11
In aanwezigheid van de
RvS
wordt het punt behandeld van de uitoefening van de rechtspraak over de gevangenen, de voormalige burgemeesters te Amersfoort
Van Dam en
De Goijer. De
gedeputeerden van
Utrecht verklaren erin te berusten dat de
rechtspraak
wordt uitgeoefend door de RvS of door personen die HHM daartoe
committeren en machtigen. Zij willen echter wel een akte van
non-prejuditie met betrekking tot de privileges en rechten van de
provincie en stad Utrecht.
HHM machtigen de RvS om de aangevangen procedures tegen de gevangenen te continueren. De
Staten van Utrecht
alsmede de vroedschappen van de stad zal akte van non-prejuditie worden gedepêcheerd.
