Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 4389

Nummer 4389
Datum 9-11-1955
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Beyen/Luns 516
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Ontvanger(s) Bylandt, W.F.L. van (info)
Plaats van opmaak Den Haag
Plaats van bestemming Djakarta
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, uitgaande codetel. Djakarta 1955
Dossiernummer
Trefwoorden Anak Agung Gde Agung, Ide (AA), minister van Binnenlandse Zaken van Indonesië 12/'49-12/'50; ambassadeur te Brussel, '50-'54; minister van Buitenlandse Zaken '54-maart '56
Kwee Djie Hoo, zaakgelastigde van Indonesië te Den Haag
NG-kwestie in de vergaderingen van de Verenigde Naties
NG-kwestie, algemeen (= conflict over de status van NG tussen Nederland en Indonesië)
unieverhouding/RTC-akkoorden, (Haags) overleg '55 ter herzien/beëindiging van de - ,
Utoyo/Utojo Ramelan, chef protocol van het ministerie van Buitenlandse Zaken van Indonesië
Annotatie slotnoot:
Op 10 nov. seinden Beyen/Luns onder no 25 aan de Delegatie te New York: 'Onze straffere houding ten opzichte van de taktiek van vermenging van bilaterale besprekingen en VN-discussie, zoals door Djakarta gevoerd heeft, zoals u uit de telegramwisseling tussen ons en Djakarta hebt kunnen lezen, de gewenste schokwerking gehad. Uit de laatste alinea van ons 516 aan Djakarta blijkt u, dat onze houding in zoverre iets versoepeld is, dat daardoor nog juist kan worden voorkomen, dat de reis van Utoyo zou worden afgelast. Wij zijn namelijk van mening, dat die reis zo enigszins mogelijk doorgang moet vinden, zulks zowel om binnenlands-politieke redenen als om Indonesië elke agitatiekans te ontnemen. Wij stellen ons voor als één der aan Utoyo voor te leggen vragen het punt te te stellen op welke wijze de Indonesische regering denkt na te komen het door Anak Agung aan verschillende ministers en aan Van Roijen beloofde, te weten niet-behandeling van de kwestie Nieuw-Guinea in de Verenigde Naties uit te lokken of te bevorderen. Tevens wordt hiermede gehandeld in overeenstemming met het advies van de delegatie. Onze indruk is, dat de thans door overhandiging van de nota te Djakarta ingenomen straffe houding en de informatie van deze zijde aan verschillende hoofdsteden de positie van de delegatie in het VN-debat hebben versterkt. Wij stellen het op prijs uw nadere mening hieromtrent en tevens omtrent uw schatting van de vooruitzichten in het VN-debat te vernemen. Wij blijven van mening, dat alles wat minder zou zijn dan het verslaan van een Indonesische resolutie of het aanvaarden van een resolutie analoog aan Cyprus zeer ongunstig voor ons zou zijn. Het beleid dient onverminderd daarop gericht te blijven.'  Archief BZ, GS 1955-1964, 1614.
Zie ook 4318: Van Bylandt 775
4333: Van Bylandt 792
4405: Beyen/Luns 517
4608: Stikker 166
4787: Delegatie New York 43; Delegatie New York 45
PDF transcriptie (62 KB)