28/03/1629

 
English | Nederlands

28 - 03 - 1629

Presentielijst:

Gelderland:
Holland:
Zeeland:
Utrecht:
Friesland:
Overijssel:
Groningen:

Resoluties:

1 HHM committeren Eck, Van der Dusse, Vosbergen, Rode, Eysinga, Aelbrechsz. en Schaffer om de rekening te onderzoeken van het aandeel van de matrozen en soldaten in de buit van de Spaanse zilvervloot, de staat van de buit van de WIC en de lijst van de tegoeden van de WIC op het land. Ze moeten deze rekening met de Bewindhebbers van de WIC vereffenen en hierover rapporteren.

2 HHM lezen het rekest van Gerridt Reuver en Jan Cornelisz. van der Nun en de bijgaande missive van de burgemeesters en raden van Amsterdam d.d. 24 maart om een voorschrijven aan de koning van Denemarken. De supplianten willen ongehinderd tweehonderd last rogge door de Sont voeren. Deze rogge is met toestemming van de oversten van het keizerlijke leger geladen ten zuiden van het eiland Ruden.
HHM willigen dit verzoek in.

3 Z.Exc. stelt HHM op de hoogte van een aan hem geschreven brief van de Staten van Zeeland d.d. Middelburg 19 maart en van een aantal stukken waaraan gerefereerd wordt. De Staten waren genoodzaakt om de dienst, het traktement en de huisvesting van jonker Phillips van Dorp, luitenant-admiraal van Zeeland, op te zeggen om de in de brief en bijbehorende stukken genoemde redenen.
De brief en bijlagen gaan naar de op 22 maart aangestelde gecommitteerden van HHM. Zij zullen de stukken van de burgers van Hoorn onderzoeken, Dorp erover horen en er daarna rapport over uitbrengen.

4 Resident Schultetus heeft HHM een aan hem gerichte missive van de koninklijke Deense commissarissen d.d. Lübeck 26 feb. bezorgd, waarin onder andere gemeld wordt dat een aantal inwoners van Tönning en Friedrichstadt het plan hebben opgevat om in de Republiek en vooral in Amsterdam allerhande scheepsmaterialen te kopen voor het keizerlijke leger.
HHM zullen de magistraat van Amsterdam en de Admiraliteit in het Noorderkwartier schrijven de uitvoer naar de genoemde plaatsen te beletten van scheepsgereedschap, schepen en andere materialen opgenomen in het plakkaat d.d. 21 maart 1628.

5 Van Mathenesse en Gerridt Leenders, burgemeester van Leiden, worden gecommitteerd om vanaf 1 april voor een jaar de belasting van 14 gld. per honderd op wit geraffineerd zout en 9 gld. op het klinkzout van de den te verpachten voor het gehele Zuiderkwartier.

6 De resident van de koning van Denemarken, Schultetus, verzoekt in een memorie om een maand subsidie ter betaling van Abraham Oijens. Verder vraagt hij een uitvoerverbod naar het door keizerlijke legers bezette Jutland, Holstein en andere gebieden van de koning van Denemarken.
Het eerste verzoek wordt afgewezen, op het tweede wordt het advies van de RvS afgewacht.

7 Ontvangen is een brief met berichten van resident Aissma d.d. Hamburg 7 maart.
Er wordt geen resolutie genomen.

8 Ontvangen zijn twee missives van de Kleefse stadhouder en raden te Emmerik [Emmerich] d.d. 20 maart. De eerste betreft het sturen van oorlogsmunitie naar Soest [in Westfalen], de tweede het afnemen van de nieuwe eed van het garnizoen aldaar.
HHM nemen geen beslissing.

9 HHM lezen het rekest van Thijman Jacobsz. Hindeloopen, Elias Trip, Bartelotti en Joost Willemsz. Nieukercken en compagnie, waarin zij schrijven dat de graanhandel met Moskovië die men vanuit de Republiek wil opzetten moet gebeuren met gemeenschappelijk kapitaal met intekening van provincies en steden. De retouren worden naar evenredigheid verdeeld over de intekenaars. Op die manier kan de ambassadeur die namens de Republiek met de grootvorst onderhandelt altijd beschikken over geld en worden prijsstijgingen van het graan tegengegaan.
HHM stellen dit rekest ter hand aan de gecommitteerden van HHM die belast zijn met de voorbereiding van het gezantschap.

10 Ontvangen is een missive van de koning van Denemarken d.d. Kopenhagen 9 feb., waarin hij meedeelt dat hij resident Schultetus door middel van een instructie heeft gemachtigd om met HHM en Engeland mee te beslissen over de gemeenschappelijke defensie.
Er wordt geen resolutie genomen.

11 Naar aanleiding van het rekest van De Thoras, gouverneur van het Île de Ré, besluiten HHM het gerecht van Amsterdam te vragen kort en goed recht te spreken in het hangende proces over de door Jacob Bur in beslag genomen wijnen.

12 Dr. Cornelis Pynaecker heeft op last van HHM in Barbarije [Marokko] een aantal inwoners van Emden uit slavernij bevrijd en daarvoor een aanzienlijk bedrag uitgegeven. Hij vraagt in een rekest de aanwezige gedeputeerden van die stad op te dragen hem hiervoor schadeloos te stellen.
De vergadering stelt de gecommitteerden die met de gedeputeerden van Emden zullen spreken, dit rekest ter hand om deze zaak te behartigen.

13 Davidt de Solenne vraagt om een benoeming als kwartiermeester-generaal in plaats van de heer van Valckenborch of om de voorlopige uitoefening van die functie.
President Schaffer wordt gevraagd hierover met Z.Exc. te spreken.

14 Philippe de la Mangerie vraagt in een rekest om kwijtschelding van de proceskosten waartoe de RvS hem naast een geseling had veroordeeld omdat hij de Republiek in Frankrijk had belasterd.
HHM wijzen dit verzoek af.

15 Frederik Halterman c.s., kooplieden te Keulen, vragen toestemming om drie- of vierduizend maalder graan vanuit Duitsland naar een van beide zijden te brengen, op de belofte dat zij eenzelfde hoeveelheid graan ook in de Republiek invoeren op een paspoort van de Infanta.
HHM wijzen dit verzoek af.

16 Ontvangen is een missive van het stadsbestuur van Kampen d.d. 17 okt. 1628, waarin zij berichten over de procedures tegen Janneken van Bredae.
HHM verklaren niet te kunnen ingaan op het rekest van de suppliante. Zij mag zich niet meer wenden tot HHM , maar alleen nog tot de magistraat van Kampen.