12
De
RvS
compareert ter vergadering. Deze heeft HHM de inhoud van een aan
Cappelle en
Oenema geadresseerde
open brief d.d.
5 feb. van de burgemeesters, schepenen en raad van de stad
Essen meegedeeld, alsmede een brief van
Oenema van 9 feb. uit Wezel, met klachten over
de
ernstige misdragingen van het ingekwartierde
voetvolk en
de ruiterij in die stad. De RvS heeft op
verzoek
van HHM geadviseerd dat Wezel van een deel van dit volk zou
moeten worden ontlast. Om dit zonder bezwaar te kunnen doen
zouden
de steden, landen en plaatsen aan de zijde van
Kleef
in gelijkheid met die aan de oostzijde van de
Rijn
contributie moeten opbrengen. Alsnog dient prompt de
geconsenteerde
maand
soldij te worden opgebracht voor de troepen van
graaf
Willem, met de verklaring dat de
ontvanger-generaal dit bedrag niet
heeft kunnen
lenen, ondanks al zijn pogingen daartoe. Een van de provincies zou
het krediet van de ontvanger dienen te
versterken ter betaling van de soldij van deze maand. Ook heeft de
RvS HHM
voorgehouden dat kolonel
Hayes steeds sterker aandringt op
betaling van
de
rekening van hem en zijn officieren, bedragend ongeveer
60.000
gld. Bij uitblijven van betaling zullen meer aanspraken volgen.
Daarom verzoekt de RvS de
provincies (ongeacht wat de anderen doen) hun quoten in
de
255.293 pond op te brengen, die volgens de decharges die conform
de resolutie van HHM zullen uitgaan in mindering gebracht worden
op de
3.400.000 pond.
De gedeputeerden van
Holland maken alsnog bezwaar tegen de interpositie van hun
krediet voor de genoemde maand soldij. Ze verontschuldigen zich
ook
voor de betaling van hun quote in de 255.293 pond,
totdat de andere provincies hun quote opbrengen.
HHM
besluiten de RvS de inhoud van de twee brieven aan Z.Exc. te laten
meedelen en daarnaast te spreken over de moeilijkheden die zich
voordoen in het vinden van de genoemde maand soldij, alsmede in de
betaling van kolonel Haije. HHM verzoeken de
RvS
zijn adviezen op de verschillende punten op papier te zetten en
nogmaals bij de gedeputeerden van Holland de interpositie
van het krediet te bevorderen.