Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 2073

Nummer 2073
Datum 13-11-1951
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Lamping 247
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Lamping, A.Th. (info)
Ontvanger(s) Peters, L.A.H. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1951
Dossiernummer 4
Trefwoorden Darmasetiawan Notohatmodjo, secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken van Indonesië
grondwet, Nederlandse
Indo-europeanen, positie - in Indonesië; zie ook Nederlanders in Indonesië etc.; NG, positie (Indische) Nederlanders op -
maatschappelijke en/of kerkelijke organisaties; zie ook Generale Synode; zending/protestantse kerken en missie/ Rooms Katholieke Kerk
NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesië)
staatsburgerschaps-/warga negaraschapskwesties
Annotatie slotnoot:
Onder verwijzing naar dit telegram seinde Götzen op 23 nov.  onder no 147 mede namens Blom, dat het zeer werd betreurd, 'dat het U tot nu toe niet mogelijk is gebleken met de hoogste Indonesische Regeringsinstanties een openhartig gesprek te openen over het thans toch wel zeer dringende vraagstuk der Indische Nederlanders - - -. Wij dringen daarom nogmaals aan spoedige bespreking van de Indo-kwestie uit te lokken. Ik deel Uw mening dat deze aangelegenheid gezien moet worden los van de Iriankwestie. Wij vernamen voorts nog niets van resultaten van door U opgenomen contacten, zowel met maatschappelijke en kerkelijke organisaties als met betrokkenen als bedoeld mijn 134. NA, archief Minkol., codetel. 1951, 6.
      Hierop antwoordde Lamping op 26 nov. onder no 267 als volgt: 'Onafhankelijk van elkander hebben nog gisteren Schürmann, zowel als ik bij Darmasetiawan aangedrongen op een spoedige bespreking van het Indo-probleem. Wij kregen beiden van Darmasetiawan ten antwoord dat deze actief bleef, doch dat de beslissing lag bij de Ministerraad.
Met maatschappelijke organisaties heb ik reeds voorlopig contact opgenomen. Op in mijn 220 uiteengezette gronden was ik echter van oordeel dat de definitieve besprekingen met kerkelijke en maatschappelijke organisaties geen nut zouden hebben indien ik niet in staat zou zijn te vermelden wat de Nederlandse Regering bereid zou zijn terzake te doen. Uit Uw 134 bleek, dat vorm en inhoud van de Nederlandse maatregelen bij voorkeur in overleg met de Indonesische Regering moesten worden bepaald. In verband daarmede stelde ik nieuwe besprekingen met de organisaties uit tot de bespreking met de Indonesische Regering zou hebben plaats gevonden.
Inmiddels is Niemeyer naar Surabaja vertrokken onder meer om daar besprekingen te voeren over het Indo-probleem. Ik heb hem opgedragen daarbij tevens contact op te nemen met Missie en Zending.
Ik vrees dat de besprekingen met de Indonesische Regering geen voortgang zal kunnen vinden alvorens deze haar standpunt inzake Nieuw-Guinea definitief heeft bepaald. Nu Subardjo sedert gisteren terug is, zal zulks, naar ik aanneem, spoedig kunnen geschieden.' NA, archief Minkol., codetel.1951, 4. Zie recordnummer 2282.
Zie ook 2262: Götzen 134
2271: Peters 140
2282: Götzen 155
PDF transcriptie (49 KB)