Nederlands-Indonesische betrekkingen 1950-1963

 
English | Nederlands

Gegevens van record 4529

Nummer 4529
Datum 17-2-1956
Soort codetelegram(men)
Kenmerk Van Bylandt 1259
Opschrift/Bijlage(n)
Verzender(s) Bylandt, W.F.L. van (info)
Ontvanger(s) Beyen, J.W. (info)
Luns, J.M.A.H. (info)
Plaats van opmaak Djakarta
Plaats van bestemming Den Haag
Bewaarplaats Archief ministerie van Buitenlandse Zaken
Bestand archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1956
Dossiernummer
Trefwoorden Ali Sastroamidjojo (PNI), ambassadeur van Indonesië te Washington '50-'53; minister-president van Indonesië 8/'53-8/'55; 3/'56-4/'57
Financieel-Economische Overeenkomst(en) der RTC ( Finec); zie ook financiële /economische betrekkingen N-I.; geldwezen; handels(politieke) betrekkingen N.-I., schuldenkwesties
Hatta, Moh.*
Indonesië, politieke/bestuurlijke aangelegenheden in -
kabinet/-scrises/-sformaties, Indonesische -
Masjumi, Madjelis Sjura Moslimin Indonesia
NU, Nahdatul Ulama
pers/publieke opinie, Indonesische
PNI, Partai Nasional Indonesia
PSII, Partai Serikat Islam Indonesia
Sarekat Kerakjatan Indonesia (SKI)
Sukarno, positie/houding van -
unieverhouding/RTC-akkoorden, beëindiging/opzegging van de -
Annotatie inleidende noot:
Zie ook recordnummer 4464. Bij tel. no 1228 van 14 feb. had Van Bylandt een overzicht geseind van de houding van verschillende politieke partijen ten aanzien van het regeringsbeleid. Hij was daarbij  tot de conclusie gekomen, 'dat de politieke ontwikkeling in Indonesië zelfs op korte termijn niet met enige zekerheid is aan te geven al is er een zwakke tendens tot verslapping van het verzet tegen het aanblijven van het kabinet Harahap voor de resterende korte termijn. Veel belangrijker dan hetgeen zich in het openbaar in het politieke vlak afspeelt is ongetwijfeld het intensieve politieke verkeer dat zich aan de waarneming onttrekt. Daarbij speelt de twee-eenheid [Sukarno-Hatta], waarvan het een openbaar geheim is dat zij volstrekt geen eenheid meer vormt, een belangrijke rol.  Indonesia Raya publiceerde 13 dezer het bericht dat Hatta het voornemen zou hebben af te treden als vice-president zodra een nieuw parlement zou zijn gevormd. Of Hatta zich daarna nog bezig zou houden met de politiek kon Indonesia Raya niet mededelen. Van verschillende betrouwbaar geachte zijden bereikten mij echter berichten dat Hatta wel degelijk nog bepaalde plannen zou hebben, welke hij echter eerst zou willen trachten te realiseren na beëindiging van zijn huidige binding met Sukarno die hem hoe langer hoe zwaarder schijnt te liggen. Hatta's aftreden zou in feite aan de twee-eenheid een einde maken. Van dezelfde bronnen is de mededeling afkomstig dat Hatta kan rekenen op de steun van "het leger" waarmede men vermoedelijk bedoelt "belangrijke groepen in het officierscorps" en dat hij niet zou aarzelen van deze steun gebruik te maken indien het communisme een wezenlijke bedreiging zou gaan worden. Sedert president Sukarno zijn pogingen om de PSII en de NU te bewegen zich te distanciëren van het kabinet met succes zag bekroond welke actie tevens de genadeslag toebracht aan mogelijkheden om de Nederlands-Indonesische betrekkingen succesvol te beëindigen, heeft hij niet meer van zich laten horen.' Archief BZ, ingekomen codetel. Djakarta 1956.
        In aansluiting hierop had Van Bylandt op 16 feb. onder no 1247 geseind: 'Het politieke beeld per 11 februari jl. zoals geschetst in mijn 1228 is in een voor kabinet Harahap ongunstige zin beïnvloed door kabinetsbesluit d.d. 13 dezer. Hoewel men van NU-zijde blijft bevestigen het wenselijk te achten met Masjumi en PNI het nieuwe kabinet te vormen staat de NU afwijzend tegenover de voortzetting van het kabinet Harahap. Afgaande op de uitlatingen der prominenten in de NU - van deze partij zeker geldt zoveel hoofden zoveel zinnen - mag worden aangenomen dat in ieder geval eensgezindheid bestaat ten aanzien van de wens het kabinet Harahap te beletten nog meer ingrijpende maatregelen te nemen. De secretaris-generaal van de NU deelde 15 dezer mede dat zijn partij thans zelf actief deelneemt aan het opstellen van een motie van wantrouwen terwijl de NU bovendien elke motie van wantrouwen van andere zijde komend zal steunen. PSII eist eveneens aftreden kabinet Harahap.' - - - T.a.p.

slotnoot:
Op 20 feb. berichtte Van Bylandt over de politieke ontwikkeling in Indonesië voorts: 'In Indonesische regerings- en politieke kringen wordt thans grote activiteit ontwikkeld. Volgens mededeling van de minister van Voorlichting zal het kabinet hedenavond kwesties betreffende de opheffing van de Finec behandelen. Voorts deelde hij mede dat alle RTC-overeenkomsten door de regering unilateriaal zullen worden opgeheven. - - - Het wil mij voorkomen dat men aan deze snelle ontwikkelingen de conclusie moet verbinden dat het niet meer binnen de reële mogelijkheden ligt dat enig Nederlands antwoord de Indonesische regering zal kunnen afhouden van verdere unilaterale maatregelen met name ten aanzien van de Finec. Ik word in deze herinnerd aan het Chinese spreekwoord 'He who rides a tiger can't dismount'. - - - Het wil mij verder voorkomen dat in de gegeven omstandigheden geen aanwijsbaar voordeel kan worden bereikt met onmiddellijk te antwoorden op de Indonesische nota en dat het daarom de voorkeur verdient enige dagen de ontwikkeling van zaken af te wachten.' T.a.p.
       Op 5 maart seinde Van Bylandt op basis van de voornaamste persberichten onder no 1344 o.m.: 'Na in ontvangstname van verzoek kabinet Harahap te worden ontheven van zijn taak heeft president Sukarno de vice-president in diens ambtswoning geconsulteerd. Resultaat van overleg is, dat kabinet Harahap lopende zaken zal blijven behandelen tot optreden nieuw kabinet, hetwelk zo mogelijk avant eerste optreden van nieuw parlement d.d. 26 maart, moet zijn geformeerd. 6 en 7 Maart consulteert president de partijen, waarbij partijen met minder dan vier zetels in het parlement zullen worden uitgesloten. 8 Maart hoopt president een of meer formateurs aan te wijzen. Vice-president Hatta zal tijdens consultatie der partijen en aanwijzing der formateurs niet in Djakarta zijn.' T.a.p.
      Op 8 maart voegde Van Bylandt hier bij tel. no 1380 aan toe: 'Ik vernam zojuist dat de president mr. Ali Sastroamidjojo heeft aangewezen als formateur met de opdracht een kabinet samen te stellen, dat kan rekenen op voldoende steun van het parlement. De formateur is verzocht zijn taak voor 16 maart a.s. te voltooien.' T.a.p.
Zie ook 85: Ministerraad
4464: Van Bylandt 1229
4521: Van Bylandt 1308
4601: Bylandt 1295
4789: Beyen/Luns 807
PDF afbeelding (82 KB)