Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 4211

Nummer 4211
Datum 5-5-1955
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Van Bylandt 106
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Bylandt, W.F.L. van (info)
Ontvanger(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1955
Dossiernummer
Trefwoorden Afro-Aziatisch(e) blok/conferenties/landen
Bandung
Ceylon, houding/positie van -
India, houding/positie van -
Irak, houding/positie van -
Jungschläger-/Schmidt-/NIGO-processen; zie ook NIGO-arrestanten, Doornik etc
Malik, Charles, ambassadeur van Libanon te Washington
Nederlanders in Indonesië, arrestatie/rechtspositie van -
Pakistan, houding/positie van -
Philippijnen, houding/positie van -
Pillai, P.P., secetaris-generaal van Buitenlandse Zaken van India
Thailand/Siam
Annotatie noot slot eerste alinea:
Nadat Beyen/Luns op 14 april bij tel. no 5 aan De Beus in Karachi bericht hadden dat Charles Malik, leider van de Libanese delegatie naar de AA-conferentie - een goede bekende van Pater de Beaufort uit de Human Rights Commissie - op doorreis naar Bandung Karachi zou aandoen en hem verzocht hadden Malik  'op te vangen' en in te lichten over de kwestie van de Nederlandse arrestanten en de kwestie Nieuw-Guinea, had De Beus op 16 april onder no 10 o.m. gerapporteerd, dat hij Charles Malik 'mede namens Pater de Beaufort ' over de eerstgenoemde zaak had aangesproken op grond van diens positie als gezaghebbend voorvechter van human rights. 'Charles Malik beloofde te spreken met Sastroamidjojo, die hij goed kent. Malik verdenkt hem echter van Marxistisch-communistische gedachtengangen. Ik heb Malik onze argumenten uiteengezet tegen behandeling van het geschil over Nieuw-Guinea op de Afro-Aziatische conferentie, waarvan vooral het niet concurreren met de VN weerklank bleek te vinden.' - - -  NA, archief Minkol., codetel. 1955, 5.
       Op 4 mei had Van Roijen over een op 3 mei gevoerd gesprek met Charles Malik, 'die juist uit Bandung is teruggekeerd', onder no 99 geseind: 'Hij vertelde mij op verzoek van De Beus en (indirect) van De Beaufort de kwestie der Nederlandse arrestantenten tweemaal met Sastroamidjojo te hebben besproken. Beide keren had de Indonesische premier eerstens ontkend, dat enige waarheid aan de Nederlandse beschuldigingen ten grondslag lag, tweedens geweigerd zelf te interveniëren, onder beroep op de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht, derdens geweigerd om gehoor te geven aan suggestie van Malik om een onpartijdig lichaam een onderzoek te laten instellen naar de gegrondheid der Nederlandse klachten, zulks eveneens met een beroep op beginsel van "independence of the judiciary". Wel had aan het slot van tweede onderhoud Sastroamidjojo aan Malik beloofd ernstig te zullen overwegen, of niet iets terzake "gedaan zou kunnen worden", maar Malik zei mij vertrouwelijk niet te weten, of enige betekenis aan deze toezegging te hechten was.' - - - Archief BZ, ingekomen codetel. Washingon 1955.
      Onder no 102 had Van Roijen vervolgens diezelfde dag geseind dat Malik bovendien strikt vertrouwelijk verklaard had, 'dat niet alleen hijzelf, doch ook andere gedelegeerden ter Bandungconferentie aan alle kanten hadden kunnen opmerken hoeveel wanorde en ontevredenheid in het land heersten. "Indonesië gaat naar mijn mening grote moeilijkheden, wellicht een omwenteling tegemoet". Hij achtte met name het communistisch gevaar daar te lande acuut. Over Sukarno sprak hij zijn oordeel niet uit, maar zijn mening over Sastroamidjojo was heel wat minder mild dan het mijne. Hij acht het in tegenstelling tot mijzelf, niet uitgesloten dat Sastroamidjojo een "fellow-traveller" zou zijn, althans uitgesproken pro-communistische sympathieën zou koesteren. Het feit dat de PNI zoveel nauwe banden met de PKI onderhoud, vindt hij terecht levensgevaarlijk.
Dit oordeel van Malik is mede van belang met het oog op hetgeen hij heden aan Dulles zal rapporteren.' - - - Archief BZ, ingekomen codetel. Washington 1955.

