Gegevens van record 3956
Nummer | 3956 |
---|---|
Datum | 29-11-1954 |
Soort | codetelegram(men) |
Kenmerk | Van Ittersum 665 |
Opschrift/Bijlage(n) | |
Verzender(s) |
Ittersum, G.E. van
(info)
|
Ontvanger(s) |
Beyen, J.W.
(info)
Luns, J.M.A.H. (info) |
Plaats van opmaak |
Djakarta |
Plaats van bestemming |
Den Haag |
Bewaarplaats | Archief ministerie van Buitenlandse Zaken |
Bestand | archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1954 |
Dossiernummer | |
Trefwoorden |
Abu Hanifah (Masjumi), hoofd Directie Internationale Organisaties van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Indonesië Bureau West-Irian Irian-(strijd)corpsen van Indonesië/ Badan Perdjuangan Irian; Gerakan Tjenderawasi Irian Barat/Nat. Front ter bevrijding van Irian; West-Irian Pioneers Corps e.a.; zie ook Bureau West-Irian Latumahina, P.J., leider Badan Perdjuangan Irian, hoofd Politieke Zaken van Oost-Indonesië massademonstraties/betogingen; zie ook Indonesië, Irianactie vanaf nov. '57 Nederlandse commissariaten/consulaten in Indonesië Oost-Indonesië, provincie - pers/publieke opinie, algemeen voorlichting/propaganda/publicatie/verklaring/communiqué, Indonesische |
Annotatie |
slotnoot: Onder verwijzing naar Van Ittersum 665 seinde Beyen op 30 nov. onder no 472: 'Ik heb begrip voor Menke's optreden te Makassar, die, in verband met zwaarwegende verantwoordelijkheid voor welzijn van Nederlandse gemeenschap in Oost-Indonesië, heeft willen gebruik maken van zijn goede contacten in Indonesische samenleving. Ongetwijfeld zal hij niet hebben verwacht, dat zijn gesprek met Latumahina zou worden gebruikt om wereldkundig te maken, dat "gehele volk" achter Indonesische Irian-eisen staat en dat Indonesië slechts vredelievende oplossing Nieuw-Guineakwestie wenst, waartegenover Nederlandse afwijzende houding ongunstig afsteekt. Dit onvoorziene effect van goed bedoeld ondernemen is voor mij aanleiding u in overweging te geven bij commissarissen erop aan te dringen in komende tijd wel bijzonder voorzichtig te zijn met dergelijke niet-officiële contacten en in voorkomende gevallen - voor zoveel mogelijk - u voorafgaand te raadplegen. Het voorgaande bedoelt niet persoonlijk initiatief der commissarissen onmogelijk te maken. Integendeel ben ik mij ervan bewust, dat, gegeven de bijzondere omstandigheden in Indonesië, van dit initiatief in bepaalde gevallen veel kan afhangen. Anderzijds dient men mogelijk effect Indonesische voorlichting naar buiten in het oog te houden en met name te voorkomen, dat Indonesiërs indruk krijgen, dat met het onder druk zetten van de Nederlandse gemeenschap succes kan worden bereikt.' Archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1954. Zie recordnummer 3972. Plv. hoge commissaris te Djakarta (Van Ittersum) aan minister van Buitenlandse Zaken (Beyen) en minister zonder portefeuille (Luns), 3 dec. 1954 Naar aanleiding van Uw 472 en mijn antwoord onder nr. 679 richtte ik tot alle Commissarissen het volgende zeer geheime persoonlijke telegram: 'Naar aanleiding van de jongste ontwikkelingen in de verhouding tussen Nederland en Indonesië acht ik het gewenst het volgende onder de aandacht van U en Uw collega's te brengen: 1. Zoals sommigen Uwer ook reeds rapporteerden heerst er onder de Nederlanders hier te lande een groeiende onrust. 2. Voor een paniekstemming is echter geen aanleiding, Zij dient dus door ons allen zo mogelijk in de kiem te worden onderdrukt. Individuele excessen zij natuurlijk steeds mogelijk, maar er bestaat voor zover thans te overzien, geen reden om aan te nemen dat op initiatief of met medewerking van de Indonesische Regering ongeregeldheden op grote schaal zullen ontstaan. 3. De Nederlandse Regering is volledig op de hoogte van de toestand en zal al het mogelijke in het werk stellen om de veiligheid van de Nederlandse belangen hier te lande te verzekeren. 4. U hebt het volle vertrouwen van de Regering en van mij dat eventuele initiatieven Uwerzijds bij Uw contacten met locale autoriteiten in verband met de veiligheidstoestand op de juiste wijze worden genomen. Ik moet er echter wel op aandringen om indien enigszins mogelijk te voren terzake contact met mij op te nemen. Voorts moge ik de uiterste reserve aanbevelen bij formele en informele besprekingen met Indonesiërs, teneinde kwaadsappige publiciteit zoveel mogelijk te vermijden. 5. Wij zullen in geen enkel opzicht van angst of nervositeit tegenover de Indonesiërs moeten blijk geven. Hun duidelijke intimidatiepogingen moeten op de spreekwoordelijke Nederlandse kalmte afglijden. Hier ligt een belangrijke taak voor alle landgenoten hier.' Archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1954. |
Zie ook |
3953:
Van Ittersum 657
3972: Van Ittersum 730 |
afbeelding (239 KB) |