Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 2842

Nummer 2842
Datum 21-1-1952
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Stikker 18
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Stikker, D.U. (info)
Ontvanger(s) Steenstra Toussaint, A.J.D. (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Washington
Manilla
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1952
Dossiernummer 13
Trefwoorden Amerika, houding/positie van -
Blitar/Talisse-affaire
inlichtingen/-diensten, Central Intelligence Agency (CIA)
Molukken, Zuid-Molukken, Ambon
pers/publieke opinie, Indonesische
Philippijnen, houding/positie van -
wapen(s)/oorlogsmateriaal, -transacties/embargo op -/vergunningen voor - voor Indonesië
Annotatie slotnoot:
In reactie hierop seinde Steenstra Toussaint op 23 jan. onder no 40, dat hem 'bij een bezoek aan de nieuwe Philippijnse minister van Buitenlandse Zaken, Elizalde, het volgende [was] gebleken:
1. Hem was niets bekend van eventuele wapensmokkel naar Nieuw-Guinea.
2. Siddik, de Indonesische Charge d'Affaires heeft heden opdracht van Subardjo uitgevoerd en de aandacht van Elizalde gevestigd op de Nederlandse wapensmokkel uit de Philippijnen naar Irian, met het verzoek aan deze smokkel een einde te maken.
3. Elizalde heeft aan de Minister van Defensie, Magsaysay, verzocht de klacht van Indonesië te onderzoeken en hem het resultaat zo mogelijk voor het einde van de week te laten weten.
De Philippijnse Gezant te Djakarta is door Elizalde geïnstrueerd aan de Indonesische Regering nadere gegevens op te vragen.
5. Maandag zal Elizalde mij laten weten of iets naders bekend is geworden.'  T.a.p.
     Aansluitend seinde Toussaint op 24 jan.onder no 41 'dat de demarche van Indonesië, welke niet door het Phiippijnse Ministerie van Buitenlandse Zaken maar door Subardjo bestempeld werd als een serious matter, in diplomatieke en perskringen hier ter stede niet au serieux wordt genomen. De demarche wordt beschouwd als een afleidingsmanoeuvre voor de uitgebreide Indonesische smokkelaffaires, onder andere onwettige aankoop van Philippijnse schepen voor de Indonesische Marine, welke thans in de Philippijnse pers uitlekken.
Persoonlijk zie ik in de Indonesische stap een opzettelijke valse aantijging
A. ter rechtvaardiging van de kwestie met de Blitar en de Talisse;
B. ter bevestiging van de verdachtmaking dat Nederland een gewapend kamp maakt van Nieuw-Guinea met agressieve bedoelingen, mede in verband met de bestaande opstanden in de Molukken  en overig Indonesië;
C. om te beletten, dat Nederland met Nieuw-Guinea een veilige verbinding krijgt buiten Indonesië om, waarover bijvoorbeeld de KLM thans hier onderhandelingen voert;
D. to internationally build up their Irian-case wijzend op het gevaar voor rust en veiligheid in dit deel van de wereld bij voortgezette Nederlandse aanwezigheid.' T.a.p.
Zie ook 268: Ministerraad
2807: Toussaint 44
PDF afbeelding (892 KB)