Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 3046

Nummer 3046
Datum 27-10-1956
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Luns 325
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Luns, J.M.A.H. (info)
Ontvanger(s) Roijen, J.H. van (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Washington
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, uitgaande codetel. Washington 1956
Dossiernummer
Trefwoorden Amerika, houding/positie van -
bedrij(fsle)ven, houding/positie van het -
China, Chinezen, houding/positie van -
communisme
Dulles, John Foster*, US Secretary of State '53-'59
Egypte, houding/positie van -
Indonesië, politieke/bestuurlijke aangelegenheden in -
Masjumi, Madjelis Sjura Moslimin Indonesia
Nederlanders in Indonesië, houding/(veiligheids)positie van -
NU, Nahdatul Ulama
PNI, Partai Nasional Indonesia
State Department, divergerende opvattingen over de Nieuw-Guineakwestie op het -
strijdkrachten, Indonesische, politieke conflicten binnen de/met de -
vakorganisaties/-beweging, Indonesische -
voorlichting/propaganda/publicatie/verklar/com, Sovjet-
voorlichting/propaganda/publicatie/verklaring/communiqué, Indonesische
Annotatie noot bij één na laatste alinea: zie voor de hier genoemde Russisch-Indonesische verklaring van 11 september 1956 archief Minkol., dossierarchief ministerie van Koloniën e.o. no 10870

slotnoot:
Op 29 okt. seinde Van Roijen onder no 693: 'Tijdens mijn gesprek met Dulles (zie mijn 692) had ik gelegenheid deze conform het slot van uw 325 erop te wijzen dat het jammer was geweest dat de VS niet duidelijk hebben doen blijken de gezamenlijke Russisch-Indonesische verklaring als een bedenkelijke koerswijziging van Indonesië te bezien en dat zodanig Amerikaans stilzwijgen ten deze in het nadeel werkt van de meer gematigde elementen in Indonesië. Dulles antwoord hierop was typerend voor reeds eerder aan mij op State gebleken reacties. Hij zeide dat in Indonesië toch zeer veel verzet tot uiting was gekomen nadat de gemeenschappelijke verklaring te Moskou was afgelegd.' - - - Archief BZ, ingekomen codetel. Washington 1956.
      In het slot van zijn op 16 nov. onder no 772 verzonden telegrafisch verslag van een gesprek van één van zijn medewerkers met de 'gezant Franse Ambassade' te Washington over de Amerikaanse houding tegenover Frankrijk en Engeland in de Suezkwestie haalde Van Roijen de opmerking van de Franse gezant aan, 'dat de afdeling Nabije Oosten van State zich dermate vereenzelvigde met de opvattingen der onder haar ressorterende gebieden dat het voor de Franse ambassade geen nut had daarmede contact te houden'. 'Mutatis mutandis', aldus voorts Van Roijen, 'is deze constatering te vergelijken met de ervaring door deze ambassade opgedaan met ambtenaren van de Indonesische desk. Slechts ben ik van mening dat dezerzijds niets mag worden nagelaten ook bij deze ambtenaren het Nederlands standpunt te vertolken.' T.a.p.
    Hierop werd op 22 nov. onder no Celer 359 vanuit  Den Haag geseind: 'Referte uw telegram 772 slotalinea. In verband met huidige situatie in Indonesië en recente zinspeling door verschillende Indonesische autoriteiten op wenselijkheid te pogen Nederlands-Indonesische betrekkingen te verbeteren bestaat dezerzijds belangstelling voor het oordeel van State Department inzake analyse welke is gegeven in Luns 325. Indien terzake nog geen gesprek op State Department mocht hebben plaatsgehad zou de gelegenheid daartoe wellicht kunnen worden gezocht.' Archief BZ, uitgaande codetel. Washington 1956. Zie ook recordnummer 3287.
Zie ook 3254: Van Roijen 832
3282: Van Roijen 692
3287: Van Roijen 876
3321: Van Roijen 680
PDF afbeelding (964 KB)