Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 2108

Nummer 2108
Datum 22-11-1951
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Lamping 263
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Lamping, A.Th. (info)
Ontvanger(s) Peters, L.A.H. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1951
Dossiernummer 4
Trefwoorden Nederlanders in Indonesië, arrestatie/rechtspositie van -
Nederlanders in Indonesië, houding/(veiligheids)positie van -
Annotatie inleidende noot:
Eveneens op 22 nov. had Lamping onder no 262 aan Peters en Blom geseind: 'Hedenmiddag 17.30 uur bezocht ik Sukiman ter uitvoering van de instructie vervat in Uw 145, waarbij ook Darmasetiawan aanwezig was.
Ik leidde het gesprek in met een overzicht over de rechtsonzekerheid, waaraan Nederlanders hier te lande waren blootgesteld, waarna ik mededeling deed van de inhoud van de eerste zin van Uw 145, waaraan ik toevoegde dat deze voorgenomen houding gesubordonneerd was aan tijdig bevredigend antwoord op de nota, die ik daarop overhandigde.
Ik stelde voor deze samen door te nemen. Sukiman vond dit niet nodig, maar vroeg of ik nog een toelichting te geven had. Ik voldeed hieraan, maar zulks werd mij bemoeilijkt doordat elke reactie uitbleef, dan wel slechts een teken of geluid werd gegeven ten bewijze dat men mij had begrepen.
Daarna deed ik de mededelingen bedoeld aan het slot van Uw telegram, waarop evenmin enige reactie volgde behalve toezegging van Sukiman, dat de nota zo spoedig mogelijk in behandeling zou worden genomen. Ik zeide deze uitlating aan mijn regering te zullen overbrengen en vroeg of ik hieraan kon toevoegen, dat de Minister-President de verwachting had uitgesproken, dat een bevredigend antwoord inderdaad tijdig zou worden ontvangen. "Dat hangt af van de bij deze kwestie betrokken instantie", was het antwoord ook toen ik het woord "verwachting" verving door "hoop".
Toen daarop het stilzwijgen werd voortgezet, vroeg ik of nog enig nieuws over Subardjo was binnengekomen, waarop werd geantwoord, dat Subardjo hedenavond uit Den Haag zou vertrekken. Men wilde kennelijk verder gesprek vermijden als ook elk bewijs van geïnteresseerdheid waarvoor dan ook.
Het is de eerste maal dat in gesprekken met RI-autoriteiten, ik een sfeer aantrof, die moeilijk anders dan 'zuur' kan worden genoemd.
De tekst van de nota volgt per koerierstelegram onder nummer 263.' NA, archief Minkol., codetel. 1951, 4.
Zie ook 2227: Peters 98
2273: Peters 145
PDF transcriptie (12 KB)