Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 3714

Nummer 3714
Datum 19-8-1954
Soort codetelegram(men)
Kenmerk De Beus 216
Opschrift/Bijlage(n) bijlage: Indonesisch voorstel en toelichtend memorandum [in Algemene Vergadering van de Verenigde Naties] d.d. 17 Augustus 1954
Verzender(s) Beus, J.G. de (info)
Ontvanger(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak Washington
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Nationaal Archief
Bestand archief Minkol., codetel. 1954
Dossiernummer 7
Trefwoorden Amerika, houding/positie van -
Australië, houding/positie van -
NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties
pers/publieke opinie, Amerikaanse
Sudjarwo Tjondronegoro, vertegenwoordiger van Indonesië bij VN '53- '57; vanaf '57 chef directie Europa van het ministerie van Buitenlandse Zaken; vanaf okt. '63 hoofd Indonesische Liaison Mission te Hollandia
Verenigde Naties, Algemene Vergadering
voorlichting/propaganda/publicatie/verklaring/communiqué, Indonesische
Annotatie inleidende noot:
De tekst van de door Sudjarwo op 18 aug. aan Hammerskjöld overhandigde brief, gedateerd 17 augustus 1954, is door de VN gedocumenteerd in de  Proceedings of the General Assembly doc. no 2694 (A/2694). De tekst van dit document zoals weergegeven en geannoteerd in de uitgave van het ministerie van Buitenlandse Zaken: Nieuw-Guinea in de Algemene vergadering van de Verenigde Naties september- december 1954 (UMBZ no 37), Bijlagen, 1, is hier als bijlage aan telegram De Beus 216 toegevoegd. Zie ook recordnummer 3394.
        Op 18 aug. had Van Balluseck onder no 58 over de persconferentie van de Sudjarwo geseind: 'Ik bezit hiervan nog geen volledige tekst. Wat betreft deze persconferentie werd mij door aanwezige journalist vertrouwelijk verteld, dat Sudjarwo zijn argumentatie tegen Nederland concentreerde op 2 punten:
A.) dat Nederland onderhandelingen had geweigerd, en
B.) dat Nieuw-Guinea in een nog zeer primitieve en onontwikkelde staat verkeert, ondanks een en een kwart eeuw Nederlands bewind. Volgens mijn informant hadden deze 2 hoofdthema's op de aanwezige pers nogal indruk gemaakt. Op vraag van journalist wat Indonesië van inmenging Verenigde Naties verwachtte, was het antwoord geweest: vergemakkelijking van vreedzame oplossing. Toen journalist daarop de opmerking maakte dat Indonesië in feite volledige capitulatie van het Nederlandse standpunt scheen te verwachten en dat dit moeilijk kon worden aangemerkt als vreedzaam compromis, bleef Sudjarwo het antwoord schuldig. Perskringen oefenen toenemende aandrang uit op de Nederlandse delegatie om persconferentie te houden.' NA, archief Minkol., codetel. 1954, 6.
      Onder verwijzing naar Van Balluseck 57 en 58 had Luns op 19 aug. onder no 22 geseind 'dat het niet noodzakelijk [was] dat Nederland de jegens het Indonesische agendapunt Nieuw-Guinea te volgen procedurele tactiek op stel en sprong vastlegt en openbaart. Hieraan zal nog studie van het Indonesische document, discussie in het kabinet en wellicht zelfs overleg met kamercommissie vooraf moeten gaan. Intussen staat in elk geval reeds vast, dat Nederland zich tegen plaatsing op de agenda zal verzetten, hetgeen reeds kan worden verklaard, zonder evenwel artikel 2 lid 7 te noemen. Er zijn namelijk andere en betere argumenten, die spoedig geformuleerd zullen worden. In dit stadium behoeft aan perskringen, die uiteraard belang hebben bij het tegen elkaar opjagen der partijen, niet meer te worden gezegd. Wij hebben er geen belang bij reeds in dit stadium een publiciteitsoorlog rond het agendapunt te ontketenen.' - - -   NA, archief Minkol., codetel. 1954, 7.
Zie ook 3394: Buza DIO/PZ 123203
3704: Von Balluseck 54
3705: Von Balluseck 59
3915: Van Bylandt 312
5393: Luns circulaire 14
PDF afbeelding (217 KB)