Gegevens van record 2262
| Nummer | 2262 |
|---|---|
| Datum | 1-11-1951 |
| Soort | codetelegram(men) |
| Kenmerk | Götzen 134 |
| Opschrift/Bijlage(n) | |
| Verzender(s) |
Peters, L.A.H.
(info)
|
| Ontvanger(s) |
Lamping, A.Th.
(info)
|
| Plaats van opmaak |
Den Haag |
| Plaats van bestemming |
Djakarta |
| Bewaarplaats | Nationaal Archief |
| Bestand | archief Minkol., codetel. 1951 |
| Dossiernummer | 6 |
| Trefwoorden |
Darmasetiawan Notohatmodjo, secretaris-generaal van Buitenlandse Zaken van Indonesië Indo-europeanen, positie - in Indonesië; zie ook Nederlanders in Indonesië etc.; NG, positie (Indische) Nederlanders op - Nederlanders in Indonesië, armenzorg/overheidssteun aan - staatsburgerschaps-/warga negaraschapskwesties |
| Annotatie |
slotnoot: Op 2 nov. seinde Lamping in reactie hierop onder no 235, 'mede voor Buitenlandse Zaken': 'De eerste twee alinea's van Uw 134 aanvaard ik integraal. Het tempo van de ontwikkeling der gebeurtenissen is hier echter dermate snel - en wel in voor ons ongunstige zin - dat daaraan adviezen aan de Regering voortdurend moeten worden aangepast, zelfs al maakt zulks indruk van inconsequentie en van wijziging van het beleid. In die geest gelieve U mijn 220 te bezien. Een en ander betekent niet dat ik het Indo-vraagstuk niet reeds terstond na terugkeer het onderwerp van veelvuldige besprekingen met RI-autoriteiten heb doen uitmaken om definitieve besprekingen zoveel mogelijk tot haar recht te doen komen. Hierbij werd bereikt dat laatstgenoemde besprekingen vermoedelijk in goede sfeer zullen plaatsvinden omdat een gelijk uitgangspunt te verwachten is met name de wens van beide Regeringen om in gemeenschappelijk overleg overgang naar het Warga Negaraschap te bevorderen. In de huidige gespannen atmosfeer is dit reeds een 'Errungenschaft', omdat de Nederlandse medewerking anders gemakkelijk zou worden gewantrouwd. Terstond na ontvangst van Uw 134 kon ik Darmasetiawan te spreken krijgen. Hoofdlijn van mijn betoog was referte naar vorige gesprekken; dat wij gaarne in gemeenschappelijk overleg willen bespreken hoe overgang naar het Warga Negaraschap is te bevorderen en verder conform de eerste zin van de vijfde alinea van Uw 134. Nog legde ik er de nadruk op dat vasthouden aan het Nederlanderschap door Indo's een voor Indonesië gevaarlijke politieke minoriteit zou doen ontstaan wat Darmasetiawan beaamde. Waar officiële behandeling via notawisseling niet tot het door beide partijen verlangde snelle resultaat zou leiden, vroeg ik of de RI bereid zou zijn tot informele gedachtenwisseling in commissariaal verband waartoe van Nederlandse zijde de leiding bij mij zou liggen, geassisteerd door Schürmann, Speekenbrink en Niemeyer. Ik vroeg hem of de RI-Regering bereid zou zijn 'opposite numbers' aan te wijzen en of de bespreking in het begin van de volgende week mogelijk zou zijn. Darmasetiawan zou de zaak hedenavond in de Ministerraad brengen en hoopt morgen bescheid te kunnen geven.' NA, archief Minkol., codetel. 1951, 4. |
| Zie ook |
2073:
Lamping 247
2282: Götzen 155 2406: Lamping 220 |
| transcriptie (54 KB) |