Jan Storm, ontvanger, en Gerrit Hermansen Casenberch, controleur van konvooien en licenten te Harderwijk, te horen over hun geschillen en daarover te rapporteren.

8 HHM hebben een brief ontvangen van de burgemeesters en vroedschappen van Enkhuizen d.d. 31 dec. 1628, inhoudend dat in de resoluties van 19 en 21 dec. onder de genomineerden voor een vacant bewindhebberschap van de WIC ook Meinert Tomassen voorkwam. De burgemeesters werden gemachtigd hem te kiezen, en de Bewindhebbers van de WIC ter Kamer van het Noorderkwartier werd bevolen hem te erkennen, tenzij ze binnen vier dagen protest aantekenden bij HHM. Dat hadden ze niet gedaan. De burgemeesters hadden Tomassen gekozen, maar de Bewindhebbers protesteerden hiertegen.
De Kamer van haar kant vraagt HHM haar de keuze voor Meinert Tomasz. niet op te dringen of de zaak minstens op te schorten totdat de Heren Negentien zich erover uitgesproken hebben.
HHM besluiten conform de resoluties van 19 en 21 dec. 1628.

9 Op verzoek van Matijs Treurniet, werkmeester, c.s., wordt commissaris Verhaer nogmaals ontboden en bevolen 12.000 gld. te lenen, ter betaling van een gedeelte van de ordonnantie van de supplianten. Zij moeten zich tot hem wenden.

10 HHM weigeren een paspoort aan Jan Cuijermans, naar eigen zeggen raad in Overijssel en ontvanger van de contributies en licenten in de ambten Lingen en Drenthe.

11 HHM lezen de apostille of het besluit van de RvS op de memorie van commissaris Hogenhoeck.
HHM gelasten de commissaris opnieuw zo snel mogelijk naar Glückstadt te vertrekken om daar de belangen van de Republiek te behartigen. Hij moet goed samenwerken met commandant Ransou en zeker geen ergernis wekken. HHM zullen de commandant schrijven de toegezegde subsidies in het voordeel van de Deense koning aan te wenden. Ook moet hij goede contacten onderhouden met Hogenhoeck.
De overige punten van de RvS houden HHM in beraad.

12 De thesaurier-generaal moet zich door een koopman of een andere expert laten inlichten over de waarde van de dukaat, om met de weduwe van ambassadeur Berck te kunnen afrekenen. De thesaurier moet HHM ook uitsluitsel geven over de vier dagen waarop de weduwe nog meent recht te hebben.

13 HHM kunnen niet ingaan op de vraag om bijstand van Henricus Johannis, voormalig predikant in de Große Werder in Pruisen.

14 Het verzoek van Nicolaes Dispontein om een gift van 4 of 5 pond Vlaams en een loonsverhoging wordt door HHM afgewezen.

15 President Eck wordt verzocht met Z.Exc. te spreken, daar uit het schrijven van Bilderbeeck d.d. 30 dec. 1628 blijkt dat Kesselaer, heer van Marquette namens de Infanta of de koning van Spanje aan het stadsbestuur van Keulen een aanzienlijk bedrag heeft gevraagd voor de vrije toevoer over de Rijn. HHM overwegen Billerbeeck te gelasten het stadsbestuur van Keulen aan te zeggen dat wanneer zij de vijand betalen, zij dezelfde som aan HHM moeten betalen.

1 De resoluties van deze zittingsdag zijn door een klerk ingeschreven in S.G. 54.