Gegevens van record 2397
Nummer | 2397 |
---|---|
Datum | 19-4-1951 |
Soort | codetelegram(men) |
Kenmerk | CNRI AC 446 |
Opschrift/Bijlage(n) | |
Verzender(s) |
Santen, A. van
(info)
|
Ontvanger(s) |
Staf, C.
(info)
|
Plaats van opmaak |
Djakarta |
Plaats van bestemming |
Den Haag |
Bewaarplaats | Archief ministerie van Buitenlandse Zaken |
Bestand | archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1951 |
Dossiernummer | |
Trefwoorden |
CRAMS, Comité Rechtspositie Ambonese Militairen en Schepelingen Koninklijk Nederlands-Indonesisch Leger (KNIL), liquidatie van het - Koninklijke Landmacht (KL), afvoer van de - Molukkers, KL (ex-)KNIL-militairen in rayons/doorgangskampen in Indonesië Molukkers, overbrenging naar Nederland van - Molukse militaire (Aponno-)delegatie in Nederland '50-'51 |
Annotatie |
noot bij 'Drees 9': in annotatie van recordnummer 320. slotnoot: Op 20 april seinde Peters onder no 27, 'mede namens Staf, mede bestemd voor Van Santen': Aansluitend mijn 24 [in annotatie van recordnummer 1917] en mede gezien inhoud van hier nog niet ontvangen telegram van Crams vermeld in CNRI AC 466 [waarschijnlijk is hier bedoeld CNRI AC 446], opwijs verband Uw eventuele bespreking met Tomasoa c.s. op 21 dezer, dat krachtens bestaande instructies en tot heden gevolgde praktijk, zij van wie bekend is dat zij veiligstelling behoeven wegens dreigend levensgevaar in Indonesië op grond voorgaande activiteiten als b.v. inlichtingendienst, politie en soortgelijke semi-militaire werkzaamheden, naar Nederland mogen worden afgevoerd. Dit geldt ook thans nog met betrekking tot soortgelijke gevallen onder de burgers in de kampen. Dit laatste staat uiteraard geheel te Uwer beoordeling. Omtrent afvoer van tot vorenbedoelde categorieën behorenden zijn nimmer moeilijkheden gerezen. Dit was slechts het geval ten aanzien van overige burgers in de kampen, zoals in het algemeen de afhankelijke familieleden en pleegkinderen. Van bedoelde voor veiligstelling in aanmerking komende personen bevonden er zich steeds enkelen onder de troepentransporten na de souvereiniteitsoverdracht. Wij meenden goed te doen U hieraan te herinneren met oog op mogelijk door U doelmatig geacht gebruik daarvan tijdens bespreking op 21 dezer. De Regering heeft nimmer zelve of door andere officiële besprekingen met de vertegenwoordigers der Ambonese ex-KNIL-militairen gevoerd of doen voeren. Pruys en Van der Valk hebben slechts verlangens van die zijde aangehoord en bij de Regering voorgebracht. De Regering heeft nog op 10 April jl. betrokkenen schriftelijk te kennen gegeven dat hun desbetreffende verzoek niet kan worden ingewilligd, nadat reeds Pruys op 5 April jl. hetzelfde aan Aponno had medegedeeld. Derhalve bestaat er geen aanleiding dit thans nogmaals te doen.' NA, archief Minkol., codetel. 1951, 6. |
Zie ook |
320:
Ministerraad
1917: Lamping 23 1918: Lamping 27 2172: Peters 15 2182: Peters 31 2547: Van Maarseveen 472 |
transcriptie (12 KB) |