Gegevens van record 1279
| Nummer | 1279 |
|---|---|
| Datum | 6-10-1950 |
| Soort | codetelegram(men) |
| Kenmerk | Van Maarseveen 322 |
| Opschrift/Bijlage(n) | |
| Verzender(s) |
Maarseveen, J.H. van
(info)
|
| Ontvanger(s) |
Lamping, A.Th.
(info)
|
| Plaats van opmaak |
Den Haag |
| Plaats van bestemming |
Djakarta |
| Bewaarplaats | Nationaal Archief |
| Bestand | archief Minkol., codetel. 1950 |
| Dossiernummer | 15 |
| Trefwoorden |
Drees, W.* Indonesië, politieke/bestuurlijke aangelegenheden in - Koninklijk Nederlands-Indonesisch Leger (KNIL), liquidatie van het - Molukken, Zuid-Molukken, Ambon Molukkenopstand/RMS, Republik Maluku Selatan Natsir, M., minister-president van Indonesië 9/'50-4/'51 parlement, Nederlandse - Rode Kruis Sukarno, redevoeringen/uitlatingen van - Verenigde Naties, UNCI/Milobs |
| Annotatie |
noot bij 'Uw SP 36' : Onder dit nummer had Lamping op 5 okt. aan Van Maarseveen, 'mede voor Stikker en Schokking persoonlijk' geseind: 'Ik had zojuist in tegenwoordigheid van Schürmann gedachtenwisseling over Ambon met Bihin in zijn hoedanigheid van voorzitter van de week van UNCI. Bihin vestigde de aandacht op een Anetabericht uit Den Haag dat de boodschap van Drees aan Natsir gepaard is gegaan met stappen bij de UNCI. De UNCI achtte dit bericht in zover niet geheel juist dat tot dusver gevoerde besprekingen vertrouwelijk karakter hebben gehad en dus niet konden beschouwd worden als officiële stappen. Bihin meende dat de UNCI verplicht zou zijn zulks aan de pers mede te delen maar verklaarde zich tenslotte bereid aan zijn medeleden voor te stellen geen dementi te geven maar uitsluitend nadruk te leggen op de gevoerde onderhandse besprekingen met beide partijen. Gezien bovenvermelde Anetapublicatie en de opvatting van de UNCI omtrent het daarin vermelde, heb ik mij verplicht geacht en meende ik bovendien in Uw geest te handelen door thans onmiddellijk de UNCI officieel om actie te verzoeken. De tekst van de brief die ik Bihin aankondigde en die ik thans bij de UNCI laat bezorgen, luidt: "In pursuance of inofficial conversations held between members of your commission and myself and members of staff of High Commissariat concerning the possible repercussions of military action in South-Moluccas on the moral and discipline of the Ambonese soldiers in Netherlands camps in Indonesia, I have honour herewith to submit to you a formal request on behalf of my government that UNCI should forthwith use all means at its disposal in order to achieve a cessation of fighting in South-Moluccas".' NA, archief Minkol., codetel. 1950, 16. Diezelfde dag zond Kwantes, ambtenaar Bureau Indonesië van het ministerie van Buitenlandse Zaken, naar aanleiding van Lamping 36 het volgende memorandum aan Rookmaaker, hoofd Bureau Indonesië: 'Het had geheel in de lijn gelegen van de tot dusverre door de UNCI gevolgde politiek, waaraan van Nederlandse zijde werd meegewerkt, om contact tussen UNCI en HC - Nederlandse regering t.a.v. Ambon, althans in het publiek, te loochenen. De gedane stap lijkt overhaast genomen te zijn. Bovendien had in eerste instantie volstaan kunnen worden met het vestigen van de aandacht op de moeilijke positie welke voor de Nederlandse militaire autoriteiten in Indonesië zou kunnen voortspruiten uit de actie tegen Ambon, i.v.m. het feit dat nog duizenden ex-KNIL-militairen in Nederlandse kampen verblijven. Het nu aan de UNCI in deze vorm gedane verzoek, verzwakt UNCI's positie, omdat de UNCI moeilijk kan volhouden dat zij zelfstandig optreedt en kwetsbaar wordt voor de bij Indonesië gemakkelijk ingang vindende gedachte, dat zij een werktuig is in handen van Nederland, Australië en Amerika.' Rookmaaker plaatste hierbij de volgende kanttekening: 'Stap had inderdaad beter achterwege gelaten kunnen worden. Tegen vorm bestaat m.i. geen bezwaar, voorzover men een duidelijk verband legt tusen de laatste en de voorlaatste zin'. Archief BZ, GS 1945-1954, 190 noot bij drie na laatste alinea van Van Maarseveen 322: Blijkens tel. no Lamping 563 van 7 okt. had hij tegen publicatie van zijn brief aan de UNCI geen bezwaar. NA, archief Minkol., codetel. 1950, 10. |
| Zie ook |
1288:
Van Maarseveen 323
1291: Lamping SP 29 1304: Van Maarseveen 338 1306: Lamping SP 37 1316: Lamping SP 42 1319: Lamping SP 44 1738: Gieben 155 |
| afbeelding (157 KB) |