noot bij 2e alinea
Op 12 april had De Beus onder no 6 over de reactie van de Pakistaanse premier en afgevaardigde naar de Bandungconferentie, Ali Muhammad, op het hem overhandigde aide-mémoire over de zaak van de Nederlandse arrestanten in Indonesië het volgende geseind: 'Ali leek onder de indruk van het verhaal der mishandelingen en vroeg waarom wij de zaak niet voor Security Council brachten. Ik antwoordde dat deze mogelijkheid open blijft, doch dat wij in eerste instantie een aantal Zuid- en Zuidoost-Aziatische landen benaderen met verzoek te Bandung hun invloed bij de Indonesische regering aan te wenden. Toen ik zeide dat de bedoeling van het proces was aan te tonen het bestaan van een Nederlandse subversieve organisatie met steun van Engelse en Amerikaanse ambassades ter omverwerping van de Indonesische regering, antwoordde hij lachend: "I wish you would succeed. Ik voel niets voor de huidige Indonesische regering, die, wat men ook zegt, steunt op communisten en wij hopen van harte op aan bewind komen van de Masjumi". De premier zeide dat hij deze zaak uiteraard niet ter conferentie zelf ter sprake kon brengen, doch zou zien wat hij achter de schermen kon doen.' NA, archief Minkol., codetel. 1955, 5.

noot bij 3e alinea:
Zie recordnummer 4604.

noot bij 4e alinea:
Na van Den Haag opdracht te hebben ontvangen stappen te ondernemen bij de minister van Buitenlandse Zaken van Irak om deze te bewegen Jamali, Iraaks afgevaardigde ter AA-conferentie, de zaak van de Nederlandse arrestanten bij de Indonesische regering te doen voorbrengen, had de gezant te Bagdad, Aduard van Lewe,  op 16 april onder no 6 geseind: 'Tshabander toonde begrip en sympathie voor dit "human problem" en zei toe Jamali instructie te zenden om Indonesische autoriteiten te benaderen.' NA, archief Minkol. codetel. 1955, 4.

noot bij 6e alinea:
In zijn tel. no 1 van 14 april had de gezant te Bangkok, De Voogd, o.m. geseind dat hij voor de demarche m.b.t. de zaak van de Nederlandse arrestanten bij de minister van Buitenlandse zaken, tevens afgevaardigde naar de Bandungconferentie, Prins Wan, door omstandigheden slechts een paar minuten tijd had gehad. Toch had Wan toegezegd de 'aide-mémoire in studie te zullen nemen en op grond daarvan gunstig te overwegen gevraagde invloed aan te wenden bij de regering van Indonesië'. T.a.p.

slotnoot:
Na  door  Beyen/Luns telegrafisch geïnstrueerd te zijn de zaak van de Nederlandse arrestanten met Nehru op te nemen, had de ambassadeur te New Delhi, Van Pallandt, op 11 april onder no 3 geseind: 'Het bleek niet mogelijk Nehru persoonlijk te spreken, daar hij van uur tot uur bezet is met voorbesprekingen Bandung en bezoeken ministers Noord-Vietnam en Afghanistan en kolonel Nasser. Door een tussenpersoon bracht ik hem op de hoogte van de hoofdzaken van de situatie, waarop Nehru mij liet weten dat hij zijn aandacht aan de zaak zou wijden als ik die wilde uiteenzetten aan secretaris-generaal External Affairs. Ik bezocht derhalve hedenochtend Pillai overhandigend memorandum en toelichtend aan de hand van ander materiaal. De secretaris-generaal zeide na lezing dat hij deeply shocked was en meende dat Nehru dit ook zou zijn. Hij zou er op insisteren het memorandum met Nehru avant vertrek te bespreken en gedelegeerden Dutt en Jha verzoeken zich in Bandung met deze zaak bezig te houden. Ik zei dat zij, hetzij van Van Bylandt direct, of, als zij zulks prefereerden, via Tyabji alle supplementaire inlichtingen en bewijsmateriaal konden bekomen. Ik eindigde het gesprek met verzoek alle betrokken Indonesische autoriteiten er wel op te wijzen dat slechts snelle en volkomen wending in zaak verdere vertroebeling der Nederlands-Indonesische verhouding, die niet alleen voor ons maar evenzeer voor Indonesië nadelig zou zijn, kon voorkomen, dit afgezien van het leed de slachtoffers aangedaan en het prestigeverlies voor Indonesië, waar dergelijke barbaarse toestanden blijkbaar konden voorkomen. Ik had de indruk, dat althans Pillai de zaak serieus behandelen zal.' NA, archief Minkol., codetel. 1955, 5.
Zie ook 4604: De Smit 6
PDF afbeelding (187 KB)